direct naar inhoud van Artikel 8 Groen
Plan: `t Weusthag
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0164.BP0008-0301

Artikel 8 Groen

8.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. groenvoorzieningen;
  • b. plantsoen;
  • c. bermen en beplanting;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'geluidwal', geluidwerende voorzieningen, zoals grondwallen en/of geluidsschermen;

met tevens ondergeschikt:

  • e. uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'zend-/ontvangstinstallatie' voor een antennemast ten behoeve van mobiele telecommunicatie;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'sport' ook voor voorzieningen ten behoeve van paardensport;
  • g. sport-, spel- en jeugdvoorzieningen;
  • h. hondenuitlaat voorzieningen;
  • i. voet- en rijwielpaden;
  • j. voorzieningen ten behoeve van afvoer en infiltratie van hemelwater;
  • k. overpaden en inritten ten behoeve van aanliggende bestemmingen;
  • l. nutsvoorzieningen;
  • m. waterberging, watergangen en waterpartijen;

met de daarbij behorende:

8.2 Bouwregels
8.2.1 Algemeen

Uitsluitend zijn toegestaan gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die ten dienste staan van deze bestemming.

8.2.2 Gebouwen

Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd, anders dan het bepaalde in 8.2.3.

8.2.3 Nutsvoorzieningen

Binnen deze bestemming mogen nutsvoorzieningen worden gebouwd met inachtneming van de bepaling dat voor gebouwen van openbaar nut, zoals voorzieningen voor telecommunicatie, water- en energiedistributie geldt, dat de bebouwde oppervlakte niet meer dan 15 m² en de bouwhoogte niet meer dan 3 m mag bedragen.

8.2.4 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag ten hoogste 3 meter bedragen;
  • b. kunstobjecten en bouwwerken ten behoeve van verlichting mogen maximaal 5 meter hoog zijn;
  • c. de hoogte van geluidwerende voorzieningen mag ten hoogste 10 meter bedragen;
  • d. binnen het bouwvlak ter plaatse van de aanduiding 'zend-/ontvangstinstallatie' zijn antennemasten toegestaan;
  • e. de bouwhoogte ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte', mag niet worden overschreden. Indien de bestaande bouwhoogte meer bedraagt, geldt dat als maximum bouwhoogte.
8.3 Nadere eisen
8.3.1 Stellen van nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en afmeting van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. de verkeersveiligheid;
  • c. de milieusituatie;
  • d. de sociale veiligheid;
  • e. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
8.3.2 Procedure nadere eisen

Op de voorbereiding van een besluit tot het stellen van nadere eisen als bedoeld in artikel 8.3.1 is de procedure van toepassing zoals vermeld in artikel 26.2 van het plan.

8.4 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik in de zin van artikel 2.1, eerste lid, onder c van de Wabo wordt in ieder geval begrepen het gebruik van de in de bestemming aangegeven gronden en de daarop voorkomende bouwwerken c.q. gebouwen of delen daarvan ten behoeve van opslag van goederen.