direct naar inhoud van Artikel 10 Verkeer - Verblijfsgebied
Plan: Lange Wemen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0164.BP0049-0301

Artikel 10 Verkeer - Verblijfsgebied

10.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer - Verblijfsgebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wegen, straten, pleinen en paden;
  • b. voet- en rijwielpaden;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage' voor een parkeergarage;

met tevens ondergeschikt:

  • d. (fiets)parkeervoorzieningen;
  • e. afvalvoorzieningen, zowel bovengronds als ondergronds
  • f. speelvoorzieningen;
  • g. groenvoorzieningen;
  • h. bruggen en overkluizingen;
  • i. standplaatsen;
  • j. nutsvoorzieningen;
  • k. herdenkingsmonument;
  • l. het houden van markten, kermis en evenementen
  • m. ontsluiting voor het gemotoriseerde verkeer van een parkeergarage;
  • n. kunstwerken;
  • o. voorzieningen t.b.v. afvoer, tijdelijke berging en infiltratie van hemelwater;

met de daarbij behorende:

10.2 Bouwregels
10.2.1 Algemeen

Uitsluitend zijn toegestaan gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die ten dienste staan van deze bestemming.

10.2.2 Gebouwen

Binnen deze bestemming mogen gebouwen worden gebouwd met inachtneming van de volgende bepalingen:

  • a. de gebouwen dienen binnen het bouwvlak te worden gebouwd.
  • b. de bouwhoogte ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' mag niet worden overschreden. Indien de bestaande bouwhoogte meer bedraagt, geldt dat als maximale bouwhoogte.
10.2.3 Standplaatsen

Op deze gronden mogen standplaatsen worden gebouwd met inachtneming van de volgende bepalingen:

  • a. voor de standplaats dient een vergunning te zijn afgegeven op grond van de Standplaatsenverordening en de Marktverordening van de gemeente Hengelo;
  • b. de bebouwde oppervlakte per standplaats mag niet meer dan 15 m² en de bouwhoogte niet meer dan 3 m bedragen.
10.2.4 Nutsvoorzieningen

Binnen deze bestemming mogen nutsvoorzieningen worden gebouwd met inachtneming van de volgende bepalingen:

  • a. voor gebouwen van openbaar nut, zoals voorzieningen voor telecommunicatie, water- en energiedistributie geldt, dat de bebouwde oppervlakte niet meer dan 15 m² en de bouwhoogteniet meer dan 3 m mag bedragen.
10.2.5 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Binnen deze bestemming mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd met inachtneming van de volgende bepalingen:

  • a. de bouwhoogte van kunstwerken en bouwwerken ten behoeve van verlichting, geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer mag maximaal 12 meter bedragen.
  • b. de bouwhoogte van speeltoestellen mag maximaal 5 meter bedragen.
  • c. erkers, balkons, luifels, dakoverstekken, reclamevoorzieningen en vaste zonweringen mogen aan panden gelegen in de naastgelegen bestemmingen worden gebouwd met dien verstande dat de overschrijding van de bestemmingsgrens niet meer bedraagt dan 1,5 meter en onder de voorwaarde dat er voor wat betreft de verkeersveiligheid geen belemmeringen ontstaan.
  • d. de bouwhoogte van zijschotten mag maximaal 1,60 meter bedragen, parasols mogen een maximale breedte of diameter van 4 meter hebben. Luifels mogen een maximale uitvaldiepte hebben van 5 meter. Deze bouwwerken mogen alleen worden opgericht voor zover zij dienen t.b.v. een horecaterras waarvoor met toepassing van artikel 10.6 onder b een omgevingsvergunning is verleend.
  • e. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag maximaal 4 meter bedragen
10.3 Nadere eisen
10.3.1 Stellen van nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en afmeting van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. de verkeersveiligheid;
  • c. de sociale veiligheid;
  • d. de milieusituatie;
  • e. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
10.3.2 Procedure nadere eisen

Op de voorbereiding van een besluit tot het stellen van nadere eisen als bedoeld in artikel 10.3.1 is de procedure van toepassing zoals vermeld in artikel 17.2 van het plan.

10.4 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders zijn bij het verlenen van een omgevingsvergunning bevoegd af te wijken van het bepaalde onder 10.2.4 en toestaan dat grotere nutsvoorzieningen worden opgericht, mits wordt voldaan aan de volgende bepalingen:

  • a. de bebouwde oppervlakte mag niet meer bedragen dan 25 m2;
  • b. de hoogte mag niet meer bedragen dan 5 meter;
  • c. geen onevenredige aantasting plaats vindt van:
    • 1. het straat- en bebouwingsbeeld;
    • 2. de verkeersveiligheid;
    • 3. de sociale veiligheid;
    • 4. de milieusituatie;
    • 5. de stedenbouwkundige kwaliteit van de omgeving.
10.5 Specifieke gebruiksregels

Het is verboden de in deze bestemming begrepen gronden en de daarop voorkomende opstallen te gebruiken of in gebruik te geven of te laten voor een doel of op een wijze strijdig met deze bestemming.

10.6 Afwijken van de gebruiksregels

Burgemeester en wethouders zijn bij het verlenen van een omgevingsvergunning bevoegd af te wijken van het bepaalde in artikel 10.5:

  • a. indien strikte toepassing daarvan zou leiden tot een beperking van het meest doelmatige gebruik, welke niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd;
  • b. ten behoeve van het gebruik van de gronden als horecaterras, echter uitsluitend voor zover dit in overeenstemming is met de bepalingen in de nota Terrassenbeleid (2008) van de gemeente Hengelo en de vastgestelde wijzigingen c.q. aanvullingen daarop.