direct naar inhoud van 4.7 Water
Plan: ´Buitengebied Rood voor rood Stegerdijk 23 Stegeren'
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0175.20091003005-oh01

4.7 Water

4.7.1 Algemeen

Er bestaat een duidelijk verband tussen water en ruimtelijke ordening. Het aanwezige watersysteem vormt een belangrijke randvoorwaarde voor wat in een bepaald gebied wel of juist niet mogelijk is en stelt daarmee eisen aan de inrichting van het gebied. Naar aanleiding van het advies ‘Waterbeleid voor de 21e eeuw’ van 2000 heeft het kabinet op 3 juli 2003 besloten tot wijziging van het Besluit op de ruimtelijke ordening 1985 in verband met de gevolgen van ruimtelijke plannen voor de waterhuishouding.

De watertoets is een instrument om te komen tot een juiste afstemming tussen water en ruimtelijke ordening. De watertoets heeft tot doel om in een vroegtijdig stadium een samenhangend beeld te geven van de wijze waarop in het plan rekening is gehouden met ruimtelijke relevante aspecten van duurzaam waterbeheer en biedt de mogelijkheid om alle relevante partijen te betrekken bij het opstellen van een wateradvies. Dat advies omvat alle waterhuishoudkundige aspecten: veiligheid, wateroverlast, waterkwaliteit en verdroging. De inbreng van water en daarmee ook het doel en de inhoud van de waterparagraaf hangt sterk af van het type bestemmingsplan.

4.7.2 Locatiespecifiek

In het kader van de watertoets is het verzoek voorgelegd aan het waterschap Velt en Vecht. Het waterschap Velt en Vecht stelt een aantal randvoorwaarden aan het verlenen van medewerking aan het initiatief, te weten:

  • het totale oppervlakte van de nieuwbouw is niet groter dan het totale oppervlakte van de sloop;
  • de steilrand wordt versterkt met grond vanaf de Vecht en op deze steilrand wordt zo min mogelijk beplanting aangelegd;
  • het verlenen van een keurontheffing door het waterschap.

Aan alle randvoorwaarden wordt voldaan.

Het hemelwater zal, conform het vigerend beleid van het waterschap, worden gescheiden van het vuile afvalwater. Hierbij is het uitgangspunt dat afvalwater, vanwege het ontbreken van gemeentelijke riolering, middels een individuele voorziening wordt verwerkt. Het hemelwater, afkomstig van het bebouwde oppervlak, wordt zoveel mogelijk op het eigen terrein in de bodem geïnfiltreerd.

Vanuit het oogpunt van waterhuishouding zijn er geen belemmeringen voor de realisatie van het project, omdat de totale oppervlakte verharde grond wordt gereduceerd en hemelwater dus makkelijker kan infiltreren in de grond.