Plan: | Wierden-Centrum 2006, partiële herziening Stationsstraat 36 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0189.BP2010000039-0003 |
In verband met de uitvoerbaarheid van het plan is de kwaliteit van de bodem voor de wet een belangrijk afwegingsaspect bij de beoordeling van bestemmingsplannen. De gemeente dient bij het opstellen van een bestemmingsplan dat ontwikkelingen mogelijk maakt, onderzoek te verrichten naar de kwaliteit van de grond. In onderliggend bouwplan gaat het om een uitbreiding van de aula. Gelet op de kleinschaligheid van het plan, is een bodemonderzoek niet vereist.
In beginsel heeft iedere (spoor)weg een geluidzone. Dit geldt echter niet voor de volgende wegen:
In hoofdstuk VI van de Wet geluidhinder (Wgh) is (in geval van zonering) de verplichting opgenomen tot het verrichten van een akoestisch onderzoek naar de geluidsbelasting op de gevels van woningen (en daarmee gelijk te stellen geluidsgevoelige objecten) binnen de in artikel 74 genoemde onderzoekszone van een (spoor)weg of grote lawaaimaker.
Het perceel Stationsstraat 36 in Wierden ligt binnen een 30 km-zone. Een akoestisch onderzoek is daarom niet noodzakelijk.
De uitbreiding van de aula is aangevraagd om de bedrijfsvoering van de uitvaartvereniging te kunnen optimaliseren. Daarbij is de uitbreiding dusdanig kleinschalig, ca. 23m², dat nader onderzoek in het kader van externe veiligheid niet aan de orde is.
Op 15 november 2007 is de wijziging van de Wet milieubeheer op het gebied van luchtkwaliteitseisen (Hoofdstuk 5 titel 2 Wm, Stb. 2007, 414) in werking getreden. Dit vervangt het Besluit luchtkwaliteit 2005. Luchtkwaliteitseisen vormen onder de nieuwe wettelijke regels geen belemmering voor ruimtelijke ontwikkeling als:
Dit bestemmingsplan maakt de uitbreiding van de aula aan de stationsstraat in Wierden mogelijk. Gelet op de kleinschaligheid van het plan worden de NIBM-grenzen niet overschreden en is een luchtkwaliteitsonderzoek niet noodzakelijk.