Bestemmingsplannen Gemeente Hellendoorn
 

Artikel 5 Bedrijf

 

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Bedrijf" aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. de bedrijven die hierna als nadere bestemming zijn aangegeven bij de adressen die in of bij het betreffende bestemmingsvlak zijn aangegeven:

adres  

nadere bestemming  

max.
oppervlakte gebouwen 1)
 

max. goothoogte gebouwen 2)  

max. bouwhoogte gebouwen 2)  

VAB 3)  

Bruineveldweg 11

opslag loonwerkmachines

2.000 m²

6 m

10 m

ja

Collenstaartweg 7

garagebedrijf met tankstation

800 m²

4 m

7 m

 

  1. exclusief bedrijfswoningen (zie sublid 5.2.2, onder c)

  2. geldt niet voor niet-inpandige bedrijfswoningen (zie sublid 5.2.2, onder d)

  3. VAB = voormalig agrarische bedrijfsbebouwing;

  4. inclusief overkapping

  5. in de van deze regels deel uitmakende bijlage Staat van Bedrijfsactiviteiten aangemerkt als categorie 1

  1. bedrijven die hierna zijn vermeld:

  1. ambachtelijke landbouwproducten verwerkende bedrijven, zoals een wijnmakerij, zuivelmakerij, slachterij, imkerij,

  2. aan agrarische functies verwante bedrijven, zoals een paardenpension,

  3. paardenopleidingscentrum, agrarisch loonwerkbedrijf, fouragehandel, hoefsmederij en hoveniers- en boomverzorgingsbedrijven,

  4. ambachtelijke bedrijven, zoals een dakdekker, rietdekker, schildersbedrijf, meubelmaker, installatiebedrijf,

  5. opslag- en stallingsbedrijven,

  6. zakelijke dienstverlening, zoals een adviesbureau of een computerservicebureau, en

  7. andere bedrijven die in ruimtelijk en functioneel opzicht met de hiervoor genoemde gelijk kunnen worden gesteld en die in de van deze regels deel uitmakende bijlage Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn vermeld als categorie 1 of 2, dan wel naar hun gevolgen voor de omgeving daarmee gelijk kunnen worden gesteld,

  1. bij een en ander behorende voorzieningen, waaronder begrepen afschermende en andere groenvoorzieningen, parkeerplaatsen en nutsvoorzieningen,

een en ander met uitzondering van:

  1. detailhandelsbedrijven, tenzij het betreft:

  1. detailhandel die als zodanig ingevolge het hiervoor bepaalde onder a en b is toegestaan;

  2. detailhandel als ondergeschikte nevenactiviteit in een bedrijf, met een maximale verkoopvloeroppervlakte van 100 m²;

  1. bevi's, tenzij het betreft een bevi ter plaatse van de aanduiding "veiligheidszone bevi", waarbij buiten die zone niet een plaatsgebonden risico van meer dan 10-6 per jaar wordt veroorzaakt;

  2. bedrijven, die zijn aangewezen als inrichtingen die in belangrijke mate geluidhinder kunnen veroorzaken, krachtens artikel 2.4 van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer;

  3. seksinrichtingen.

5.2 Bouwregels

 

5.2.1 Toegestane bouwwerken

Op en in de gronden als bedoeld in lid 5.1 mogen, met inachtneming van het bepaalde in de tabel in dat lid, uitsluitend worden gebouwd:

  1. bedrijfsgebouwen,

  2. binnen elk bestemmingsvlak één bedrijfswoning,

  3. andere bouwwerken,

met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van groen - afschermend groen" geen bebouwing is toegestaan.

5.2.2 Bouwen

Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in sublid 5.2.1 gelden de volgende bepalingen:

  1. de gezamenlijke oppervlakte, de goothoogte en de bouwhoogte van gebouwen mogen binnen elk bestemmingsvlak niet meer bedragen dan voor dat vlak in de tabel in lid 5.1 is aangegeven;

  2. een bedrijfswoning mag uitsluitend worden gebouwd, indien vaststaat dat binnen hetzelfde bestemmingsvlak ten minste één ander gebouw ten behoeve van de betreffende instelling of voorziening is of wordt gebouwd;

  3. de inhoud van een bedrijfswoning, althans het hoofdgebouw, mag met toepassing van lid 2.3 de inhoud van een bouwwerk:, omtrent ruimten onder de begane grondvloer, niet meer bedragen dan 750 m³ of niet meer dan de bestaande inhoud, indien die meer dan 750 m³ bedraagt;

  4. de goothoogte van niet-inpandige bedrijfswoningen mag niet meer dan 3,5 m bedragen en de bouwhoogte niet meer dan 10 m of niet meer dan de bestaande goothoogte en bouwhoogte, indien die meer dan 3,5 m en 10 m bedragen;

  5. bijgebouwen, behorende bij de bedrijfswoning, mogen uitsluitend worden gebouwd op een afstand van te hoogste 15 m tot de bedrijfswoning, of op niet meer dan de bestaande afstand indien die meer dan 15 m bedraagt;

  6. de bouwhoogte van andere bouwwerken mag niet meer bedragen dan hierna is aangegeven of niet meer dan de bestaande bouwhoogte indien die meer bedraagt dan hierna is aangegeven:

bouwwerken

max. bouwhoogte

erf- en perceelafscheidingen

2 m

palen, masten, technische installaties en overige, andere bouwwerken

12 m

 

5.3 Afwijken van de bouwregels

 

5.3.1 Afwijken van de bouwregels bouwhoogte erf- of perceelafscheidingen

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd met een omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in sublid 5.1, onder f, ten behoeve van het bouwen van erf- of perceelafscheidingen tot een bouwhoogte van 3 m, met inachtneming van de volgende bepalingen:

  1. per geval dient redelijkerwijs de noodzaak voor een doelmatige bedrijfsvoering te zijn aangetoond;

  2. per geval dient voorzien te worden in een redelijke landschappelijke inpassing.