Plan: | De Voorwaarts |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0200.bp1035-onh1 |
De voor 'Detailhandel - Tuincentrum' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende bouwwerken en parkeervoorzieningen.
Naast de algemene bouwregels van artikel 18 en de regels voor gebiedsaanduidingen van hoofdstuk 3 gelden de specifieke regels van het navolgende bebouwingsschema, waarbij geldt dat de in het schema voorkomende verwijzingen verwijzen naar de in lid 5.3 genoemde afwijkingen.
Bebouwing | Maximale oppervlakte | Maximale goothoogte | Maximale bouwhoogte | Bijzondere regels |
Gebouwen en overkappingen | bouwvlak | de ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)'aangegeven waarde | de ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' aangegeven waarde | de afstand van gebouwen en overkappingen tot de zijdelingse perceelsgrens bedraagt ten minste 5 m ( 5.3 ) |
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van overkappingen | tuinmeubilair: 3 m antenne-installaties: 15 m voor de uitoefening van het tuincentrum noodzakelijke bouwwerken, geen gebouwen zijnde: 6 m overig: 2 m |
de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór (het verlengde van) de naar de straat of openbaar verblijfsgebied georiënteerde gevel(s) bedraagt ten hoogste 1 m |
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken:
van het in lid 5.2 bepaalde om de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens bij bedrijfsgebouwen en overkappingen te verkleinen tot een afstand van tenminste 3 m, indien dit uit stedenbouwkundig oogpunt aanvaardbaar is;
Het gebruik van gronden voor een tuincentrum bestaat in ieder geval uit detailhandel in het basisassortiment voor een tuincentrum en mag bestaan uit detailhandel in het aanvullend assortiment voor een tuincentrum, overige artikelen, verlenen van diensten, een restauratieve voorziening en speelvoorzieningen. Daarbij gelden de volgende regels.
Detailhandel in het basisassortiment voor een tuincentrum dient te bestaan uit meer dan 50% van de verkoopoppervlakte binnen en buiten in levend materiaal en minder dan 50% van de verkoopoppervlakte binnen en buiten in dood materiaal.
Detailhandel in het aanvullend assortiment voor een tuincentrum dient te bestaan uit ten minste twee met het basisassortiment van een tuincentrum samenhangende branche-artikelen tot ten hoogste 15% van de verkoopoppervlakte binnen en buiten, mits de verkoopoppervlakte die voor het aanvullend assortiment van een tuincentrum wordt gebruikt niet meer bedraagt dan 1.000 m2. Detailhandel in het aanvullend assortiment van een tuincentrum mag niet leiden tot een structurele aantasting van de totale voorzieningenstructuur dan wel duurzame ontwrichting van de detailhandelsstructuur binnen Apeldoorn.
Het is toegestaan op tuininrichting en tuinonderhoud gerichte diensten te verlenen en aan het basisassortiment van een tuincentrum gerelateerde cursussen op het gebied van tuininrichting, bloemschikken en dergelijke te geven.
De oppervlakte die wordt gebruikt voor een restauratieve voorziening en speelvoorzieningen mag niet meer bedragen dan 7% van het gebouw waarin deze voorzieningen zijn ondergebracht.
Detailhandel in artikelen die niet tot het basisassortiment en aanvullend assortiment behoren tot 5% van de verkoopoppervlakte binnen en buiten met een maximum van 350 m² verkoopoppervlakte
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het in lid 5.4bepaalde voor detailhandel in brancheassortiment niet zijnde basisassortiment van een tuincentrum of aanvullend assortiment van een tuincentrum.
Afwijken als bedoeld in dit lid is alleen mogelijk voor zover: