direct naar inhoud van Artikel 11 Wonen - Uit te werken
Plan: Stationsomgeving Hanzelijn
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0166.00991005-VS01

Artikel 11 Wonen - Uit te werken

11.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ' Wonen - Uit te werken aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen;
  • b. beroepen en bedrijven aan huis zoals genoemd in Bijlage 3 Lijst beroep en bedrijf aan huis ;
  • c. educatieve voorzieningen;
  • d. ondergrondse en bovengrondse parkeervoorzieningen;
  • e. tuinen, erven en verhardingen;
  • f. garageboxen;
  • g. voorzieningen voor verkeer en verblijf;
  • h. ondergrondse en bovengrondse parkeervoorzieningen;
  • i. geluidwerende voorzieningen;
  • j. groenvoorzieningen;
  • k. speelvoorzieningen;
  • l. openbare nutsvoorzieningen;
  • m. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.
11.2 Uitwerkingsregels

Burgemeester en wethouders werken de in 11.1 omschreven bestemming uit met inachtneming van de volgende regels:

11.2.1 Woningcategorisering

De woningcategorisering vindt als volgt plaats:

  • a. sociale huurwoningen: ten minste 15%;
  • b. sociale koopwoning: ten minste 15%;
  • c. particulier opdrachtgeverschap: niet meer dan 70%.
11.2.2 Woningaantallen

Het totale aantal woningen van de binnen de bestemmingen Centrum, Centrum - Uit te werken en Wonen - Uit te werken te bouwen woningen mag niet meer dan 740 bedragen.

11.2.3 Educatieve voorzieningen

De gezamenlijke bruto vloeroppervlakte ten behoeve van educatieve voorzieningen in de bestemmingen Centrum - Uit te werken en Wonen - Uit te werken mag niet meer dan 2.000 m2 bedragen.

11.2.4 Parkeren

Ter bepaling van het aantal benodigde parkeerplaatsen geldt dat voldaan moet worden aan de parkeernormen zoals opgenomen in Bijlage 5 Parkeerkencijfers ASVV .

11.2.5 Bijzondere bepalingen
  • a. bebouwing voor geluidgevoelige functies dient zodanig te worden geprojecteerd dat de voorkeursgrenswaarde in acht wordt genomen. Hiervan mag alleen worden afgeweken in geval een hogere waarde is verleend in het kader van een hogere waarde procedure (die ten behoeve van het uitwerkingsplan moet worden gevolgd). De toetsing van de geluidbelasting geschiedt alleen ter plaatse van geluidgevoelige gebouwen ter hoogte van gevels als gedefinieerd in de Wet geluidhinder;
  • b. bebouwing van functies gevoelig voor milieuhinder dient zodanig te worden geprojecteerd dat geen ontoelaatbare hinder zal worden ondervonden vanwege in de nabijheid (potentieel) gelegen bedrijvigheid;
  • c. voor ieder uitwerkingsplan dient een berekening van de oriĆ«nterende waarde uitgevoerd te worden. Het uitwerkingsplan dient te voldoen aan de eisen die in het gemeentelijk veiligheidsbeleid zijn gesteld voor een woonomgeving zoals dat geldt ten tijde van vaststelling van het uitwerkingsplan. In dat kader dient ook een verantwoording van het groepsrisico plaats te vinden.
11.3 Bouwregels
11.3.1 Bouwverbod

Zolang en voor zover deze uitwerking geen rechtskracht heeft, mogen de gronden niet worden bebouwd.

11.3.2 (Hoofd)gebouwen

Voor een (hoofd)gebouw gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van een gebouw mag niet meer bedragen dan aangegeven;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'gevellijn' geldt dat de voorgevel van de gebouwen gericht moet zijn op deze lijn, met dien verstande dat niet meer dan 15% van de breedte van de gevels welke in deze lijn worden gebouwd zijgevels mag betreffen.
11.4 Afwijken van de bouwregels
11.4.1 Omgevingsvergunning

Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 11.3.1 en toestaan dat er ten dienste van de in voorbereiding zijnde bestemming wordt gebouwd.

11.4.2 Afwegingskader

Een in 11.4 genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend, indien:

  • a. het bouwplan in overeenstemming is met het ontwerpuitwerkingsplan;
  • b. belanghebbenden in de gelegenheid zijn gesteld hun zienswijze kenbaar te maken.