Plan: | Buitengebied Rood voor rood Dwarsweg 5 Arriën |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0175.20101003005-va01 |
Milieuzonering
Zowel de ruimtelijke ordening als het milieubeleid stellen zich ten doel een goede kwaliteit van het leefmilieu te handhaven en te bevorderen. Dit gebeurt onder andere door milieuzonering. Onder milieuzonering verstaan we het aanbrengen van een voldoende ruimtelijke scheiding tussen milieubelastende bedrijven of inrichtingen enerzijds en milieugevoelige functies als wonen en recreëren anderzijds. De ruimtelijke scheiding bestaat doorgaans uit het aanhouden van een bepaalde afstand tussen milieubelastende en milieugevoelige functies. Die onderlinge afstand moet groter zijn naarmate de milieubelastende functie het milieu sterker belast. Milieuzonering heeft twee doelen:
Voor het bepalen van de aan te houden afstanden wordt de VNG-uitgave 'Bedrijven en Milieuzonering' uit 2009 gehanteerd.
Wet geurhinder en veehouderij
De Wet geurhinder en veehouderij (Wgv) vormt vanaf 1 januari 2007 het toetsingskader voor de milieuvergunning, als het gaat om geurhinder vanwege dierenverblijven van veehouderijen.
De Wet geurhinder en veehouderij schrijft voor op welke wijze een bevoegd gezag het milieuaspect 'geurhinder vanwege dierenverblijven' moet beoordelen, indien een veehouderij een uitbreidings- of nieuwvestigingsvergunning aanvraagt. Hoewel de geurregelgeving regels stelt voor beoordeling van geurhinder vanwege de veehouderij, heeft zij indirect consequenties voor de totstandkoming van geurgevoelige objecten binnen de geurcontouren. Die uitstraling van de geurregelgeving naar de ruimtelijke ordening wordt wel aangeduid met de term 'omgekeerde werking'.
Een veehouderij mag niet in zijn belangen worden geschaad. Bouwen binnen een geurcontour is een inbreuk op het vergund recht van een veehouder en beperkt dan ook de uitbreidingsmogelijkheden van de veehouderij binnen de reeds gebruikte milieuruimte.
Artikel 14, tweede lid van de Wgv bevat een regeling specifiek voor rood voor rood-initiatieven. Het tweede lid van artikel 14 luidt:
Voor de toepassing van de artikelen 3, 4 en 6 van de Wgv bedraagt de afstand tussen een veehouderij en een woning die op of na 19 maart 2000 is gebouwd:
ten minste 100 meter indien de woning binnen de bebouwde kom is gelegen en ten minste 50 meter indien de woning buiten de bebouwde kom is gelegen.
Bestemmingsplan Buitengebied 2009
In het geldende bestemmingsplan Buitengebied 2009 is de volgende regeling opgenomen.
Ten aanzien van functies die de volksgezondheid schade kunnen toebrengen, waaronder intensieve veehouderijen, wordt, met het oog op het voorkomen van gezondheidsschade, het voorzorgbeginsel toegepast. Dit brengt met zich mee dat in geval van uitbreiding en nieuwvestiging van intensieve veehouderijen danwel de toevoeging van burgerwoningen een afstand van minimaal 500 m moet worden aangehouden tussen gevoelige objecten/functies en de intensieve veehouderij. Een kleinere afstand kan worden aangehouden indien wordt aangetoond dat hierdoor geen gevaren voor de volksgezondheid optreden. Dit geschiedt aan de hand van een zogenaamde gezondheidseffectrapportage.
Aan de hand van vorenstaande regelingen is de feitelijke situatie in ogenschouw genomen.
Milieuzonering
Binnen het invloedsgebied van de twee compensatiekavels zijn geen bedrijven aanwezig op grond waarvan op grond van de VNG-uitgave 'Bedrijven en Milieuzonering' richtafstanden worden gehanteerd.
Wet geurhinder en veehouderij
Hoewel tussen de huidige agrarische bedrijfsgebouwen en de compensatiekavels enige afstand zit, zijn de compensatiekavels op de kadastrale agrarische bedrijfskavel geprojecteerd. Er is sprake van dezelfde kadastrale kavel. Artikel 14, tweede lid van de Wgv is dan ook van toepassing.
Binnen een afstand van 50 meter van de compensatiekavels zijn geen agrarische bedrijven gelegen.
Bovendien is gebleken dat alle nabijgelegen intensieve veehouderijen die vallen onder de Wet geurhinder en veehouderij al belemmerd worden door andere dichterbijgelegen woningen (niet zijnde een agrarische bedrijfswoningen) dan de geprojecteerde woningen in het plangebied.
Er wordt een goed woon- en verblijfsklimaat gegarandeerd en het bouwblok van omliggende agrarische bedrijven blijven optimaal benut blijft. De realisatie van de compensatiewoningen wordt niet belemmerd op grond van de Wet geurhinder en veehouderijen.
Bestemmingsplan Buitengebied 2009
Op een afstand van circa 330 meter van de compensatiekavels is een kalvermesterij gelegen. De GGD heeft omtrent de gezondheidsrisico's een advies uitgebracht. De GGD is van oordeel dat, gelet op de diersoort en de omvang van dit bedrijf, geen gezondheidsrisico's worden verwacht. In verband daarmee kan van een nader onderzoek worden afgezien.
Geconcludeerd kan worden dat de voorgenomen ontwikkeling in overeenstemming is te achten met een goede ruimtelijke ordening.