direct naar inhoud van Artikel 7 Water
Plan: Buitengebied 2009, herziening verbreding van de Regge, deelgebieden De Grimbergen en Zuna
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0189.BP2012000014-VA01

Artikel 7 Water

7.1 Bestemmingsomschrijving

De op de verbeelding voor Water aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. kanalen, vaarten, plassen, waterbergingen, watergangen, voorzieningen voor het keren en beheersen van water en andere waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • b. behoud, herstel en ontwikkeling van natuurlijke en landschappelijke waarden;
  • c. oeverstroken;
  • d. de recreatie- en beroepsvaart;
  • e. extensief recreatief medegebruik;

met daarbij behorende bouwwerken, geen gebouw zijnde en voorzieningen, zoals bruggen, dammen, duikers, stuwen, sluizen en beschoeiingen.

7.2 Bouwregels

Op de tot Water bestemde gronden mogen uitsluitend worden gebouwd bouwwerken ten dienste van de bestemming.

7.2.1 Bouwwerken, geen gebouw zijnde

Voor andere bouwwerken gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van scheepvaarttekens, bruggen, sluizen en daarmee gelijk te stellen kunstwerken niet meer mag bedragen dan 15 m;
  • b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouw zijnde niet meer mag bedragen dan 2,50 m;
  • c. de bouw van aanlegsteigers en vissteigers niet is toegestaan.
7.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in:

  • a. 7.2.1 onder c ten behoeve van de bouw van aanlegsteigers en vissteigers, mits:
    • 1. de lengte van de aanlegsteiger, gemeten evenwijdig aan de oever, niet meer dan 20 m bedraagt;
    • 2. de breedte van de aanlegsteiger, gemeten haaks op de oever, niet meer dan
      2 m bedraagt;
    • 3. de lengte van een vissteiger, gemeten evenwijdig aan de oever niet meer dan 2 m bedraagt;
    • 4. de breedte van een vissteiger, gemeten haaks op de oever, niet meer dan 1 m bedraagt.
7.3.1 Afwegingskader

Bij toepassing van de afwijkingsbevoegdheden in dit plan vindt een evenredige belangenafweging plaats waarbij betrokken worden:

  • a. de mate waarin de belangen van gebruikers en/of van eigenaren van de aanliggende gronden kunnen worden geschaad;
  • b. de mate waarin de uitvoerbaarheid is aangetoond, waaronder begrepen de toelaatbaarheid op het gebied van milieu, externe veiligheid, waterhuishouding, ecologie en archeologie;
  • c. de mate waarin de landschappelijke inpasbaarheid is aangetoond;
  • d. de mate waarin de verkeerssituatie wordt beïnvloed, waaronder begrepen de gevolgen voor de infrastructuur.