direct naar inhoud van Artikel 3 Wonen
Plan: Bestemmingsplan Buitendorpen Zuid, Broekdijk 67 te Bruchterveld
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0160.0000BP00197-VG01

Artikel 3 Wonen

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Wonen" aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen;
  • b. aan huis gebonden beroepen;
  • c. verkeer en verblijf;
  • d. openbare nutsvoorzieningen;
  • e. groenvoorzieningen en water;
  • f. tuinen en erven.
3.2 Bouwregels
3.2.1 Hoofdgebouw

Voor het bouwen van een hoofdgebouw geleden de volgende bepalingen:

  • a. het hoofdgebouw dient binnen het bouwvlak te worden gebouwd;
  • b. het aantal woningen in een hoofdgebouw bedraagt niet meer dan 1;
  • c. de goothoogte bedraagt niet meer dan de bestaande goothoogte;
  • d. de bouwhoogte bedraagt niet meer dan de bestaande bouwhoogte.

3.2.2 Bijbehorend bouwwerk

Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken gelden de volgende bepalingen:

  • a. de bouwhoogte bedraagt niet meer dan 6 m;
  • b. de goothoogte bedraagt niet meer dan 3,5 m;
  • c. de bijbehorende bouwwerken worden minimaal 1 m achter (het verlengde van) de naar de weg gekeerde gevel van het hoofdgebouw gebouwd;
  • d. de gezamenlijke oppervlakte bedraagt niet meer dan 60 m2.

3.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt dat de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 3 m.

3.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen met het oog op het voorkomen van een onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden, het bebouwingsbeeld en de verkeersveiligheid nadere eisen stellen aan:

  • a. de plaats van gebouwen in die zin dat de hoofdgebouwen in de rooilijn moeten worden gebouwd;
  • b. de bouwhoogte in die zin dat het verschil met de goothoogte ten minste 2 m dient te bedragen;
  • c. de bouwhoogte van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en gebouwen voor openbare nutsvoorzieningen en verkeers- en verblijfsdoeleinden, indien deze meer dan 2,5 m bedraagt;
  • d. de plaats van gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen en verkeers- en verblijfsdoeleinden;
  • e. de plaats van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met een grotere horizontale oppervlakte dan 6 m2 en/of een grotere bouwhoogte dan 1,5 m;
3.4 Afwijken van de bouwregels
3.4.1 Afwijking

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:

  • a. lid 3.2.2 onder a, mits de hoogte van het bijgebouw ondergeschikt blijft aan het hoofdgebouw;
  • b. lid 3.2.2 onder c;
  • c. lid 3.2.2 onder d, tot een oppervlakte van 100 m2 voor aan huis gebonden beroepen, mits niet meer dan 60% van het bouwperceel wordt bebouwd.
3.4.2 Afwegingskader

Een in 3.4.1 genoemde afwijking kan slechts worden verleend indien geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:

  • a. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
  • b. het bebouwingsbeeld;
  • c. de verkeersveiligheid.
3.5 Specifieke gebruiksregels
3.5.1 Strijdig gebruik

Het is verboden de gronden en bouwwerken te gebruiken in strijd met de in 3.1 gegeven bestemmingsomschrijving.

3.6 Afwijken van de gebruiksregels

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.5, indien strikte toepassing van deze regel leidt tot een beperking van het meest doelmatige gebruik, die niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.