direct naar inhoud van 2.3 Bedrijfsactiviteiten
Plan: Buitengebied Gramsbergen, Slagenweg 5 Anerveen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0160.BP00127-VG01

2.3 Bedrijfsactiviteiten

2.3.1 Biovergistingsinstallatie

Het bedrijf aan de Slagenweg heeft een milieuvergunning voor het in bedrijf hebben van een biovergistingsinstallatie met een maximum capaciteit van 24.500 ton voor wat betreft dierlijke mest, energiegewassen en andere co-substraten per jaar. Om de capaciteit van de bestaande installatie ten volle te benutten zal de maximale input worden vergroot naar 49.500 ton mest en co-producten per jaar.

Het doel van een biovergistingsinstallatie is om inkomsten te genereren uit de verkoop van elektriciteit. Het energieverbruik van de machines en installaties die onderdeel uitmaken van de biovergistingsinstallatie is beduidend minder dan wat de warmtekrachtkoppelingen zullen leveren. De warmte die vrijkomt wordt gedeeltelijk gebruikt om het te vergisten substraat op te warmen en om de vergisters op temperatuur te houden. De warmte die overblijft zal op het bedrijf worden toegepast voor het drogen van producten in de opslagloodsen.

De helft van de het te vergisten materiaal bestaat uit dierlijke mest en de andere helft uit energiegewassen of andere co-substraten. Een belangrijk deel van de dierlijke mest is afkomstig van de bedrijven van de initiatiefnemer.

Binnen de inrichting wordt naast dierlijke mest ook ander organisch materiaal vergist. In eerste instantie gaat het daarbij om energiemaïs. Dit wordt speciaal voor dit doel verbouwd op een deel van het areaal landbouwgrond van de initiatiefnemer.

De beoogde uitbreiding heeft niet als doel de verwerkingscapaciteit uit te breiden, maar betreft de verruiming van de opslagmogelijkheden. Er worden 3 nieuwe mestopslagtanks en een mestbassin gerealiseerd. Daarnaast worden aan de oostzijde van het nieuwe plangebied algenkweekvijvers gerealiseerd als extra 'duurzame' activiteit binnen het bedrijf.

De procesonderdelen waarin biogas aanwezig is, worden gesloten uitgevoerd. Dit geldt voor de vooropslag, de biovergister, de biogasopslag, de warmtekrachtinstallaties, de na-opslag, de voorziening voor mestscheiding en de overige onderdelen van het systeem (leidingnetwerk etc.). Omdat de installatie gesloten is, zal er bij een normale bedrijfsvoering geen geuremissie plaatsvinden.

De warmtekrachtinstallaties zijn in geluidsreducerende containers geplaatst.

De onvergiste mest en het vloeibare digestaat (vergiste mest) worden opgeslagen in mestbassins. Het vermengen van de dierlijke mest met het co-substraat gebeurt in de mestbassins. De co-substraten worden binnen het perceel met een shovel vervoerd/verplaatst.

De mesttransportbewegingen vinden hoofdzakelijk plaats tussen het plangebied en het bedrijf van de initiatiefnemer aan de Anerveenseweg 36. Ze lopen voornamelijk via de Slagenweg en de Krimweg. Ondanks dat de opslagcapaciteit zal toenemen, zal het aantal verkeersbewegingen niet gaan toenemen ten opzichte van de huidige situatie. De toename van de capaciteit kan namelijk prima getransporteerd worden binnen het milieutechnisch vergunde aantal van 54 verkeersbewegingen.

2.3.2 Algenkweekvijvers

In het oostelijk gedeelte van het plangebied realiseert de initiatiefnemer ruim 1 hectare aan algenkweekvijvers. In deze kweekvijvers worden reststromen uit afvalwater verwerkt met behulp van algen. De zodanig gekweekte algenplanten vormen een duurzame bron van vitamines, koolhydraten, eiwitten, vetten en andere waardevolle stoffen en zijn dan ook een hoogwaardige grondstof voor voedings- en farmaceutische producten en biodiesel.

Het afvalwater wordt dus gebruikt als voedingsbodem en breekt organische stoffen af tot methaangas. Na de verbranding van methaan in een warmtekrachtkoppeling blijft kooldioxide over, dat onder invloed van zonlicht wordt omgezet in biomassa en zuurstof. De overige nutriënten voor de aanmaak van biomassa komen uit het digestaat van de vergister. De duurzame biomassa die vervolgens overblijft, is na de oogst te gebruiken als grondstof voor diverse producten. Het restwater is dusdanig schoon, dat het zonder verdere zuivering kan afstromen naar het open water.

In de kweekvijvers groeien algen in een waterdiepte van ca. een halve meter. Een schoepenrad zorgt voor de circulatie, zodat de algen voldoende licht vangen.

De algenvijvers zijn open systemen. Bij biologisch evenwicht in de vijver vindt geen geuremissie plaats. De opslag van de algenbiomassa vindt plaats in afgesloten vaten om geurbelasting te voorkomen.