direct naar inhoud van Artikel 56 Algemene gebruiksregels
Plan: Bestemmingsplan Buitengebied
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0180.5102011001-VS01

Artikel 56 Algemene gebruiksregels

Onder strijdig gebruik wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijvingen, waaronder in ieder geval wordt begrepen:

  • a. het gebruik van gronden als stort- en opslagplaats van al dan niet aan het gebruik onttrokken voorwerpen, stoffen en materialen, behoudens voor zover deze opslag geschiedt in het kader van het normale onderhoud en behoudens de gronden ter plaatse van de aanduiding 'opslag';
  • b. het gebruik van de gronden als standplaats voor kampeermiddelen, behalve binnen de bestemming Recreatie - Verblijfsrecreatie, dan wel op de gronden waar een kampeerterrein voor (kleinschalig) kamperen is toegestaan;
  • c. het gebruik van de gronden en bouwwerken voor overige verblijfsrecreatie, anders dan bestaand;
  • d. het gebruik van gronden voor het beproeven van motorvoertuigen of voor het beoefenen van gemotoriseerde snelheids- en/of behendigheidssporten en de (model-) vliegsport, behoudens de gronden ter plaatse van de aanduiding 'motorcrossterrein';
  • e. het gebruik of laten gebruiken van gronden en/of gebouwen voor een seksinrichting;
  • f. het storten van puin en/of afvalstoffen;
  • g. het gebruik van bijgebouwen voor zelfstandige bewoning;
  • h. het gebruik van een bedrijfswoning als burgerwoning;
  • i. het gebruik van een woning ten behoeve van inwoning, anders dan in dit bestemmingsplan toegestane mantelzorg dan wel bestaande inwoning.
56.1 Voorwaardelijke verplichting

Onder strijdig gebruik met dit bestemmingsplan wordt begrepen:

  • a. het gebruik van gronden en bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'voorwaardelijke verplichting 1' overeenkomstig de bestemmingsregels, indien de op in de bijlage 6 opgenomen inrichtingsschets – B+O architecten B.V.; Nieuwbouw agrarisch bouwblok aan de Hulpensteinweg te Rouveen; 15 07-2011 - aangegeven maatregelen ten behoeve van de landschappelijke inrichting niet zijn gerealiseerd;
  • b. het gebruik van gronden en bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'voorwaardelijke verplichting 2' overeenkomstig de bestemmingsregels, indien de op de in de bijlage 7 opgenomen inrichtingsschets – B+O architecten B.V., Nieuwbouw boerderij aan de Molenhoeksweg te Rouveen, 14-07-2011 - aangegeven maatregelen ten behoeve van de landschappelijke inrichting niet zijn gerealiseerd;
  • c. het gebruik van gronden en bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'voorwaardelijke verplichting 3' overeenkomstig de bestemmingsregels, indien de op de in de bijlage 8 opgenomen inrichtingsschets aangegeven maatregelen ten behoeve van de landschappelijke inrichting niet zijn gerealiseerd;
  • d. het gebruik van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'voorwaardelijke verplichting 4' overeenkomstig de bestemming zonder de instandhouding c.q. aanleg van de beplanting conform het erfinrichtingsplan d.d. 15 maart 2013 (bijlage 10), teneinde te komen tot een goede landschappelijke inpassing;
  • e. het gebruik van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'voorwaardelijke verplichting 5' voor de bedrijfsvoering zonder de aanleg en instandhouding van de inrichtingsmaatregelen overeenkomstig het erfinrichtingsplan (bijlage 11);
  • f. het gebruik van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'voorwaardelijke verplichting 6' voor de bedrijfsvoering zonder de aanleg en instandhouding van de inrichtingsmaatregelen overeenkomstig het erfinrichtingsplan (bijlage 12);
  • g. het gebruik van en het in gebruik laten nemen van gronden en bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'voorwaardelijke verplichting 7' overeenkomstig de bestemming zonder de aanleg en instandhouding van de landschapsmaatregelen conform het erfinrichtingsplan (bijlage 13). In afwijking hiervan mogen gronden en bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'voorwaardelijke verplichting 7' overeenkomstig de bestemming worden gebruikt onder de voorwaarde dat binnen twee jaar na het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan uitvoering wordt gegeven aan de aanleg en instandhouding van de landschapsmaatregelen conform het erfinrichtingsplan (bijlage 13);
  • h. het gebruik van de gronden en bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'voorwaardelijke verplichting 8' overeenkomstig de bestemming zonder de aanleg en instandhouding van de beplanting conform het in bijlage 14 opgenomen erfinrichtingsplan, teneinde te komen tot een goede landschappelijke inpassing;
  • i. het gebruik van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'voorwaardelijke verplichting 9' voor de agrarische bedrijfsvoering zonder de instandhouding c.q. aanleg van de beplanting conform het erfinrichtingsplan d.d. 31 mei 2011 (bijlage 15), teneinde te komen tot een goede landschappelijke inpassing.
  • j. het gebruik van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'voorwaardelijke verplichting 10' overeenkomstig de bestemming zonder de realisatie en instandhouding van de landschappelijke inpassing conform het inrichtingsplan (bijlage 16).