direct naar inhoud van 4.2 Directe effecten
Plan: Buitengebied 2009, herziening waterwinning Wierden
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0189.BP2010000048-VA01

4.2 Directe effecten

De effecten op het grondwatersysteem zijn als volgt. Als gevolg van de voorgenomen verplaatsing stijgt de grondwaterstand nabij puttenveld I met circa 1,25 meter. De daling van de grondwaterstand nabij puttenveld III bedraagt maximaal circa 1,25 meter. Hierbij geldt dat het gebied met een verhoging van de grondwaterstand groter is dan het gebied met een verlaging van de grondwaterstand. Dit komt omdat nabij puttenveld III de verlaging van de grondwaterstand wordt beperkt door de infiltrerende werking van de waterbuffer bij Dakhorst. Mede hierdoor neemt de watervoerendheid van de aanwezige watergangen in het gebied toe. Dit is een positief effect. De voorgenomen verplaatsing heeft een neutraal effect op kwel/infiltratie, grondwaterkwaliteit, oppervlaktewaterstroming, retentievolume en op de kwaliteit van het oppervlaktewater.

Na de verplaatsing van 2 Mm3/jaar ligt er minder van het oppervlak van de bebouwde kom binnen het 25-jaars intrekgebied van de waterwinning. Dit is positief voor de bescherming van het grondwater voor de drinkwaterproductie.