De verbeelding van het bestemmingsplan ‘Buitengebied Ommen’, is gewijzigd in die zin
dat ter plaatse van het plangebied een gedeelte van de bestemming ‘Agrarische
doeleinden (A)’ is gewijzigd naar ‘Natuurdoeleinden (N)’, zoals weergegeven op de
verbeelding van dit plan en waar artikel 14 op van toepassing is en welke tevens als
bijlage bij dit wijzigingsplan zijn opgenomen.
Voor het overige blijven de bestemmingsregels behorende bij het bestemmingsplan
‘Buitengebied Ommen’ onverkort van toepassing voor de gronden die in dit
wijzigingsplan als ‘Natuurdoeleinden’ zijn bestemd. Deze regels van artikel 14 worden
aangevuld met onderstaand artikel die gelezen dient te worden als artikel 14.4
inhoudend de voorwaardelijke verplichting voor een gedegen landschappelijke
inpassing:
14.4 Voorwaardelijke verplichting landschappelijke inpassing
- Tot een met de bestemming strijdig gebruik wordt in elk geval gerekend het gebruik van en het in gebruik laten nemen van gronden en bouwwerken overeenkomstig de in ‘Natuurdoeleinden (N)’ opgenomen doeleindenomschrijving, zonder de aanleg en instandhouding van de landschapsmaatregelen en erfinrichting conform het als bijlage 1 van de regels opgenomen “Inrichtingsplan Ommermars”, teneinde te komen tot een goede landschappelijke inpassing en verbetering van de ruimtelijke kwaliteit;
- in afwijking van het bepaalde onder a mogen gronden en bouwwerken overeenkomstig de in ‘Natuurdoeleinden (N)’ opgenomen doeleindenomschrijving worden gebruikt onder de voorwaarde dat binnen 24 maanden na het tijdstip van inwerkingtreding van het wijzigingsplan uitvoering wordt gegeven aan de aanleg en instandhouding van de landschapsmaatregelen conform het als bijlage 1 van de regels opgenomen “Inrichtingsplan Ommermars”, teneinde te komen tot een goede landschappelijke inpassing en verbetering van de ruimtelijke kwaliteit.
En waarbij ten aanzien van het gestelde in artikel 14.3 van de bestemming Natuurdoeleinden (onderdeel ‘tevens geldende regeling’) geldt dat geen (aanleg)vergunningen nodig zijn indien het gaat om (landschaps)maatregelen die voortvloeien uit de aanleg en instandhouding van de landschapsmaatregelen conform het als bijlage 1 van de regels opgenomen “Inrichtingsplan Ommermars”, teneinde te komen tot de afgesproken en goedgekeurde goede landschappelijke inpassing en verbetering van de ruimtelijke kwaliteit.