Jhr. Von Heijdenstraat 22-28

4.1 Inleiding

Als eerste stap in dit hoofdstuk worden de planologische aspecten op een rij gezet waaraan het voorgenomen plan, zoals beschreven in hoofdstuk 3, getoetst dient te worden. De toetsing heeft als doel vast te stellen in hoeverre het voorgenomen plan in lijn is met de beginselen van 'goede ruimtelijke ordening'. Deze beginselen zijn in de afgelopen jaren verder uitgekristalliseerd, op basis waarvan kan worden gesteld dat in deze ruimtelijke onderbouwing in ieder geval aandacht dient te worden besteed aan:

• de beleidskaders;
• de mogelijke belemmeringen vanuit de omgeving;
• de ruimtelijke effecten van het plan op de omgeving;
• de (economische en maatschappelijke) uitvoerbaarheid.

Het is mogelijk - en in de dagelijkse praktijk komt het ook vaak voor - dat sommige van de hiervoor benoemde aspecten op onderdelen strijdig zijn met elkaar. Door te motiveren waarom bepaalde keuzes gemaakt worden, kan nog steeds worden voldaan aan een goede ruimtelijke ordening.