Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: vastgesteld bestemmingsplan Haaksbergen-Dorp, herziening Goorsestraat 72a
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0158.BP1103-0003

Artikel 1 Begrippen

1.1 plan
het bestemmingsplan Haaksbergen-Dorp, herziening Goorsestraat 72a van de gemeente Haaksbergen
 
1.2 bestemmingsplan
de geometrisch bepaalde planobjecten met bijbehorende regels als vervat in het GML-bestand
NL.IMRO.0158.BP1103-0003.gml
 
1.3 aanduiding
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
 
1.4 aanduidingsgrens
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
 
1.5 bebouwing
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
 
1.6 bebouwingsgrenzen
de op de plankaart aangegeven grenslijnen, waarbinnen de gebouwen overeenkomstig de bestemming uitsluitend worden gebouwd;
 
1.7 bedrijf
elke onderneming of gedeelte van een onderneming, welke een organisatorisch zelfstandige eenheid vormt en als zodanig gericht is op de productie of de afzet van goederen of de verlening van diensten; organisatorisch zelfstandige eenheden als hier bedoeld, welke door of vanwege de overheid worden geleid, worden voor de toepassing van deze planregels eveneens als bedrijf aangemerkt;
 
1.8 bedrijfsgebouw
een gebouw dat noodzakelijk is voor de uitoefening van ter plaatse toegestane (bedrijfs-)activiteiten, hieronder wordt geen bedrijfs- of dienstwoning verstaan;
 
1.9 bestaand
a. bij bouwwerken: bestaand ten tijde van de terinzagelegging van het bestemmingsplan als ontwerp;
b. bij gebruik: bestaand ten tijde van het van kracht worden van het betreffende gebruiksverbod.
 
1.10 bestemmingsgrens
de grens van een bestemmingsvlak.
 
1.11 bestemmingsvlak
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
   
1.12 bijbehorend bouwwerk
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd op de grond staand gebouw, of ander bouwwerk, met een dak
 
1.13 bouwen
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.
 
1.14 bouwgrens
de grens van een bouwvlak.
 
1.15 bouwmarkt
een al dan niet geheel overdekt detailhandelsbedrijf met een overdekt verkoopoppervlak van minimaal 1.000 m², waarop een volledig of nagenoeg volledig assortiment aan bouw- en doe-het-zelf producten uit voorraad aan zowel vakman als particulier op basis van zelfbediening wordt aangeboden;
 
1.16 bouwperceel
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
 
1.17 bouwperceelgrens
een grens van een bouwperceel.
 
1.18 bouwvlak
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten.
 
1.19 bouwwerk
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
 
1.20 consumentenvuurwerk
Vuurwerk dat is bestemd voor particulier gebruik.
 
1.21 cultuurhistorische waarden
de aan een bouwwerk of een gebied toegekende waarden, gekenmerkt door het beeld dat is ontstaan door het gebruik dat de mens in de loop van de geschiedenis heeft gemaakt van dat bouwwerk of dat gebied;
   
1.22 dak
iedere bovenbeëindiging van een gebouw;
 
1.23 detailhandel
het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder de uitstalling ten verkoop), verkopen, verhuren en leveren van goederen aan personen die goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit, alsmede de verkoop van consumentenvuurwerk.
 
1.24 detailhandel perifeer
detailhandel die vanwege de omvang en aard van de gevoerde artikelen een groot oppervlak nodig hebben voor de uitstalling, zoals tuincentra, bouwmarkten, woninginrichting waaronder meubels.
 
 
1.25 erf
al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een gebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw en voor zover een bestemmingsplan van toepassing is de bestemming deze inrichting niet verbiedt.
 
1.26 gebouw
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
 
1.27 grootschalige detailhandel
detailhandel in auto's, boten, caravans, grove bouwmaterialen, keukens, sanitair en woninginrichting waaronder meubels, alsmede tuincentra en bouwmarkten, die vanwege de omvang en de aard van de gevoerde artikelen een groot oppervlak nodig hebben voor de uitstalling.
 
1.28 hoofdgebouw
gebouw dat op een perceel door zijn constructie of afmetingen, dan wel gelet op de bestemming, als het belangrijkste bouwwerk valt aan te merken.
   
1.29 landschappelijke waarde
de aan een gebied toegekende waarden in verband zoals deze tot uitdrukking komen in de ter plaatse voorkomende landschapselementen, te weten: houtwallen, houtsingels en bosjes; zowel afzonderlijk als in onderlinge samenhang met de (oorspronkelijke) verkavelingsstructuur;
 
1.30 natuurlijke waarden
de aan een gebied toegekende waarden in verband met de geologische, geomorfologische, bodemkundige en biologische elementen, zowel afzonderlijk als in onderlinge samenhang, voorkomende in dat gebied;
 
1.31 tuincentrum:
a.
Grootschalige al dan niet geheel overdekte (detail-)handel met een breed aanbod aan “levende en niet-levende” huis- en tuingerelateerde artikelgroepen in het basisassortiment (bestaande uit (tuin-)planten en bomen, (snij-)bloemen en (kamer-)planten, bloembollen en zaden, (tuin)meubelen, potterie, tuingereedschappen, tuinverlichting, barbecues, terras(open)haarden, decoratie buitenhuis en binnenhuis (sfeer, interieur en cadeau), kleine huisdieren en dierbenodigdheden, materiaal t.b.v. tuinaanleg en -onderhoud, werkkleding en -schoeisel om in de tuin te werken, seizoensartikelen, zoals voor kerst en pasen);
b.
Een nevenassortiment tot een oppervlakte van 20% van de totale verkoopvloeroppervlakte tot een maximum van 1.000 m2 verkoopvloeroppervlak (artikelen zoals consumentenvuurwerk, zwembaden, tuinspeelgoed). Nevenassortiment is een assortiment met een directe relatie aan het basisassortiment.
c.
Activiteiten op het gebied van tuinarchitectuur, bloemschikken, workshops en dergelijke;
d.
Ondersteunende horeca waarvan de openingstijden gerelateerd zijn aan die van het tuincentrum met een vloeroppervlakte tot maximaal 150m²
 
1.32 peil
a. voor gebouwen waarvan de hoofdtoegang direct aan een weg grenst: de hoogte van die weg ter hoogte van de hoofdingang;
b. in andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het aansluitend afgewerkte maaiveld.
 
1.33 voorgevelrooilijn
de lijn, welke aansluit aan de ligging van de voorgevels van de bestaande hoofdgebouwen en een zo gelijkmatig beloop overeenkomstig de weg heeft;
 
1.34 winkelvloeroppervlak
de voor het publiek zichtbare en toegankelijke (besloten) winkelruimte ten behoeve van de detailhandel (exclusief magazijnruimten, laad-en losruimten, kantoren, personeelsruimten en dergelijke).