Plan: | Voorstadhalte Gezondheidspark |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0164.BP0045-0401 |
Het juridisch bindend gedeelte van het bestemmingsplan bestaat uit de regels en bijbehorende verbeelding waarin de geometrisch bepaalde planobjecten zijn vervat. Het verbeelding en de regels dienen in samenhang te worden bekeken.
De regels zijn onderverdeeld in vier hoofdstukken:
1. Inleidende regels;
2. Bestemmingsregels;
3. Algemene regels;
4. Overgangs- en slotregels.
In het navolgende worden de regels per hoofdstuk toegelicht.
Hoofdstuk 1 bevat de inleidende regels. Deze regels gelden voor het gehele plangebied.
Dit artikel bevat de definities van de in de regels gebruikte begrippen, waarmee een eenduidige interpretatie van deze begrippen is vastgelegd.
De "wijze van meten" geeft onder meer regels waar mag worden gebouwd en hoe voorkomende eisen betreffende de maatvoering begrepen moeten worden.
Hoofdstuk 2 van de regels bevat de juridische vertaling van de bestemming die voorkomt in het plangebied. Op de verbeelding is de bestemming aangegeven. In de regels is onder andere aangegeven welk gebruik is toegestaan, wat er gebouwd mag worden en wat verboden is.
Op de gronden met de bestemming Verkeer - Railverkeer is het toegestaan om spoorwegvoorzieningen realiseren. Het betreft hier zowel de railverbinding als ook de perrons met bijbehorende gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Als aanduiding is 'openbaar vervoerstation' opgenomen, om aan te duiden waar de voorstadhalte is gepland. Op de gronden gelegen binnen de aanduiding 'openbaar vervoerstation' zijn gebouwen, zoals wachtruimtes, toegestaan. Binnen de bestemming zijn nutsgebouwen, in de vorm van bijvoorbeeld transformatorhuisjes, technische ruimten ten behoeve van spoorwegdoeleinden en schakelhuisjes toegestaan. Bouwwerken, geen gebouw zijnde zijn toegestaan. Aan de bouwwerken, geen gebouwen zijnde kunnen nadere eisen worden gesteld ten aanzien van de plaats en de afmeting.
Op de gronden met de bestemming Verkeer - Verblijfsgebied is het toegestaan om wegen, straten, paden en voet- en fietspaden te realsieren. Dit betreft alle wegen in het plangebied die niet onder de doorgaande wegen vallen. Ter plaatse zijn gebouwen ten behoeve van fietsenstallingen toegestaan. Bouwwerken, geen gebouw zijnde zijn toegestaan. Aan de bouwwerken, geen gebouwen zijnde kunnen nadere eisen worden gesteld ten aanzien van de plaats en de afmeting.
Hoofdstuk 3 bevat de algemene regels. Deze gelden voor het gehele plangebied.
De anti-dubbeltelregel is opgenomen om ervoor te zorgen dat grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is of alsnog kan worden gegeven, bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing wordt gelaten.
In dit artikel wordt de aanvullende werking van de bouwverordening voor zover betrekking hebbend op de stedenbouwkundige bepalingen in de bouwverordening buiten werking gesteld. Zou dit niet het geval zijn dan zouden deze stedenbouwkundige bepalingen automatisch de in de, in het bovenstaande beschreven, bestemmingen geboden ruimte inperken. Voor een aantal stedenbouwkundige bepalingen in de bouwverordening is echter een uitzondering opgenomen: deze blijven wel gelden. Deze bepalingen hebben voornamelijk betrekking op de toegankelijkheid van bouwwerken en de ruimte tussen bouwwerken.
Dit artikel regelt enkele aspecten met betrekking tot het gebruik van gronden.
Burgemeester en wethouders kunnen bij het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van de bestemmingsplanregels voor onder andere geringe overschrijding van bepaalde bouwvoorschriften, alsmede voor kunstobjecten, bouwwerken van openbaar nut, telecommunicatievoorzieningen enzovoort. Deze bevoegdheid vergroot de flexibiliteit van het plan.
In dit artikel is opgenomen aan welke voorwaarden moet worden voldaan ingeval gebruik gemaakt wordt van de wijzigingsmogelijkheden.
In dit artikel is de procedure beschreven die gevolgd moet worden bij het besluit tot verlenen van wijziging van het plan en besluit tot stellen van nadere eisen.
Hoofdstuk 4 bevat regels omtrent overgangsrecht en de slotregel. Deze gelden voor het hele plangebied.
Dit artikel regelt ten aanzien van gebouwen en van gebruik dat bestaande gebouwen of bestaand gebruik dat afwijkt van het plan, onder voorwaarden mag worden voortgezet.
In dit artikel staat de naam van het bestemmingsplan.