direct naar inhoud van 5.6 Archeologie
Plan: Haaksbergen-Dorp, deelplan De Els, partiële herziening woningbouwlocatie De Greune
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0158.BP1097-0002

5.6 Archeologie

5.6.1 Kader

Met de ondertekening van het Verdrag van Valletta (Malta) in 1992 is in Nederland de beleidsmatige zorg voor het archeologisch bodemarchief aanzienlijk toegenomen. In het verdrag staat: Archeologische waarden dienen als onvervangbaar onderdeel van het culturele erfgoed te worden meegenomen en te worden ontzien bij de ontwikkeling en besluitvorming van ruimtelijke plannen.

Met het in werking treden van de Wet op de archeologische monumentenzorg in september 2007 is het verdrag wettelijk verankerd en is de Monumentenwet 1988 herzien. Het belangrijkste doel van deze wet is het behoud van het archeologisch erfgoed ter plekke. Het is verplicht om in het proces van ruimtelijke ordening tijdig rekening te houden met de mogelijke aanwezigheid van archeologische waarden en een afweging te maken. Vroegtijdig onderzoek maakt ruimte voor de overweging om archeologievriendelijke alternatieven toe te passen. Wie dan ondanks de aanwezigheid van archeologische waarden toch de grond in wil, moet archeologisch (voor)onderzoek doen en de kosten daarvan op zich nemen. Ook als het onderzoek uiteindelijk tot een opgraving leidt.

De gemeente Haaksbergen heeft het Rijksbeleid uitgewerkt in gemeentelijk archeologiebeleid wat ondermeer voorziet in een archeologische waarden- en verwachtingenkaart en een beleidsadvieskaart.

5.6.2 Situatie plangebied

Gemeentelijke verwachtingenkaart

Op grond van het gemeentelijk archeologisch beleid wordt aan het plangebied een middelmatige verwachtingswaarde toegekend. Op grond hiervan schrijft het beleid voor dat bij ingrepen groter dan 250 m2 het uitvoeren van archeologisch onderzoek noodzakelijk is.

Archeologisch bureauonderzoek

Op 15 december 2008 is door RAAP Archeologisch Adviesbureau een bureauonderzoek uitgevoerd om de archeologische waarde van het plangebied vast te stellen. Dit onderzoek is als bijlage 5 bijgevoegd. Anders dan op basis van de gemeentelijke verwachtingenkaart (welke minder gedetailleerd is opgesteld vanwege het grotere schaalniveau) wordt op basis van het bureauonderzoek een lage archeologische waarde aan het plangebied toegekend.

5.6.3 Conclusie

Het bureauonderzoek is voorgelegd aan het gemeentelijk archeologisch adviesorgaan, Het Oversticht. De Regio Archeoloog Twente heeft op 16 oktober 2012 ingestemd met de conclusies van het bureauonderzoek en adviseert om het plangebied zonder verder archeologisch onderzoek vrij te geven. Het advies van de Regio Archeoloog is als bijlage 6 bijgevoegd.

Indien bij de uitvoering van de grondwerkzaamheden onverwacht archeologische resten worden aangetroffen, dan is conform artikel 53 en 54 van de Monumentenwet 1988 (herzien in 2007), aanmelding van de desbetreffende vondsten bij de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, in casu de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed verplicht (vondstmelding via ARCHIS).