direct naar inhoud van Artikel 30 Waarde - Landgoed
Plan: Buitengebied
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0164.BP0007-0301

Artikel 30 Waarde - Landgoed

30.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ‘Waarde - Landgoed’ aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:

  • a. een landgoed al dan niet in combinatie met ruimte voor een aan-huis-verbonden beroep of een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit, mantelzorg en/of sociaal-culturele doeleinden;
  • b. aan- en uitbouwen, (bij)gebouwen en overkappingen ten behoeve van het landgoed;
  • c. het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de landschappelijke en natuurlijke waarden;
  • d. cultuurgrond, waarbij het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de landschappelijke waarden, zoals houtwallen, houtsingels en bosschages wordt nagestreefd;

met daaraan ondergeschikt:

  • e. agrarisch medegebruik;
  • f. dagrecreatief medegebruik;
  • g. terreinen;
  • h. tuinen en erven;
  • i. wegen en paden;
  • j. parkeervoorzieningen
  • k. water;

met de daarbijbehorende:

  • l. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
30.2 Bouwregels
30.2.1 Gebouwen

Op of in deze gronden mogen uitsluitend gebouwen worden gebouwd ten behoeve van mede op deze gronden liggende bestemming(en). Hiervoor zijn de regels van toepassing van de mede op deze gronden liggende bestemming(en).

30.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Op of in deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd ten behoeve van mede op deze gronden liggende bestemming(en). Hiervoor zijn de regels van toepassing van de mede op deze gronden liggende bestemming(en).

30.3 Nadere eisen
30.3.1 Stellen van nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen met het oog op de ligging van leidingen en de daarmee verbonden veiligheidsaspecten nadere eisen stellen aan:

  • a. de plaats van bouwwerken;
  • b. de milieusituatie;
  • c. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
30.3.2 Procedure nadere eisen

Op de voorbereiding van een besluit tot het stellen van nadere eisen als bedoeld in artikel 30.3.1 is de procedure van toepassing zoals vermeld in artikel 39.2 van het plan.