direct naar inhoud van 3.1 Rijksbeleid
Plan: bestemmingsplan buitengebied partiele herziening Denekamperstraat 32a
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0168.001BP0005PH07-0401

3.1 Rijksbeleid

3.1.1 Nota Ruimte, 2006

De Nota Ruimte bevat de visie van het kabinet op de ruimtelijke ontwikkeling van Nederland en de belangrijkste bijbehorende doelstellingen voor de komende decennia. Op 27 februari 2006 is de Nota Ruimte formeel in werking getreden. Het accent verschuift van toelatingsplanologie naar ontwikkelingsplanologie. Ruimte voor ontwikkeling betekent ook dat het Rijk voor ruimtelijke waarden van nationaal belang waarborgen creƫert om die te kunnen behouden en ontwikkelen.

De nationale belangen omvatten globaal genomen:

  • Nationale planologische principes zoals gebundelde verstedelijking en versterking van de kwaliteiten van het landschap;
  • De ontwikkeling van de Randstad, de mainports en een aantal grote bouwlocaties;
  • De bescherming en ontwikkeling van een aantal groene en blauwe gebiedscategorieĆ«n;
  • Ruimtelijke garanties voor de nationale grondstoffen- en energieproductie.

De inwerkingtreding van de nieuwe Wro heeft ook gevolgen voor de doorwerking van het nationaal ruimtelijke beleid. Per 1 juli 2008 zijn pkb's, waaronder de Nota Ruimte, alleen nog bindend voor het rijk zelf en niet meer voor andere overheden.

In verband daarmee zijn de nationale ruimtelijke belangen opgenomen en uitgewerkt in de 'Realisatieparagraaf nationaal ruimtelijk beleid'. Hierin wordt ook aangegeven op welke wijze het Rijk deze belangen wil verwezenlijken. Het resultaat is een duidelijk overzicht van de kaders die het Rijk stelt aan het handelen van medeoverheden. De Realisatieparagraaf is in juni 2008 door het kabinet vastgesteld en heeft de status van structuurvisie. De uitgangspunten uit de Realisatieparagraaf zijn overgenomen in de AMvB Ruimte.

In het kader van dit bestemmingsplan zijn er geen nationale belangen in het geding.

3.1.2 Nationaal Landschap Noordoost Twente

In december 2006 is door Provinciale Staten van de provincie Overijssel het ontwikkelingsperspectief Nationaal Landschap Noordoost-Twente vastgesteld. Het Rijk heeft in de Nota Ruimte dit gebied aangewezen als Nationaal Landschap. Een Nationaal Landschap is een gebied met '(inter)nationaal zeldzame of unieke landschapskwaliteiten en, in samenhang daarmee, bijzonder natuurlijke en recreatieve kwaliteiten'.


Het gebied Noordoost-Twente, bestaande uit de gemeenten Losser, Dinkelland, Oldenzaal en Tubbergen, is gekozen als Nationaal Landschap vanwege de volgende kernkwaliteiten:

  • grote mate van kleinschaligheid;
  • het groene karakter;
  • een samenhangend complex van beken, essen, kampen en moderne ontginningen.


Om deze kwaliteiten te waarborgen, is de opgave: behoud, duurzaam beheer en (waar mogelijk) versterking.


De ontwikkelingsrichtingen die het perspectief geeft, zijn:

  • landbouwers maken het landschap (ontwikkeling van landbouw waarbij rekening wordt gehouden met de kernkwaliteiten van het landschap);
  • koester de gebiedskwaliteiten (de structuur en de bijzondere kwaliteit van het landschap koesteren, verder ontwikkelen en versterken);
  • versterk de beleving van een onthaastend landschap (aanleg nieuwe wandel- en fietspaden, routes, (informatie-) voorzieningen om de recreatie te bevorderen. Tegelijkertijd dient echter wel de kwaliteit en sfeer van het gebied behouden te blijven);
  • zorg voor een groene woon- en werkomgeving (vestiging van bewoners en bedrijven in het buitengebied is mogelijk, mits de kernkwaliteiten van het landschap worden behouden en/of worden versterkt).

In het kader van dit bestemmingsplan wordt geconcludeerd dat de in dit bestemmingsplan besloten ruimtelijke ontwikkeling geen onevenredige afbreuk doet aan de kernkwaliteiten van de aanwijzing van de gemeente als 'Nationaal Landschap'.