direct naar inhoud van 5.3 Bestemmingen
Plan: Brunneper Bongerd 2013
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0166.00991119-VB01

5.3 Bestemmingen

In het bestemmingsplan 'Brunneper Bongerd 2013' komen de volgende bestemmingen voor:

Daarnaast komen de volgende dubbelbestemmingen voor:

  • Waarde - Archeologie 1 en 2.

Met dubbelbestemmingen worden ruimtelijk relevante belangen veilig gesteld die niet of onvoldoende met de ‘onderliggende’ bestemmingen kunnen worden gewaarborgd. Daarbij hebben met de dubbelbestemming samenhangende belangen voorrang op de belangen van de onderliggende bestemming, wanneer de enkelbestemming en de dubbelbestemming met elkaar strijden. Het waarborgen van belangen met behulp van een dubbelbestemming leidt tot de opname van bijzondere regels binnen deze bestemming en noopt tot een nadere afweging van belangen.

 

Algemene aanduidingsregels

De diverse aanduidingsregels zijn extra regels die gelden bovenop de regels die gesteld zijn in de bestaande bestemmingen. Vaak wordt gewerkt met de hiervoor in de SVBP2008 opgenomen gebiedsaanduidingen. Op deze wijze kun je één keer een regeling in de algemene aanduidingsregels

op te nemen dan een aparte regeling in alle aparte van toepassing zijnde bestemmingen. In het bestemmingsplan wordt gebruik gemaakt van de volgende gebiedsaanduidingen:

  • ‘geluidzone – Industrie’: net buiten het plangebied ligt het bedrijventerrein Haatland. Dit is een gezoneerd bedrijventerrein. De geluidszone loopt over het noordelijk deel van het plangebied;
5.3.1 Groen

Openbare groengebieden die behoren tot het structurele groen in de binnenstad, hebben de bestemming ‘Groen’ gekregen. Binnen deze bestemming komen bijvoorbeeld parken, speelvoorzieningen en groenstroken voor. Uitgangspunt is dat enkel openbaar groen (dwz geen particulier eigendom) als ‘Groen’ wordt bestemd. Bermen of tussenstroken bij fietspaden en wegen worden in de bestemming ‘Verkeer-verblijfsgebied’ geregeld. Parkeervoorzieningen zijn niet toegestaan in de bestemming ‘Groen’.

Afwijken en wijzigen

Er is een wijzigingsbevoegdheid mogelijk van ‘Groen’ naar ‘Verkeer of Verkeer -Verblijfsgebied’. Op deze wijze kan op een makkelijke manier medewerking worden verleend aan een verbreding van het straatprofiel of de aanleg van extra parkeerplaatsen, terwijl tegelijk wel geborgd is dat omwonenden hierop (procedureel) kunnen reageren. De stedenbouwkundige, landschappelijke en cultuurhistorishe waarden van het betreffende gebied moeten dit dan wel mogelijk maken.

5.3.2 Maatschappelijk

De gronden met deze bestemming zijn bestemd voor educatieve, sociaal-medische, sociaal-culturele en levensbeschouwelijke voorzieningen, voorzieningen ten behoeve van sport en sportieve recreatie en voorzieningen ten behoeve van openbare dienstverlening, alsook ondergeschikte detailhandel en horeca ten dienste van deze voorzieningen. Dit volgt uit de begripsbepaling ten aanzien van het begrip ‘maatschappelijke voorzieningen’ (zie artikel 1). Er is van afgezien om specifiek op de betreffende functie toegesneden aanduidingen dan wel bestemmingen toe te kennen. De reden daarvoor is dat de verschijningsvorm van ‘het gebouwde’ bepalender is dan het feitelijke gebruik dat daarvan wordt gemaakt. Door nu de te onderscheiden functies onder één noemer te brengen, is een onderlinge uitwisselbaarheid mogelijk, waarmee adequaat op ontwikkelingen in deze sector kan worden ingespeeld.

5.3.3 Tuin

De bestemming ‘Tuin’ wordt gebruikt om die gebieden bij woningen te bestemmen die vanuit stedenbouwkundig oogpunt onbebouwd moeten blijven. Het gaat veelal om hoek- en voorkantsituaties, maar in de binnenstad vooral om binnentuinen die waardevol zijn. Uitgangspunt is dat alleen particulier eigendom de bestemming ‘Tuin’ krijgt. Gronden met de bestemming ‘Tuin’ mogen niet bebouwd worden. Binnen deze bestemming is wel een erkerregeling opgenomen, zodat onder bepaalde voorwaarden een erker aan de voorkant mogelijk is. voor het overige is bouwen hier niet toegestaan, met uitzondering van andere bouwwerken zoals erfafscheidingen.

5.3.4 Verkeer - Verblijfsgebied

De bestemming ‘Verkeer en verblijfsgebied’ wordt gelegd op gebieden met een verblijfskarakter. Dit zijn woongebieden of centrumgebieden. Binnen de bestemming vallen fietspaden, voetgangersgebieden, pleinen, parkeerterreinen, wegen, alsmede groenvoorzieningen, bermen en water. In de bestemming zijn twee wijzigingsbevoegdheden opgenomen om de aanduiding ‘markt’ of de aanduiding ‘evenemententerrein’ op een gebied te leggen. Hiernaast is het met wijziging mogelijk om het aantal of soort evenementen voor de diverse locaties te veranderen.

5.3.5 Water

De waterbestemming wordt gegeven aan sloten, vijvers, riviertjes, meren ed. Ook de bij het water behorende kunstwerken en voorzieningen vallen binnen deze bestemming. Kleine bruggen voor wandelaars en fietsers vallen binnen de bestemming, terwijl de grotere bruggen ten behoeve van het doorgaande (gemotoriseerde) verkeer middels de aanduiding 'brug' in de bestemming zijn opgenomen.

5.3.6 Wonen

Binnen deze bestemming zijn grondgebonden woningen toegestaan. Wanneer er sprake is van de aanduiding 'gestapeld' is ook gestapelde woonbebouwing mogelijk. Vrijstaande woningen zijn specifiek aangeduid, wanneer vanuit stedenbouwkundig oogpunt vrijstaande bebouwing wenselijk is. De hoofdgebouwen mogen uitsluitend worden gebouwd binnen het op de verbeelding aangegeven bouwvlak. Daarbij zijn op de verbeelding de maximale goot- en bouwhoogten aangegeven.

Bestaande garages/bergingen/entreepartijen voor de voorgevel krijgen de aanduiding ‘bijgebouwen’. Carports voor de voorgevel zijn, voorzover legaal gerealiseerd, geregeld door het gebruik van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - overkapping'. Erkers worden binnen de bestemming 'Tuin' geregeld.

Binnen de bestemming Wonen is het met afwijking en onder bepaalde voorwaarden mogelijk om een beroep of bedrijf aan huis uit te oefenen.

5.3.7 Waarde - Archeologie

Binnen de bestemming ‘Waarde – Archeologie’ zijn de aanwezige en te verwachten archeologische waarden beschermd. De voor deze bestemming aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor hetbehoud en de bescherming van archeologische waarden. Bepaalde bodemingrepen die (te verwachten) archeologische waarden verstoren zijn enkel mogelijk wanneer archeologisch onderzoek heeft plaatsgevonden.