direct naar inhoud van Artikel 3 Werking
Plan: Buitengebied 2009, herziening 2012 (veegplan)
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0189.BP2012000013-VA01

Artikel 3 Werking

Het moederplan, zoals dat luidt voorafgaand aan het moment van vaststelling van onderhavig bestemmingsplan, blijft van toepassing op de gronden waaraan in het onderhavige plan geen enkelbestemming is gegeven, met dien verstande dat:

  • daar waar in onderhavig bestemmingsplan een enkelbestemming is opgenomen, het onderhavige plan in de plaats treedt van het moederplan;
  • de op de verbeelding van het moederplan aangegeven dubbelbestemming' Leiding – Hoogspanningsverbinding' vervalt.

  • a. In plaats van 'plankaart' wordt gelezen 'verbeelding';

  • b. In plaats van 'kaart' wordt gelezen 'verbeelding';

  • c. In plaats van 'ontheffing' wordt gelezen 'afwijking';
  • d. In plaats van 'ontheffing verlenen' wordt gelezen 'afwijken';

  • e. In plaats van 'ontheffingsbevoegdheden' wordt gelezen 'afwijkingsbevoegdheden';

  • f. In plaats van 'aanlegvergunning' wordt gelezen 'omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden';

  • g. In plaats van 'artikel 40 van de Woningwet' wordt gelezen 'artikel 2.1. van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht';

  • h. In plaats van 'bouwvergunning' wordt gelezen 'omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen';

  • i. In plaats van 'lichte bouwvergunning' wordt gelezen 'omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen';

  • j. In plaats van 'reguliere bouwvergunning' wordt gelezen 'omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen';

  • k. In plaats van 'artikel 3.16, lid 1 onder a Wet ruimtelijke ordening' wordt gelezen 'artikel 2.11 lid 1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht';

  • l. In plaats van 'Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van' wordt gelezen 'Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van'.

  • m. In plaats van de tekst 'in afwijking van het bepaalde in…. Geldt dat afwijkingen in maten en afmetingen, zoals die bestaan op het moment van terinzagelegging van het ontwerpplan en die met een bouwvergunning of omgevingsvergunning aanwezig zijn of gebouwd kunnen worden, gehandhaafd mogen worden, met dien verstande dat de oppervlakte van bijgebouwen niet meer dan 250 m2 mag bedragen.

    'in afwijking van het bepaalde in…. geldt dat afwijkingen in maten en afmetingen, zoals die bestaan op het moment van terinzagelegging van het ontwerpplan en die met een bouwvergunning of omgevingsvergunning aanwezig zijn of gebouwd kunnen worden, gehandhaafd mogen worden, met dien verstande dat de oppervlakte van bijgebouwen niet meer dan 250 m2 mag bedragen.

  • n. De procedures voor binnenplanse ontheffingen zoals genoemd in de artikelen:
  • 3.4.2
  • 3.6.2
  • 4.4.2
  • 4.6.2
  • 5.4.2
  • 5.6.2
  • 5.7.2
  • 6.4.2
  • 6.6.2
  • 7.4.2.
  • 7.6.2
  • 8.4.2
  • 8.6.2
  • 9.4.2
  • 9.6.2
  • 12.3.2
  • 13.4.2
  • 13.6.2
  • 14.4.2
  • 16.4.2
  • 17.4.2
  • 19.3.2
  • 20.4.2
  • 20.5.2
  • 22.4.2
  • 22.6.2
  • 23.4.2
  • 24.4.2
  • 24.6.2
  • 32.3.2
  • 33.4.2.
  • 33.6.2
  • 34.4.2
  • 34.6.2
  • 36.3.2
  • 37.3.2
  • 38.3.2
  • 39.3.2
  • 42.3.2
  • 46.1.2
  • 50.2.1

komen te vervallen.

  • o. Artikel 1.8 vervalt

  • p. Artikel 1.73 vervalt

  • q. Artikel 2.1.7 wordt gewijzigd:
    Tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de hiermee gelijk te stellen denkbeeldige gevels van overkappingen en aanbouwen en de buitenzijde van daken en dakkapellen, met dien verstande dat een kelder dient te worden meegerekend indien er sprake is van een ruimtelijke uitstraling en de kelder van buiten toegankelijk is met uitzondering van de inhoud van een kelder bij een recreatiewoningen, deze moet altijd worden meegerekend bij de inhoudsbepaling

  • r. In artikel 3.2 wordt toegevoegd (vetgedrukt):
    Op de op de verbeelding voor Agrarisch aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd bouwwerken, geen gebouw zijnde ten dienste van de bestemming met dien verstande dat schuren en stallen die met een omgevingsvergunning aanwezig zijn of gebouwd kunnen worden gehandhaafd en herbouwd worden naar de omvang die zij op dat moment hadden.

  • s. In artikel 3.3. wordt toegevoegd:
    c. landschappelijke inpassing.

  • t. De verwijzing in artikel 3.4 onder d wordt gewijzigd van '3.2.1 onder c' in '3.2.1 onder b'.
  • u. In artikel 3.6 onder c onder 1 de volgende zinsnede wordt verwijderd: 'deze grenst aan de bestemming'
  • v. In artikel 3.8 onder h 'estemming' wordt gewijzigd in 'bestemming';
  • w. Artikel 3.8 onder i onder 1 vervalt;
  • x. In artikel 4.2.3 wordt een lid toegevoegd:
    c. De (her)bouw van een bedrijfswoning, zoals bedoeld onder a, mag niet leiden tot onevenredige belemmering en aantasting van de omgeving en de functies die zich in de omgeving bevinden;
  • y. In artikel 4.2.5 onder a 'voedersilo's' wordt vervangen door 'silo's '
  • z. In artikel 4.2.5. onder b 'mestsilo's' wordt vervangen door 'mestbassins'

aa. Artikel 4.4. onder b vervalt.

bb. In artikel 4.4. wordt toegevoegd:

  m. 4.1. en toestaan dat een bedrijfswoning behorend tot of voorheen behorend tot een landbouwinrichting, door een derde bewoond mag worden (plattelandswoning);
n. 4.2.3 en toestaan dat een bedrijfswoning, met een omvang van minimaal 1.000 m3 wordt verbouwd ten behoeve van twee (plattelands)woningen;
o. 4.2.3 en toestaan dat een bedrijfswoning, met een omvang van minimaal 1.500 m3 wordt verbouwd ten behoeve van drie (plattelands) woningen;
p. 4.1. ten behoeve van het gebruik van een bijgebouw, gastenverblijf of een recreatiewoning als een afhankelijke woonruimte, met dien verstande dat:
1. er sprake is van mantelzorg;
2. er niet meer dan 75 m2 aan bestaande bijgebouwen, een bestaande recreatiewoning of een bestaand gastenverblijf in gebruik wordt genomen als afhankelijke woonruimte;
3. er geen sprake is van nieuwbouw ten behoeve van de afhankelijke woonruimte;
4. het bijgebouw, het gastenverblijf of de recreatiewoning een ruimtelijke eenheid vormt met de bedrijfswoning;
5. het gebruik van een bijgebouw als afhankelijke woonruimte niet mag leiden tot een onevenredige aantasting van de omgeving;
6. de afwijking en derhalve het gebruik van het bijgebouw, de recreatiewoning of het gastenverblijf als afhankelijke woonruimte dient te worden beëindigd als de mantelzorgsituatie is komen te vervallen;
q. 4.2.2 ten behoeve van de verbouw van een ruimte voor nevenactiviteiten.  

cc. In artikel 4.6 wordt toegevoegd:

  k. 4.2.3 voor de splitsing van een bedrijfswoning met een omvang van minimaal 1.000 m3 ten behoeve van twee woningen;
l. 4.2.3 voor de splitsing van een bedrijfswoning met een omvang van minimaal 1.500 m3 ten behoeve van drie woningen;
m. 4.1 ten behoeve van het gebruik van een ruimte voor nevenactiviteiten.
n. 4.1. en toestaan dat een bedrijfswoning behorend tot of voorheen behorend tot een landbouwinrichting, door een derde bewoond mag worden (plattelandswoning);
o. 4.2.3 en toestaan dat een bedrijfswoning, met een omvang van minimaal 1.000 m3 wordt verbouwd ten behoeve van twee (plattelands)woningen;
p. 4.2.3 en toestaan dat een bedrijfswoning, met een omvang van minimaal 1.500 m3 wordt verbouwd ten behoeve van drie (plattelands) woningen;  

dd. In artikel 4.7 wordt toegevoegd:

  k. toestaan dat karakteristieke voormalige bedrijfsgebouwen (als genoemd in Bijlage 4) worden verbouwd en gebruikt voor bewoning, met dien verstande dat er geen extra bijgebouwen mogen worden opgericht.  

ee In artikel 5.2.2 wordt toegevoegd:

  c. De (her)bouw van een bedrijfswoning, zoals bedoeld onder a, mag niet leiden tot onevenredige belemmering en aantasting van de omgeving en de functies die zich in de omgeving bevinden;  

ff. In artikel 5.5.1. wordt toegevoegd:

  c. het gebruik van kampeermiddelen, bijgebouwen, gastenverblijven en recreatiewoningen voor permanente bewoning of als tweede bedrijfswoning;  

gg. Onder 5.4 onder f wordt toegevoegd:

  f. 5.1. ten behoeve van het gebruik van een bijgebouw, gastenverblijf of een recreatiewoning als een afhankelijke woonruimte, met dien verstande dat:
1. er sprake is van mantelzorg;
2. er niet meer dan 75 m2 aan bestaande bijgebouwen, een bestaande recreatiewoning of een bestaand gastenverblijf in gebruik wordt genomen als afhankelijke woonruimte;
3. er geen sprake is van nieuwbouw ten behoeve van de afhankelijke woonruimte;
4. het bijgebouw, het gastenverblijf of de recreatiewoning een ruimtelijke eenheid vormt met de bedrijfswoning;
5. het gebruik van een bijgebouw als afhankelijke woonruimte niet mag leiden tot een onevenredige aantasting van de omgeving;
6. de afwijking en derhalve het gebruik van het bijgebouw, de recreatiewoning of het gastenverblijf als afhankelijke woonruimte dient te worden beëindigd als de mantelzorgsituatie is komen te vervallen;  

hh. In artikel 5.1.1. wordt toegevoegd:

  c. De (her)bouw van een bedrijfswoning, zoals bedoeld onder a, mag niet leiden tot onevenredige belemmering en aantasting van de omgeving en de functies die zich in de omgeving bevinden;  

ii. In artikel 5.6. onder c de verwijzing '5.5.1 onder b' wordt vervangen door '5.5.1 onder c';

jj. In artikel 6.2.2 wordt toegevoegd:

  c. De (her)bouw van een bedrijfswoning, zoals bedoeld onder a,, mag niet leiden tot onevenredige belemmering en aantasting van de omgeving en de functies die zich in de omgeving bevinden;  

kk. Artikel 7.1 wordt aangevuld met:

  k. ter plaatse van de aanduiding 'maatschappelijk' een informatiepunt is toegestaan.  

ll. In artikel 7.2 wordt toegevoegd (vetgedrukt):

  Op de op de verbeelding voor Agrarisch met waarden - Landschap aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd bouwwerken, geen gebouw zijnde ten dienste van de bestemming met dien verstande dat schuren en stallen die met een omgevingsvergunning aanwezig zijn of gebouwd kunnen worden gehandhaafd en herbouwd worden naar de omvang die zij op dat moment hadden.  

mm. Artikel 7.2 wordt aangevuld met:

  Voor gebouwen gelden de volgende regels:
a. de goothoogte mag niet meer bedragen dan 3m
b. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 6m
c. de dakhelling mag niet minder dan 15o bedragen
d. in afwijking van het bepaalde onder a tot en met c geldt dat afwijkingen in maten en afmetingen, zoals die bestaan op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van dit plan, gehandhaafd mogen worden.  

nn. De verwijzing in artikel 7.4 onder b wordt gewijzigd van '7.2.1 onder c' in '7.2.1 onder b'.

oo. In artikel 7 wordt onder k toegevoegd:

  k. toestaan dat karakteristieke voormalige bedrijfsgebouwen (als genoemd in Bijlage 5 Karakteristieke panden) worden verbouwd en gebruikt voor bewoning, met dien verstande dat er geen extra bijgebouwen mogen worden opgericht.  

pp. Artikel 7.8 onder i onder 1 vervalt.

qq. Artikel 8.1 onder e de tekst 'een kleinschalig kampeerterrein' wordt vervangen door 'een kampeerterrein';

rr. In artikel 8.2 wordt toegevoegd (vetgedrukt):

  '…mogen worden gehandhaafd en herbouwd naar de omvang die zij op dat moment hadden.'  

ss. Artikel 8.2 wordt als volgt gewijzigd:

  Op de op de verbeelding voor Agrarisch met waarden - Natuur en landschap aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd bouwwerken, geen gebouw zijnde ten dienste van de bestemming met dien verstande dat schuren en stallen die met een omgevingsvergunning aanwezig zijn of gebouwd kunnen worden gehandhaafd en herbouwd worden naar de omvang die zij op dat moment hadden.  

tt. De verwijzing in artikel 8.4 onder b wordt gewijzigd van '8.2.1 onder c' in '8.2.1 onder b'

uu. Artikel 8.8 onder b wordt als volgt gewijzigd:

  in de bestemming Wonen, indien en voor zover toepassing wordt gegeven aan de in Bijlage 2 opgenomen regeling Rood voor Rood met gesloten beurs en indien en voor zover de gronden grenzen aan de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf, Bedrijf, Detailhandel - Tuincentrum, Horeca, Recreatie - Verblijfsrecreatie, Sport - Manege en Wonen en toestaan dat één of meerdere extra woningen worden gerealiseerd, met dien verstande dat:  

vv. Artikel 8.8 onder c onder 1 vervalt.

ww. In artikel 8.8 wordt toegevoegd:

  e. in de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf ten behoeve van de wijziging van de situering van het bouwblok van een grondgebonden agrarisch bedrijf, met dien verstande dat:
1. de oppervlakte niet meer mag bedragen dan 2 ha, met dien verstande dat indien en voorzover de oppervlakte reeds meer bedraagt dan 2 ha, deze oppervlakte mag worden gehandhaafd;
2. de noodzaak uit hoofde van de bedrijfsvoering is aangetoond.  

xx. In artikel 9.1 in de tabel wordt gewijzigd:

  - Bij Enterweg 12 wordt de activiteit 'tankstation' toegevoegd  

yy. In artikel 9.1 worden in de tabel toegevoegd:

Adres   Activiteit   Bestaande oppervlakte   Maximale oppervlakte   Maximale goothoogte  
Hexelseweg 95   Groothandel / assemblage speelgoed   462   531   5m  

zz. In artikel 9.1 onder b de tekst te wijzigen in: 'detailhandel is niet toegestaan, tenzij deze voortvloeit uit de in de tabel in 9.1 onder a aangegeven bedrijfsactiviteiten'

aaa. In artikel 9.1 onder g de doorzet van 1.000 m3 per jaar wordt gewijzigd in 500 m3 per jaar.

bbb. In artikel 9.2.2. wordt toegevoegd:

  b. De (her)bouw van een bedrijfswoning, zoals bedoeld onder a, mag niet leiden tot onevenredige belemmering en aantasting van de omgeving en de functies die zich in de omgeving bevinden;  

ccc. In artikel 9.4 wordt toegevoegd:

  h. 9.1. ten behoeve van het gebruik van een bijgebouw, gastenverblijf of een recreatiewoning als een afhankelijke woonruimte, met dien verstande dat:
1. er sprake is van mantelzorg;
2. er niet meer dan 75 m2 aan bestaande bijgebouwen, een bestaande recreatiewoning of een bestaand gastenverblijf in gebruik wordt genomen als afhankelijke woonruimte;
3. er geen sprake is van nieuwbouw ten behoeve van de afhankelijke woonruimte;
4. het bijgebouw, het gastenverblijf of de recreatiewoning een ruimtelijke eenheid vormt met de bedrijfswoning;
5. het gebruik van een bijgebouw als afhankelijke woonruimte niet mag leiden tot een onevenredige aantasting van de omgeving;
6. de afwijking en derhalve het gebruik van het bijgebouw, de recreatiewoning of het gastenverblijf als afhankelijke woonruimte dient te worden beëindigd als de mantelzorgsituatie is komen te vervallen;  

ddd. In artikel 9.4 komt twee keer 'a' en 'b' voor. De laatste moeten gewijzigd worden in 'f' en 'g'.

eee. In artikel 9.5.1 wordt toegevoegd:

  c. het gebruik van kampeermiddelen, bijgebouwen, gastenverblijven en recreatiewoningen voor permanente bewoning of als tweede bedrijfswoning  

fff. In artikel 9.6 onder d wordt de verwijzing '9.5.1. onder b' vervangen door 9.5.1 onder c'

ggg. In artikel 13.2.2 wordt toegevoegd:

  c. De (her)bouw van een bedrijfswoning, zoals bedoeld onder a, mag niet leiden tot onevenredige belemmering en aantasting van de omgeving en de functies die zich in de omgeving bevinden;  

hhh. In artikel 13.4 wordt toegevoegd:

  b. 13.1. ten behoeve van het gebruik van een bijgebouw, gastenverblijf of een recreatiewoning als een afhankelijke woonruimte, met dien verstande dat:
1. er sprake is van mantelzorg;
2. er niet meer dan 75 m2 aan bestaande bijgebouwen, een bestaande recreatiewoning of een bestaand gastenverblijf in gebruik wordt genomen als afhankelijke woonruimte;
3. er geen sprake is van nieuwbouw ten behoeve van de afhankelijke woonruimte;
4. het bijgebouw, het gastenverblijf of de recreatiewoning een ruimtelijke eenheid vormt met de bedrijfswoning;
5. het gebruik van een bijgebouw als afhankelijke woonruimte niet mag leiden tot een onevenredige aantasting van de omgeving;
6. de afwijking en derhalve het gebruik van het bijgebouw, de recreatiewoning of het gastenverblijf als afhankelijke woonruimte dient te worden beëindigd als de mantelzorgsituatie is komen te vervallen;  

iii. In artikel 14.2.2 wordt toegevoegd:

  c. De (her)bouw van een bedrijfswoning, zoals bedoeld onder a, mag niet leiden tot onevenredige belemmering en aantasting van de omgeving en de functies die zich in de omgeving bevinden;  

jjj. In artikel 17.2.1 onder c wordt in de tabel toegevoegd:

Adres   Activiteit   Bestaande oppervlakte   Maximale oppervlakte   Maximale goothoogte  
Rijssensestraat 56   Kantoor en/of (bedrijfs)woning   315   315   7,50 m  

  a. In artikel 20.1 wordt in de tabel de activiteit 'recreatieplas' gewijzigd in 'recreatieterrein'.  

kkk. Artikel 20.2.2. vervalt

lll. Artikel 20.2.3 vervalt

mmm. In artikel 20.2.4 onder b wordt '10m' vervangen door '20m'.

nnn. Artikel 20.5 vervalt

ooo. In artikel 22.2.5 onder c wordt toegevoegd (vetgedrukt): 'de inhoud van een recreatiewoning, inclusief onderkeldering, aanbouwen, uitbouwen, overkappingen en een aangebouwde bijgebouwen mag niet meer dan 300 m3 bedragen, met dien verstande dat de recreatiewoningen landschappelijk zijn ingepast.'

ppp. In artikel 22.2.5. onder d wordt toegevoegd (vetgedrukt): 'vrijstaande bijgebouwen en overkappingen zijn niet toegestaan…. '

qqq. In artikel 22.2.7 wordt toegevoegd:

  d. De (her)bouw van een bedrijfswoning, zoals bedoeld onder a en b, mag niet leiden tot onevenredige belemmering en aantasting van de omgeving en de functies die zich in de omgeving bevinden;  

rrr. In artikel 22.2.9 wordt de titel gewijzigd in 'Overige gebouwen en overkappingen'

sss. In artikel 22.2.9 wordt de eerste zin gewijzigd in 'Voor overige gebouwen en overkappingen, waaronder in elk geval sanitaire voorzieningen en bergingen ten behoeve van opslag van onderhoudsmateriaal worden verstaan, geldt dat de gezamenlijke oppervlakte niet meer mag bedragen dan 2% van het bestemmingsvlak.

ttt. In artikel 22.4 wordt toegevoegd:

  d. 22.1. ten behoeve van het gebruik van een bijgebouw, gastenverblijf of een recreatiewoning als een afhankelijke woonruimte, met dien verstande dat:
1. er sprake is van mantelzorg;
2. er niet meer dan 75 m2 aan bestaande bijgebouwen, een bestaande recreatiewoning of een bestaand gastenverblijf in gebruik wordt genomen als afhankelijke woonruimte;
3. er geen sprake is van nieuwbouw ten behoeve van de afhankelijke woonruimte;
4. het bijgebouw, het gastenverblijf of de recreatiewoning een ruimtelijke eenheid vormt met de bedrijfswoning;
5. het gebruik van een bijgebouw als afhankelijke woonruimte niet mag leiden tot een onevenredige aantasting van de omgeving;
6. de afwijking en derhalve het gebruik van het bijgebouw, de recreatiewoning of het gastenverblijf als afhankelijke woonruimte dient te worden beëindigd als de mantelzorgsituatie is komen te vervallen;  

uuu. artikel 24.2.1. onder c wordt uit de tabel verwijderd:

adres   bestaande oppervlakte   maximale oppervlakte  
Eversdijk ong. (Zoekerveld)   1.567   1.700  

vvv. In artikel 29 wordt toegevoegd:

  29.3 Omgevingsvergunning ten behoeve van het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden

29.3.1 Verbod
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning, zoals deze in Bijlage 1 is opgenomen, genoemde werken of werkzaamheden uit te voeren, indien en voor zover bij de van toepassing zijnde bestemming een "A" is vermeld.

29.3.2 Uitzonderingen op verbod
Het is 29.3.1. vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
a. het normale onderhoud en/of de normale exploitatie betreffen;
b. reeds legaal in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.

29.3.3 Afwegingskader
Van strijdig gebruik als bedoeld in artikel 3.16, lid 1 onder a Wet ruimtelijke ordening is geen sprake indien de waarden van deze gronden niet onevenredig worden geschaad, dan wel de mogelijkheid voor het herstel van die waarden niet onevenredig worden verkleind.  

www. De tekst van artikel 29.1 wordt gewijzigd in:

  De op de verbeelding voor Verkeer - Onverhard aangewezen gronden zijn bestemd voor onverharde wegen ter ontsluiting van de aanliggende percelen en verharde fietspaden, met daarbijbehorende bouwwerken, geen gebouw zijnde.  

xxx. In artikel 33.2.2 wordt toegevoegd:

  h. De (her)bouw van een woning, zoals bedoeld onder a, mag niet leiden tot onevenredige belemmering en aantasting van de omgeving en de functies die zich in de omgeving bevinden;  

yyy. In de tabel, behorende bij artikel 33.1 (Wonen) worden toegevoegd:

Adres   Activiteit   Bestaande oppervlakte  
Looweg 17   Metsel- en opslagbedrijf   200 m2  
Ypeloschoolweg 13   Zorgboerderij   500 m2  
Burgemeestersdijk 14-16   Opslag vallend onder inrichting type A van Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer   445 m2  
Burgemeestersdijk 14-16   Assemblage en lichte constructiewerkzaamheden t.b.v. rundvee- en melktechniek   330 m2  

zzz. In artikel 33.2.4. wordt de zinsnede 'waaronder begrepen overkappingen' verwijderd.

aaaa. Artikel 33.2.4. wordt aangevuld met:

  d. de maximale oppervlakte bedraagt 50 m2.  

bbbb. Artikel 33.4, onder a vervalt.

cccc. Artikel 33. 4 onder d vervalt

dddd. Artikel 33.4 onder e vervalt

eeee. Artikel 33.6 onder b vervalt

ffff. Artikel 33.6 onder c vervalt

gggg. In artikel 33.4 worden toegevoegd:

  j. 33.2.2 onder f ten behoeve van een afwijkende dakhelling.
k. 33.2.3. onder a voor het bouwen van extra bijgebouwen tot een oppervlakte van niet meer dan 250 m2, met dien verstande dat:
1. de extra bijgebouwen worden gebruikt ten behoeve van de stalruimte voor dieren en/of opslag van materiaal dat gebruikt wordt voor het onderhoud van eigen gronden;
2. er sprake is van eigendom van gronden met een oppervlakte van ten minste 3.000 m2.
3. voor iedere extra vierkante meter oppervlakte aan bijgebouwen minimaal 3 m2 gesloopt wordt op een erf met de bestemming "Wonen" in de gemeente Wierden;
4. op de slooplocatie maximaal 1 schuur of 250 m2 aan gebouwen blijven staan, aangebouwde bijgebouwen uitgezonderd
l. 33.1. ten behoeve van het gebruik van een bijgebouw, gastenverblijf of een recreatiewoning als een afhankelijke woonruimte, met dien verstande dat:
1. er sprake is van mantelzorg;
2. er niet meer dan 75 m2 aan bestaande bijgebouwen, een bestaande recreatiewoning of een bestaand gastenverblijf in gebruik wordt genomen als afhankelijke woonruimte;
3. er geen sprake is van nieuwbouw ten behoeve van de afhankelijke woonruimte;
4. het bijgebouw, het gastenverblijf of de recreatiewoning een ruimtelijke eenheid vormt met de bedrijfswoning;
5. het gebruik van een bijgebouw als afhankelijke woonruimte niet mag leiden tot een onevenredige aantasting van de omgeving;
6. de afwijking en derhalve het gebruik van het bijgebouw, de recreatiewoning of het gastenverblijf als afhankelijke woonruimte dient te worden beëindigd als de mantelzorgsituatie is komen te vervallen;
m. 33.2.2 onder f voor een afwijkende dakhelling.  

hhhh. Artikel 33.5.2 onder b wordt vervangen door:

  het gebruik van ruimten binnen de woning of in de bijgebouwen ten behoeve van de uitoefening van een beroep of een bedrijf aan huis, voor zover dit voldoet aan de regels die zijn gesteld in bijlage 6.  

iiii. In artikel 33.7 worden toegevoegd:

  e. toestaan dat karakteristieke voormalige bedrijfsgebouwen (als genoemd in Bijlage 4) en monumentale bedrijfsgebouwen/-panden worden verbouwd en gebruikt voor bewoning, met dien verstande dat er geen extra bijgebouwen mogen worden opgericht.

f. toestaan dat een karakteristiek pand (als genoemd in Bijlage 4) / voormalige bedrijfswoning, zijnde een zelfstandige wooneenheid, met een omvang van minimaal 1.000 m3 wordt verbouwd ten behoeve van twee woningen, met dien verstande dat er geen extra bijgebouwen mogen worden opgericht;

g. toestaan dat een karakteristiek pand (als genoemd in Bijlage 4) / voormalige bedrijfswoning, zijnde een zelfstandige wooneenheid, met een omvang van minimaal 1.500 m3 wordt verbouwd ten behoeve van drie woningen, met dien verstande dat er geen extra bijgebouwen mogen worden opgericht;  

jjjj. In artikel 34.2.2. wordt toegevoegd:

  f. De (her)bouw van een bedrijfswoning, zoals bedoeld onder a, mag niet leiden tot onevenredige belemmering en aantasting van de omgeving en de functies die zich in de omgeving bevinden;  

kkkk. In artikel 34.2.3. onder c wordt 'bedrijfswoning' vervangen door 'woning'

llll. In artikel 34.2.3 onder d wordt 'bedrijfswoningen' vervangen door 'woningen'

mmmm. Artikel 34. 5.2. onder b wordt vervangen door:

  het gebruik van ruimten binnen de woning of in de bijgebouwen ten behoeve van de uitoefening van een beroep of een bedrijf aan huis, voor zover dit voldoet aan de regels die zijn gesteld in bijlage 6.  

nnnn. In artikel 34.4 wordt toegevoegd:

  b. 34.1. ten behoeve van het gebruik van een bijgebouw, gastenverblijf of een recreatiewoning als een afhankelijke woonruimte, met dien verstande dat:
1. er sprake is van mantelzorg;
2. er niet meer dan 75 m2 aan bestaande bijgebouwen, een bestaande recreatiewoning of een bestaand gastenverblijf in gebruik wordt genomen als afhankelijke woonruimte;
3. er geen sprake is van nieuwbouw ten behoeve van de afhankelijke woonruimte;
4. het bijgebouw, het gastenverblijf of de recreatiewoning een ruimtelijke eenheid vormt met de bedrijfswoning;
5. het gebruik van een bijgebouw als afhankelijke woonruimte niet mag leiden tot een onevenredige aantasting van de omgeving;
6. de afwijking en derhalve het gebruik van het bijgebouw, de recreatiewoning of het gastenverblijf als afhankelijke woonruimte dient te worden beëindigd als de mantelzorgsituatie is komen te vervallen;  

oooo. In artikel 34.4 wordt toegevoegd:

  c. 34.2.2 voor een afwijkende dakhelling.  

pppp. Artikel 35 'Wonen - Woonwagenstandplaats' vervalt.

qqqq. In artikel 45.3.3. wordt 'waterwingebied' vervangen door 'grondwaterbeschermingsgebied'

rrrr. Artikel 45.7 wordt als volgt gewijzigd:

  45.7.1 wordt aangevuld met:
b. de aanduidingveiligheidszone - lpg groepsrisico omvat de zogenaamde invloedsgebieden waarbij het verantwoorden van het groepsrisico noodzakelijk is.

45.7.2 wordt aangevuld met:
b. Bij ontwikkelingen binnen het invloedsgebied met de aanduiding veiligheidszone - lpg groepsrisico dient het groepsrisico te worden verantwoord door een daarvoor erkend bureau.  

ssss. In artikel 46.1 onder i wordt '12m' vervangen door '15m'

tttt. Bijlage 1:

  Bijlage 1 van het moederplan wordt als volgt gewijzigd:
- bij 'ophogen' wordt toegevoegd: 'perceel of delen/deel van een perceel (meer dan 20 cm)'
- bij 'afgraven' wordt toegevoegd: 'perceel of delen/deel van een perceel ( meer dan 20 cm)'
- bij 'vergraven' wordt aangegeven dat dit binnen bestemming 'Agrarisch met waarden - Landschap' toegestaan is.
- bij 'diepploegen en - woelen (maximaal tot 2 m)' wordt aangegeven dat dit binnen de bestemming Agrarisch met waarden - Natuur en landschap toegestaan is.
- Bij 'dempen sloten en greppels' wordt aangegeven dat dit binnen alle bestemmingsplan omgevingsvergunningplichtig is.
- bij "dempen kleine geïsoleerde wateren' wordt aangegeven dat dit binnen de bestemming 'Agrarisch' omgevingsvergunningplichtig is.
- Bij 'aanleggen van (half-) verharde recreatieve paden en voorzieningen > 200 m2 wordt aangegeven dat dit binnen de bestemming 'Natuur' omgevingsvergunningplichtig is.
- In de tabel worden nieuw toegevoegd:  
    o 'Aanbrengen wallichaam tbv houtwal (hoogte maximaal 1 m, diepte aangrenzende greppel maximaal 30 cm)'
- Dit is toegestaan binnen de bestemmingen:
- Agrarisch
- Agrarisch met waarden - Landschap
- Natuur
- Dit is omgevingsvergunningplichtig binnen de bestemming:
- Agrarisch met waarden - Natuur en Landschap
- Bos
o 'Aanbrengen geïsoleerde wateren'
- Dit is toegestaan binnen de bestemmingen:
- Agrarisch
- Agrarisch met waarden - Landschap
- Agrarisch met waarden - Natuur en landschap
- Natuur
- Dit is omgevingsvergunningplichtig binnen de bestemming:
- Bos
o 'Aansluiten van hemelwaterafvoer en drainage op gemeentelijke sloten'
- Dit is omgevingsvergunningplichtig voor alle bestemmingen.  
  - Onder aan de tabel wordt toegevoegd:  
    o * = gemeten vanaf het maaiveld
o Vergraven = het verplaatsen van grond of zand, zonder dat de maaiveldhoogte meer dan 20 cm hoger of lager wordt.  

De gewijzigde bijlage 1 is opgenomen als Bijlage 1 bij onderhavig plan.

uuuu. Rood voor Rood:

  Bijlage 2 van het moederplan, bevattende het Rood voor Rood beleid dat is vastgesteld op 27 mei 2008, wordt vervangen door het Rood voor Rood beleid, dat is vastgesteld op 10 mei 2011 en dat is opgenomen als Bijlage 2 bij onderhavig plan.  

vvvv. Beleidsregels beroep en bedrijf aan huis:

  Aan het moederplan wordt als bijlage 6 toegevoegd: Beleidsregels beroep en bedrijf aan huis gemeente Wierden (vastgesteld door B&W op 4 mei 2010), opgenomen als Bijlage 3 bij onderhavig plan.  

wwww. Bijlage 4

  Inventarisatie karakteristieke panden buitengebied gemeente Wierden'