Strootbeekpark

6.5 Retrospectieve toets

6.5.1 Algemeen

Het is noodzakelijk dat het bestemmingsplan een compleet inzicht biedt in de bouw- en gebruiksmogelijkheden binnen het betreffende plangebied. Het bestemmingsplan is het juridische toetsingskader dat bindend is voor de burger en overheid en geeft aan wat de gewenste planologische situatie voor het plangebied is. Deze situatie kan gaandeweg de planperiode wijzigen, bijvoorbeeld door veranderd stedenbouwkundig inzicht, functiewijziging en/of veranderingen in gebruik. Ook ruimtelijke ontwikkelingen en vernieuwing van onder andere ruimtelijk, economisch, verkeerskundig en milieubeleid dragen bij aan de veroudering van geldende bestemmingsplannen.

Om recht te doen aan een goede ruimtelijke ordening binnen het plangebied wordt daarom aangegeven in welke situaties de bestemming wordt gekozen gelijk aan de oude bestemming (na strijdige situatie te hebben gewraakt) en in welke situaties een nieuwe bestemming wordt gegeven (positief bestemmen), waarmee de strijdige situatie wordt gelegaliseerd. Daarnaast wordt, indien van toepassing, aangegeven wanneer een strijdige situatie onder het overgangsrecht wordt gebracht.

6.5.2 Plangebied

Het plangebied betreft een grotendeels her te ontwikkelen gebied. De toekomstige functies zullen echter niet veel afwijken van de mogelijkheden die het huidige bestemmingsplan biedt, waardoor er voor het overgrote deel sprake is van het overnemen van bestaande planologische rechten. Een uitzondering hierop is het gebruik van de bestaande bebouwing door Carint Reggeland Groep, gevestigd aan de Boortorenweg 20, en door Strootbeek Campus, gevestigd aan de Boortorenweg 18, voor (zelfstandige) kantoordoeleinden. Het gebruik als zelfstandige kantoordoeleinden is in strijd met het huidige bestemmingsplan 'Industrieterrein ten zuiden van het kanaal' uit 1964. Aangezien het gebruik reeds in strijd was met het vorige bestemmingsplan, kan het gebruik niet onder het overgangsrecht geplaatst worden.

Alhoewel de gemeente in het plangebied Strootbeekpark in de toekomst geen zelfstandige kantoorvoorzieningen voor ogen heeft, vormen de huidige gebruikers geen belemmering. Wel is de gemeente van mening dat er geen nieuwe kantoorpanden in het plangebied meer mogen worden opgericht. Om dit vast te leggen is ervoor gekozen het bestaande gebruik in de tijdens de ter inzage legging van het ontwerpbestemmingsplan aanwezige bebouwing positief te bestemmen. Op deze wijze is de levensduur van de bestaande kantoorbebouwing maatgevend voor de toekomstige situatie en kan gesteld worden dat er, gelijk aan de doelstelling van het overgangsrecht, sprake is van een uitsterfconstructie.