direct naar inhoud van 6.2 Waterparagraaf
Plan: Buitengebied Hardenberg, Radewijkerweg 70 Radewijk
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0160.0000BP00146-VG01

6.2 Waterparagraaf

6.2.1 Watertoets

Zoals in voorgaande paragrafen uiteen is gezet, wordt in het moderne waterbeheer (waterbeheer 21e eeuw) gestreefd naar duurzame, veerkrachtige watersystemen met minimale risico's op wateroverlast of watertekorten. Belangrijk instrument hierbij is de watertoets, die sinds 1 november 2003 in ruimtelijke plannen is verankerd. In de toelichting op ruimtelijke plannen dient een waterparagraaf te worden opgenomen. Hierin wordt verslag gedaan van de wijze waarop rekening is gehouden met de gevolgen van het plan voor de waterhuishoudkundige situatie (watertoets).

Het doel van de watertoets is te garanderen dat waterhuishoudkundige doelstellingen expliciet en op een evenwichtige wijze in het plan worden afgewogen. Deze waterhuishoudkundige doelstellingen betreffen zowel de waterkwantiteit (veiligheid, wateroverlast, tegengaan verdroging) als de waterkwaliteit (riolering, omgang met hemelwater, lozingen op oppervlaktewater).

6.2.2 Watertoetsproces
6.2.2.1 Algemeen

Het waterschap Velt en Vecht is geïnformeerd over het plan door gebruik te maken van de digitale watertoets. De beantwoording hiervan heeft er toe geleid dat de zogenaamde "normale procedure" van toepassing is. In het kader van deze procedure heeft het waterschap Velt en Vecht een advies afgegeven welke hierna opgenomen is.

6.2.2.2 Waterschapsadvies

Toename verhard oppervlak

Het verhard oppervlak neemt toe met meer dan 1500 m2. Hiervoor dienen compenserende maatregelen worden genomen. Compenserende maatregelen zijn bijvoorbeeld de aanleg van een zaksloot, vijver, wadi's, bodempassage etc. Het waterschap hanteert hierbij de 10% vuistregel. Dit betekent dat 10% van de totale toename verhard oppervlak, dit uitgedrukt in kubieke meters, ingericht dient te worden voor waterberging.
Wateroverlast

Om wateroverlast in gebouwen te voorkomen adviseert het waterschap om de bovenzijde begane-grondvloer ten minste 30 centimeter boven de weg aan te leggen

Riolering en hemelwater

Uit informatie bij het waterschap blijkt dat binnen het plangebied een drukriolering ligt. Dit betekent dat alleen huishoudelijk afvalwater

(DWA) hier op mag worden aangesloten. Hemelwater (HWA) dient binnen het plangebied worden opgelost. Bij het waterschap geniet het bovengronds afkoppelen van hemelwater en infiltreren in de bodem de voorkeur. Dit mag uiteraard niet leiden tot wateroverlast naar aanliggende percelen.

Schoon hemelwater (HWA) van daken mag geloosd worden op het oppervlaktewater. Wel is het wenselijk dat er geen gebruik gemaakt wordt van uitlogende (bouw)materialen. Wanneer geloosd wordt op een watergang van het waterschap is hierbij de 'Keur van het waterschap' van toepassing.

Agrarische activiteiten

Aangezien het hier om een agrarisch bedrijf gaat is voor dit plan het Lozingenbesluit Open Teelt en Veehouderij (LOTV) van toepassing. Het gaat hierbij om artikel 5 en artikel 12 van het LOTV. Vrij vertaald zegt het LOTV dat het rechtstreeks afstromen van verontreinigd (hemel)water van het verharde erf naar het oppervlaktewater (=erfafspoelwater) voorkomen moet worden. Geadviseerd wordt om het erfafspoelwater te lozen op de nieuw aan te leggen waterberging.

Wanneer voornoemde opmerkingen in het plan worden meegenomen heeft waterschap Velt en Vecht geen bezwaar.

6.2.3 Conclusie

Met inachtneming van voornoemde opmerking heeft het waterschap Velt en Vecht geen bezwaar tegen de voorgenomen ontwikkelingen.