direct naar inhoud van 4.3 Bestaande woonbebouwing
Plan: Sint Nicolaasdijk 2009
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0166.00991002-VB01

4.3 Bestaande woonbebouwing

Ten aanzien van de binnen het plangebied aanwezige woningbouw is als uitgangspunt genomen alle woningen als zodanig een positieve woonbestemming toe te kennen. Derhalve is aan iedere woning binnen het plangebied een positieve bestemming toegekend. Te onderscheiden zijn vrijstaande en halfvrijstaande woningen en een aantal rijenwoningen. Aan de woningen is de bestemming "Wonen" toegekend, waarbij voor reeds bestaande vrijstaande woningen aan de Sint Nicolaasdijk een aanduiding "vrijstaand" is toegekend. Bij de bestemming "Wonen" is er van uitgegaan dat er geen bezwaren bestaan om de op de kaart aangegeven bouwvlakken vol te bouwen. De goothoogten van de woningen zijn op kaart aangegeven.

Alle woningen zijn op de plankaart voorzien van een zogenaamd bouwvlak, waarbinnen de woning dient te worden gebouwd. Het doet wellicht wat vreemd aan dat in deze overwegend bestaande situatie in de regels wordt gesproken over "mag worden gebouwd", doch daaronder dient tevens te worden begrepen de aanwezigheid van het betreffende gebouw en het recht op herbouw ter plaatse.

Met betrekking tot bijgebouwen geldt dat bij iedere woning een bepaalde oppervlakte aan bijgebouwen is toegestaan (aan- en uitbouwen hieronder begrepen). De toelaatbare oppervlakte wordt op twee manieren bepaald. De absolute bovengrens wordt gevormd door de maat van 50 m2 aan bijgebouwen waarbij het gedeelte binnen het bebouwingsvlak, voorzover gelegen tussen de zijgevels en het verlengde daarvan niet wordt meegerekend. De tweede toets omtrent de toelaatbaarheid van de omvang van de oppervlakte bijgebouwen wordt gevormd door een bebouwingspercentage. Dit bebouwingspercentage is gesteld op 50% van het bouwperceel. Onder bouwperceel wordt niet alleen het gedeelte begrepen dat tot "Wonen" is bestemd maar ook de van het perceel deel uitmakende bestemming "Tuin", voor zover gelegen achter de voorgevel en het verlengde daarvan.

Naast de woonfunctie is ook de uitoefening van een beroep aan huis een algemeen aanvaarde activiteit. Het betreft hier beroepsuitoefeningen, die door hun aard aanvaardbaar moeten worden geacht binnen het woonmilieu en waarvan mag worden aangenomen dat daarvan geen negatieve invloed uitgaat. De woonfunctie dient hoofdzaak te blijven ofwel de uiterlijke kenmerken van de woonsfeer van het betreffende perceel, zoals dat tot uitdrukking komt in de gevelindeling, tuinaanleg en -gebruik, dienen gehandhaafd te blijven.

Die delen van het woongebied die uit stedenbouwkundige overwegingen onbebouwd dienen te blijven - en welke als tuin of erf in gebruik (behoren) te zijn - zijn tot "Tuin" bestemd.

Het betreft in vrijwel alle gevallen de voortuinen en soms ook zijtuinen.