direct naar inhoud van 5.8 Geur
Plan: Bestemmingsplan Boeldershoek 2009
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0164.BP0012-0302

5.8 Geur

Ten behoeve van het bestemmingsplan Boeldershoek heeft PRA Odournet BV een geuronderzoek8 gedaan.

De geuremissie als gevolg van de verschillende bronnen binnen de inrichting van Twence op de Boeldershoek is vastgesteld bij de aanvraag voor de revisievergunning. In onderstaande tabel is een overzicht gegeven van de geuremissie van de verschillende bedrijfsonderdelen.

Tabel 5.4 Jaarlijkse geuremissie als gevolg van alle onderdelen van de Boeldershoek

Onderdeel   Geuremissie   Bijdrage  
  [*109 ge/jr]   [%]  
AVI / BEC   6.238   42 %  
Compostering   4.958   34 %  
Afvalscheidingsinstallatie   574   4 %  
Stortplaats   2.912   20 %  
Totaal   14.682   100 %  

Uit de tabel blijkt dat de geuremissie van de verbrandingsinstallaties de belangrijkste bijdrage levert aan de totale geuremissie van de inrichting. Voor de geurbelasting in de omgeving van het bedrijf zijn deze bronnen echter minder belangrijk, omdat emissie plaatsvindt op een grote hoogte.

Om geurhinder in de omgeving te voorkomen dient de geurbelasting zoveel als redelijkerwijs nog mogelijk en nodig is teruggedrongen te worden met behulp van de Beste Beschikbare Technieken (BBT). Bij Twence worden de beste beschikbare technieken toepast.

Uit de uitgevoerde verspreidingsberekeningen is gebleken dat Twence op veel punten kan voldoen aan de voorgestelde richtwaarden volgens het Overijssels geurbeleid. Bij concentraties tussen de richt- en bovenwaarde dient een afweging gemaakt te worden op basis van onder andere de genomen maatregelen (BBT) en het klachtenpatroon om te bepalen in hoeverre in de aangevraagde situatie sprake zal zijn van een acceptabel hinderniveau. Twence heeft reeds verregaande maatregelen getroffen om geurhinder te voorkomen (Twence past BBT toe) en heeft daarnaast ook een beheerssysteem geïmplementeerd, onder andere voor het aspect geur. Er worden bovendien vrijwel geen klachten ontvangen; de klachten die worden ontvangen zijn het gevolg van incidenten. Daarmee is door de Provincie geconcludeerd dat in de huidige situatie sprake is van een acceptabel geurhinderniveau. De maximale geurbelasting als gevolg van de activiteiten van Twence is bovendien vastgelegd in de voorschriften van de huidige Wm vergunning.

Wanneer binnen het bestemmingsplan (uitbreiding van) geurgevoelige activiteiten gepland worden, zal daartoe altijd aangetoond dienen te worden dat de geurgevoelige bestemmingen niet méér worden belast dan het geurbeleid toelaat (en er geen sprake zal zijn van een onacceptabel hinderniveau). Voor dit aspect geldt dat de 'van buiten naar binnen' aanpak gevolgd kan worden. Er is vooralsnog geen verder onderzoek nodig, omdat onduidelijk is welke mogelijke activiteiten in de toekomst nog op de

Boeldershoek gerealiseerd gaan worden en omdat het geurbeleid de geurgevoelige bestemmingen ook bij toekomstige ontwikkelingen in voldoende mate bescherming zal bieden. Overigens wordt opgemerkt dat nieuwe activiteiten, die geurhinder kunnen veroorzaken, tot de bedrijfsactiviteiten in een hogere categorie behoren. Deze zijn niet bij recht toegelaten, maar hiervoor dient een planwijziging of planherziening plaats te vinden, in welk kader het aspect geurhinder zal worden beoordeeld.