direct naar inhoud van Artikel 3 Agrarisch
Plan: ''t Weusthag - infrastructuur
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0164.BP0071-0301

Artikel 3 Agrarisch

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor;

  • a. agrarische bedrijfsvoering, niet zijnde intensief;
  • b. een heemtuin ter plaatse van de aanduiding 'dagrecreatie';
  • c. uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'volkstuinen' voor volkstuinen waar uitsluitend op biologische wijze mag worden geteeld;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'gronddepot' ook voor een gronddepot;
  • e. ter plaatse van de aanduiding ' specifieke vorm van agrarisch - 01' voor onverharde en/of verharde wandelpaden met een maximale breedte van 3 meter;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - 02' voor onverharde en/of verharde wandel- en fietspaden met een maximale breedte van 3 meter

met tevens ondergeschikt:

  • g. extensief recreatief medegebruik;
  • h. voorzieningen ten behoeve van afvoer, tijdelijke berging en infiltratie van hemelwater;
  • i. tuinen, erven en terreinen;
  • j. groenvoorzieningen;
  • k. parkeervoorzieningen uitsluitend ter plaatse van de aanduidingen 'parkeerterrein' en 'dagrecreatie';
  • l. overpaden en inritten ten behoeve van aanliggende bestemmingen;
  • m. bestaande verhardingen;
  • n. nutsvoorzieningen;
  • o. waterberging, watergangen en waterpartijen;

met de daarbij behorende:

3.2 Bouwregels
3.2.1 Algemeen

Uitsluitend zijn toegestaan gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die ten dienste staan van deze bestemming.

3.2.2 Gebouwen

Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd, anders dan het bepaalde in 3.2.3 en 3.2.4.

3.2.3 Dagrecreatie

Binnen deze bestemming zijn ter plaatse van de aanduiding 'dagrecreatie' gebouwen ten behoeve van een heemtuin toegestaan. Hiervoor gelden de volgende voorwaarden:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. het bebouwingspercentage ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage' mag niet worden overschreden;
  • c. de maximale goot- en bouwhoogte bedragen respectievelijk 3 meter en 7 meter;
  • d. in afwijking van het bepaalde onder a mogen buiten het bouwvlak gebouwen worden gebouwd met dien verstande dat de maximale oppervlakte per gebouw 20 m2 bedraagt en de maximale bouwhoogte 3 meter;
  • e. het maximale aantal gebouwen als bedoeld onder d mag 2 bedragen.
3.2.4 Nutsvoorzieningen

Binnen deze bestemming mogen nutsvoorzieningen worden gebouwd met inachtneming van de bepaling dat voor gebouwen van openbaar nut, zoals voorzieningen voor telecommunicatie, water- en energiedistributie geldt, dat de bebouwde oppervlakte niet meer dan 15 m² en de bouwhoogte niet meer dan 3 m mag bedragen.

3.2.5 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Binnen deze bestemming mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van deze bestemming worden gebouwd met een maximale bouwhoogte van 2 meter;

3.3 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik in de zin van artikel 2.1, eerste lid, onder c van de Wabo wordt in ieder geval begrepen:

  • a. het opslaan, storten of bergen van materialen, producten en mest, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;
  • b. het bedrijfsmatig vervaardigen, opslaan, verwerken of herstellen van goederen en het opslaan en be- of verwerken van producten tenzij dit plaatsvindt ten behoeve van de agrarische productie binnen het bedrijf dan wel uitsluitend betrekking heeft op agrarische producten van het eigen bedrijf;
3.4 Afwijken van de gebruiksregels

Burgemeester en wethouders zijn bij het verlenen van een omgevingsvergunning bevoegd af te wijken van het bepaalde in artikel 3.3, indien strikte toepassing daarvan zou leiden tot een beperking van het meest doelmatige gebruik die niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.