direct naar inhoud van Artikel 17 Verkeer - Verblijfsgebied
Plan: Wilsum en Nieuwstad 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0166.00991074-VB01

Artikel 17 Verkeer - Verblijfsgebied

17.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer - Verblijfsgebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. woonstraten en pleinen;
  • b. voet- en rijwielpaden;
  • c. bruggen en tunnels ten behoeve van fiets- en wandelpaden;
  • d. groenvoorzieningen, bermen en watergangen;
  • e. parkeervoorzieningen;
  • f. nutsvoorzieningen;
  • g. fietsenstallingen, abri's, straatmeubilair en dergelijke;
  • h. openbare toiletvoorzieningen;
  • i. speel- en verblijfsvoorzieningen.
17.2 Bouwregels
17.2.1 Gebouwen

Op deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

17.2.2 Bouwwerken, geen gebouw zijnde

Binnen deze bestemming mogen bouwwerken geen gebouw zijnde ten dienste van deze bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de hoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde ten behoeve van de geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer mag niet meer dan 8,5 m bedragen;
  • b. in overige gevallen mag de bouwhoogte niet meer dan 4,5 m bedragen.
17.3 Wijzigingsbevoegdheid
  • a. Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming wijzigen:
    • 1. voor het toestaan van het gebruik van gronden als evenemententerrein door de aanduiding ‘evenemententerrein’ aan de gronden te geven;
    • 2. voor het toestaan van het gebruik van gronden als terras door de aanduiding 'terras' aan de gronden te geven;
    • 3. voor het toestaan van het gebruik van gronden als markt of standplaats door de aanduiding ‘markt’ aan de gronden te geven.
  • b. Ter beoordeling van de toelaatbaarheid van de in sub a genoemde wijzigingen vindt een evenredige belangenafweging plaats waarbij betrokken worden:
    • 1. het straat- en bebouwingsbeeld;
    • 2. de woonsituatie;
    • 3. de sociale veiligheid;
    • 4. de verkeersveiligheid;
    • 5. de bereikbaarheid voor hulpdiensten;
    • 6. de fysieke en externe veiligheid;
    • 7. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden.