direct naar inhoud van 2.3 Provinciaal en regionaal beleid
Plan: Landgoed Veldhuizenweg
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0163.BPBULGVELDHUIZWEG-VG01

2.3 Provinciaal en regionaal beleid


Omgevingsvisie Overijssel (2009)
De Omgevingsvisie Overijssel geeft de gewenste toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen weer voor de provincie en heeft de status van een structuurvisie onder de Wet ruimtelijke ordening.

afbeelding "i_NL.IMRO.0163.BPBULGVELDHUIZWEG-VG01_0002.jpg"
Figuur 2.1 Uitsnede Omgevingsvisiekaart


Het plangebied ligt in de Groene omgeving. Het gaat daarin om behoud en versterking van het landschap en om het realiseren van de groen-blauwe hoofdstructuur samen te laten gaan met ontwikkelingsmogelijkheden voor de landbouw en andere economische dragers.

Het plangebied valt binnen ontwikkelingsperspectief 1: 'Realisatie groene en blauwe hoofdstructuur'. Dit ontwikkelingsperspectief omvat gebieden met als hoofdaccent de ontwikkeling van natuur en versterking van het watersysteem. Het behouden en ontwikkelen van de natuur- en landschapskwaliteiten staan hier voorop. Behoud en waar mogelijk toename van de biodiversiteit is een belangrijk doel. Landgoederen maken hier een onderdeel van uit. Het gebied is ook aangewezen als beekdal. Ontwatering dient hier niet dieper dan nodig te zijn voor gebruik als grasland.

Het plangebied maakt deel uit van de EHS. Het ruimtelijk beleid voor de EHS is gericht op behoud, herstel en ontwikkeling van de wezenlijke kenmerken en waarden van de EHS, waarbij ook rekening wordt gehouden met de andere belangen in het gebied. De kernkwaliteiten binnen de EHS zijn natuurkwaliteit, landschappelijke kwaliteiten en beleving van rust. Daarbij hanteert de provincie zogenaamde EHS-spelregels: herbegrenzing van de EHS, saldering van negatieve effecten en toepassing van het compensatiebeginsel. Het 'nee, tenzij'-principe en de overige spelregels zijn verankerd in de provinciale Omgevingsverordening

Kwaliteitsimpuls Groene omgeving
Ontwikkelingen in de Groene omgeving moeten samengaan met een impuls in kwaliteit. Daarom ontwikkelt de provincie de 'Kwaliteitsimpuls Groene omgeving', als eenduidige bundeling van diverse bestaande regelingen als rood voor rood, rood voor groen, vab's en landgoederen. Met deze bestaande regelingen is het onder andere mogelijk om een nieuw landgoed van minimaal 10 ha groot op te richten met een landhuis van allure van minimaal 1.000 m³. Tenminste 30% van het nieuwe landgoed bestaat uit nieuw bos en 90% van het terrein is openbaar toegankelijk.

De Kwaliteitsimpuls Groene omgeving maakt het onder meer ook mogelijk om landschapontsierende opstallen te slopen door de mogelijkheid te bieden een gebouw met woonbestemming toe te voegen (Rood voor rood). Hoofddoel hierbij is het versterken van de ruimtelijke kwaliteit.

Nieuwe landgoederen
In landgoederen komen uiteenlopende functies en kwaliteiten samen: landbouw, natuurbeheer, landschappelijke elementen, bewoning, recreatie en cultuurhistorie. Via de Kwaliteitsimpuls Groene omgeving biedt de provincie mogelijkheden om via Rood voor Groen-constructies een duurzame kwaliteitsimpuls te geven aan de maatschappelijke functies op het landgoed.

Omgevingsverordening Overijssel (2009)
Eén van de instrumenten om het beleid uit de Omgevingsvisie te laten doorwerken is de verordening. Hierin worden regels gegeven omtrent de inhoud van bestemmingsplannen. Ook worden regels gegeven voor grondwaterbescherming, kwantitatief en kwalitatief waterbeheer en verkeer.

Natuurgebiedsplan Vecht-Regge (2004)
Het Natuurgebiedsplan Vecht-Regge is de uitwerking van een deel van de EHS. In het gebied Vecht-Regge wordt gestreefd naar versterking en ontwikkeling van een samenhangend stelsel van bos- en natuurgebieden, vergroten van het natuurlijke karakter van het riviersysteem van Vecht en Regge en versterken van de landschappelijke en cultuurhistorische waarden in vooral de oude cultuurlandschappen.
Op basis van de nota Ruimte dienen ook de robuuste ecologische verbindingszones te worden aangegeven. Deze moeten ervoor zorgen dat meer samenhang ontstaat tussen de grote natuurgebieden in de EHS. In het plangebied ligt een gedeelte van de robuuste verbindingszone tussen het Drents Plateau en Twente, te weten het traject Vechtdal-Holterberg. Deze loopt van de zuidzijde van Nijverdal over de Sallandse Heuvelrug en via het Reggedal in noordelijke richting. Middels het Natuurgebiedsplan Vecht-Regge is de invulling van de robuuste verbindingszone nader geconcretiseerd. Voor het gebied Eelen en Rhaan-Schuilenburg-Overwater is een opgave opgenomen om circa 300 ha nieuwe natuur te realiseren.

afbeelding "i_NL.IMRO.0163.BPBULGVELDHUIZWEG-VG01_0003.jpg"
Figuur 2.3 Natuurgebiedsplan (Bron: Groenloket Overijssel)


Reggevisie (1997)
In de Reggevisie staat het streven naar een duurzaam en veerkrachtig watersysteem centraal, binnen de mogelijkheden die het stroomgebied van de Regge biedt, in een periode van 25 jaar. Als uitgangspunten worden onder andere gehanteerd: het zoveel mogelijk vasthouden en bergen van water, het herstellen van verstoorde en/of afgesneden stroomgebieden en het onttrekken van water zo laag mogelijk in het systeem.

Reconstructieplan Salland-Twente (2004)
Het reconstructieplan Salland-Twente is op 15 september 2004 door Provinciale Staten van Overijssel vastgesteld. Het plan is op 4 november 2004 formeel van kracht geworden. Het plangebied vormt een onderdeel van het reconstructiegebied Salland-Twente

In het Reconstructieplan wordt onderscheid gemaakt tussen landbouwontwikkelingsgebied, verwevingsgebied en extensiveringsgebied. De locatie ligt in het verwevingsgebied. Dit gebied heeft als doel:

­ behoud van een verscheidenheid van landelijke functies naast elkaar en in combinatie met elkaar;

­ ruimte bieden aan de landbouw, waaronder de intensieve veehouderij;

­ extra kansen bieden aan de intensieve veehouderijen door de ontwikkeling van sterlocaties.

Om de grote landschappelijke en cultuurhistorische betekenis van de aanwezige landgoederen te behouden, wordt ernaar gestreefd de economische basis van de landgoederen te behouden en te versterken. Het beleid is gericht op het behoud van een duurzame landbouw en het bieden van passende mogelijkheden voor nieuwe economische dragers op landgoederen.