direct naar inhoud van Artikel 3 Bedrijf
Plan: Wijziging bestemmingsplan Buitengebied 2009, Zuidelijke Kanaaldijk 2 te Hellendoorn
Status: vastgesteld
Plantype: wijzigingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0163.WPBUZDLKKANAALDK2-VG01

Artikel 3 Bedrijf

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. opslag- en stallingsbedrijven, en
  • b. zakelijke dienstverlening, zoals een adviesbureau of een computerservicebureau,
  • c. ambachtelijke landbouwproducten verwerkende bedrijven, zoals een palingrokerij, wijnmakerij, zuivelmakerij, slachterij, imkerij,
  • d. ambachtelijke bedrijven, zoals een dakdekker, rietdekker, schildersbedrijf, meubelmaker, installatiebedrijf,
  • e. landbouw verwante bedrijven, zoals een paardenpension, paardenopleidingscentrum, loonwerkbedrijf; niet zijnde landbouwmechanisatiebedrijven, en
  • f. atelier, museum, galerie en kunsthandel,
  • g. bij een en ander behorende voorzieningen, waaronder begrepen afschermende en andere groenvoorzieningen, parkeerplaatsen en nutsvoorzieningen.

een en ander met uitzondering van:

  • 1. detailhandelsbedrijven, tenzij het betreft:
    • a. detailhandel die als zodanig ingevolge het hiervoor bepaalde onder a en b is toegestaan;
    • b. detailhandel als ondergeschikte nevenactiviteit in een bedrijf, met een maximale verkoopvloeroppervlakte van 100 m²;
  • 2. bevi's;
  • 3. bedrijven, die zijn aangewezen als inrichtingen die in belangrijke mate geluidhinder kunnen veroorzaken, krachtens artikel 2.4 van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer;
  • 4. seksinrichtingen.
3.2 Bouwregels
3.2.1 Toegestane bouwwerken

Op en in de gronden als bedoeld in lid 3.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:

  • a. bedrijfsgebouwen,
  • b. andere bouwwerken.

3.2.2 Bouwen

Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in sublid 3.2.1, gelden de volgende bepalingen:

  • a. de gezamenlijke oppervlakte van de gebouwen mag niet meer dan 400 m² bedragen;
  • b. de goothoogte en bouwhoogte van de gebouwen mogen niet meer dan respectievelijk 4 m en 7 m bedragen;
  • c. de bouwhoogte van andere bouwwerken mag niet meer bedragen dan hierna is aangegeven:
bouwwerken, geen gebouwen zijnde   max. bouwhoogte  
erf- of perceelafscheidingen   2 m  
palen, masten, technische installaties en overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde   12 m  

3.3 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om bij een omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in sublid 3.2.2, onder c, ten behoeve van het bouwen van erf- of perceelafscheidingen tot een bouwhoogte van 3 m, met inachtneming van de volgende bepalingen:

  • a. per geval dient redelijkerwijs de noodzaak voor een doelmatige bedrijfsvoering te zijn aangetoond;
  • b. per geval dient voorzien te worden in een redelijke landschappelijke inpassing.