direct naar inhoud van Artikel 19 Algemene aanduidingsregels
Plan: Buitengebied - Woolde
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0164.BP0048-0301

Artikel 19 Algemene aanduidingsregels

19.1 vrijwaringszone - radar
19.1.1 Aanduidingsomschrijving

Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - radar' geldt dat die gronden, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), tevens bestemd zijn voor de bescherming van de radarsystemen van vliegveld Twenthe.

19.1.2 Bouwregels

Onverminderd het geen in de regels van alle bestemmingen is bepaald ten aanzien van de hoogte avn bouwwerken is de bouw van bouwwerken hoger dan 30 meter (zoals telecommunicatiemasten, hoogspanningsmasten, windmolens) slechts toelaatbaar indien uit overleg met het Ministerie van Defensie is gebleken dat hiertegen uit het oogpunt van bescherming van het functioneren avn de diverse radarsystemen van de Koninklijke Luchtmacht geen bezwaar bestaat. Ten aanzien van windturbines en windmolens geldt dat de rotorhoogte c.q. de wiekhoogte, dus niet de mast c.q. gebouwhoogte bepalend is. De aangegeven hoogte mag eveneens niet worden overschreden door schoorstenen, dakkapellen, antennes, vlaggenmasten, reclameborden en dergelijke.

19.2 zoutwinning
19.2.1 Aanduidingsomschrijving

Ter plaatse van de aanduiding 'zoutwinning' geldt dat die gronden, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), tevens bestemd zijn voor de winning van steenzout en andere daarmee samenhangende delfstoffen.

19.2.2 Bouwregels

Onverminderd hetgeen in de regels van alle bestemmingen is bepaald ten aanzien van het bouwen van gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde, is het tevens toegestaan boortorentjes en/of zouthuisjes te bouwen, waarbij aan het volgende dient te worden voldaan:

  • a. de bebouwde oppervlakte per bouwwerk mag niet meer bedragen dan 20 m2;
  • b. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 5 meter.
19.2.3 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders zijn bij het verlenen van een omgevingsvergunning bevoegd af te wijken van het bepaalde in artikel 19.2.2 teneinde het bouwen van overige gebouwen of bouwwerken, geen gebouw zijnde (bv. pompstations en dergelijke) toe te staan.