direct naar inhoud van 3.4 Ecologie
Plan: Overdinkel 2004, partiële herziening kulturhus
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0168.01BP0004PH01-0401

3.4 Ecologie

Door Ecogroen is in 2009 onderzoek gedaan naar de ecologische waarden van het plangebied. Hierbij is onderzocht of er in het plangebied beschermde soorten aanwezig zijn en of het plan negatieve effecten heeft op beschermde gebieden in de buurt van het plangebied. Op 11 december 2009 is een veldbezoek aan het plangebied gebracht, waarbij aandacht is besteedt aan beschermde soorten. Daarnaast is een bureauonderzoek uitgevoerd.

Gebiedsbescherming

Habitatrichtlijngebied Dinkelland is het dichtstbijzijnde Natura 2000-gebied en ligt op een afstand van ruim 500 meter. In de directe nabijheid van de onderzoekslocatie bevinden zich geen andere Natura 2000-gebieden of Beschermde Natuurmonumenten.

Volgens de kaarten van de Omgevingsvisie Overijssel, maakt het plangebied geen onderdeel uit van de EHS. Het dichtstbijzijnde EHS gebied (waar Natura 2000-gebied Dinkelland onderdeel van is) ligt op een afstand van circa 400 meter van het plangebied.

Gezien het ontbreken van een ecologische relatie tussen het plangebied en de EHS, het Natura 2000-gebied en Beschermd Natuurmonument en de aard van de beoogde ingreep, zijn er als gevolg van de voorgenomen ontwikkelingen geen negatieve effecten op onder de Natuurbeschermingswet 1998 beschermde natuurgebieden en EHS gebieden te verwachten.

Flora- en faunawet

Flora

Tijdens het veldonderzoek zijn in het plangebied geen beschermde of bedreigde plantensoorten aangetroffen. Ook worden deze soorten binnen het plangebied niet verwacht.

Zoogdieren

Vleermuizen

De aanwezige bebouwing is grondig geïnspecteerd op aanwezigheid van sporen van vleermuizen en invliegopeningen naar ruimtes die als verblijfplaats van vleermuizen kunnen dienen. Sporen van vleermuizen zijn hierbij niet aangetroffen. Er worden ook geen verblijfplaatsen van vleermuizen verwacht. Daarnaast worden geen opgaande lijnvormige structuren verwijderd die voor vleermuizen kunnen dienen als vlieg- en jachtroute en worden geen essentiële foerageergebieden verstoord of vernietigd.

Overige zoogdieren

Binnen het plangebied zijn vaste verblijfplaatsen van laag beschermde zoogdiersoorten te verwachten. Juridisch zwaarder beschermde soorten (zoals Steenmarter) zijn tijdens het veldonderzoek niet aangetroffen en worden ook niet verwacht.

Broedvogels

Alle van nature in Nederland voorkomende broedvogels, hun nesten, eieren en jongen zijn tijdens het broedseizoen strikt beschermd in de Flora- en faunawet. In en in de omgeving van het plangebied zijn geen aanwijzingen gevonden die wijzen op de aanwezigheid van soorten met een jaarrond beschermde nestplaats. Wel is geschikt broedbiotoop aanwezig voor algemeen voorkomen broedvogels van bos en struweel zoals Heggenmus, Merel, Vink en Winterkoning.Gezien de aard van de locatie is de aanwezigheid van weidevogels en in gebouwen broedende vogels niet te verwachten.

Overige soortgroepen

Beschermde soorten uit de soortgroepen amfibieën, reptielen, vissen en ongewervelden zijn tijdens het veldonderzoek niet aangetroffen en gezien hun biotoopeisen, de terreingesteldheid en bekende verspreidingsgegevens ook niet te verwachten in het plangebied.

Naar aanleiding van het uitgevoerde onderzoek bestaat er geen belemmering voor de realisatie van het voorgenomen plan. Het onderzoek is als Bijlage 4 bij deze toelichting gevoegd.