direct naar inhoud van 5.6 Milieuzonering
Plan: "Wijziging Leemkampweg 3 Marle"
Status: vastgesteld
Plantype: wijzigingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0163.WPBULEEMKAMPWEG3-VG01

5.6 Milieuzonering

5.6.1 Algemeen

Zowel de ruimtelijke ordening als het milieubeleid stellen zich ten doel een goede kwaliteit van het leefmilieu te handhaven en te bevorderen. Dit gebeurt onder andere door milieuzonering. Onder milieuzonering verstaan we het aanbrengen van een voldoende ruimtelijke scheiding tussen milieubelastende bedrijven of inrichtingen enerzijds en milieugevoelige functies als wonen en recreëren anderzijds. De ruimtelijke scheiding bestaat doorgaans uit het aanhouden van een bepaalde afstand tussen milieubelastende en milieugevoelige functies. Die onderlinge afstand moet groter zijn naarmate de milieubelastende functie het milieu sterker belast. Milieuzonering heeft twee doelen:

  • het voorkomen of zoveel mogelijk beperken van hinder en gevaar bij woningen en andere gevoelige functies;
  • het bieden van voldoende zekerheid aan bedrijven dat zij hun activiteiten duurzaam onder aanvaardbare voorwaarden kunnen uitoefenen.

Voor het bepalen van de aan te houden afstanden wordt de VNG-uitgave 'Bedrijven en Milieuzonering' uit 2009 gehanteerd. Deze uitgave bevat een lijst, waarin voor een hele reeks van milieubelastende activiteiten (naar SBI-code gerangschikt) richtafstanden zijn gegeven ten opzichte van milieugevoelige functies. De lijst geeft richtafstanden voor de ruimtelijk relevante milieuaspecten geur, stof, geluid en gevaar. De grootste van de vier richtafstanden is bepalend voor de indeling van een milieubelastende activiteit in een milieucategorie en daarmee ook voor de uiteindelijke richtafstand. De richtafstandenlijst gaat uit van gemiddeld moderne bedrijven. Indien bekend is welke activiteiten concreet zullen worden uitgeoefend, kan gemotiveerd worden uitgegaan van de daadwerkelijk te verwachten milieubelasting, in plaats van de richtafstanden. De afstanden worden gemeten tussen enerzijds de grens van de bestemming die de milieubelastende functie(s) toelaat en anderzijds de uiterste situering van de gevel van een milieugevoelige functie die op grond van het bestemmingsplan mogelijk is.

Hoe gevoelig een gebied is voor milieubelastende activiteiten is mede afhankelijk van het omgevingstype. De richtafstanden van de onderstaande richtafstandenlijst gelden ten opzichte van het omgevingstype 'rustige woonwijk' danwel 'gemengd gebied'. In dit geval is er sprake van een rustig buitengebied met weinig verstoring. Uitgegaan kan worden van het omgevingstype 'rustige woonwijk'.

afbeelding "i_NL.IMRO.0163.WPBULEEMKAMPWEG3-VG01_0016.png"

Daarnaast gelden ten aanzien van bedrijven die onder de werkingssfeer van de Wet milieubeheer vallen, de Wet milieubeheer en haar uitvoeringsbesluiten als toetsingskader voor de toegestane bedrijfshinder.

Tenslotte is een toets aan de Wet geurhinder en veehouderij en het Besluit Landbouw van belang.

5.6.2 Onderzoeksresultaten milieuzonering

In voorliggend wijzigingsplan gaat het om de sloop van landschapontsierende bedrijfsgebouwen aan de Leemkampweg 3 te Marle en het terugbouwen van een compensatiewoning op dezelfde locatie.

Toets aan 'Bedrijven en milieuzonering'

In deze situatie gaat het om de sloop van landschapontsierende bedrijfsgebouwen aan de Leemkampweg 3 en het terugbouwen van een compensatiewoning. Eén van de voorwaarden voor deelname aan de 'Rood voor Rood-regeling' is dat omliggende (agrarische) bedrijven niet mogen worden gehinderd in de bedrijfsvoering als gevolg van de komst van een of meerdere woningen. Hiervan is bij onderhavig project geen sprake aangezien het project alleen betrekking heeft op de realisatie van een nieuwe woning. De functie 'wonen' betreft niet een milieubelastende functie voor de omgeving. In de nabijheid van het perceel zijn geen bedrijfspercelen gelegen die belemmerd worden als gevolg van de omzetting van een agrarische bedrijfsbestemming naar de bestemming "Wonen", inclusief de toevoeging van een compensatiewoning.

Toets aan Wet geurhinder en veehouderij

Van belang is dat door ontwikkelingen in het voorliggende plan geen belemmeringen ontstaan voor de omliggende agrarische bedrijven en de bedrijfsontwikkeling van deze bedrijven.Voor inrichtingen met vee die onder het Besluit Landbouw vallen gelden vaste afstanden. Hier wordt niet gerekend met odeurbelastingen. De afstand tussen een veehouderij en een geurgevoelig object bedraagt:

a. ten minste 100 meter indien het geurgevoelige object binnen de bebouwde kom is gelegen, en

b. ten minste 50 meter indien het geurgevoelige object buiten de bebouwde kom is gelegen.

In het voorliggende geval betreft het de sloop van landschapontsierende bedrijfsgebouwen aan de Leemkampweg 3 te Marle 3, waarbij een bestaande voormalige bedrijfswoning blijft bestaan, alsmede het terugbouwen van een compensatiewoning op de slooplocatie. Een woning worden aangemerkt als geurgevoelige objecten.

Het meest nabijgelegen agrarische bedrijf is gelegen op circa 500 meter. Derhalve kan gesteld worden dat er geen agrarische bedrijven belemmerd worden als gevolg van de omzetting van een agrarische bedrijfsbestemming naar de bestemming "Wonen", inclusief de toevoeging van een compensatiewoning. Geconcludeerd kan worden dat de voorgenomen ontwikkeling in overeenstemming is te achten met een goede ruimtelijke ordening. De woningen zijn niet aan te merken als milieubelastende objecten enerzijds en leveren anderzijds geen belemmeringen op voor omliggende bedrijven.