Buitengebied, partiële herziening Kolleweg 7

1.1 Aanleiding

Op het perceel Kolleweg 7 in Haaksbergen is het agrarische bedrijf van de familie Jannink gevestigd. Het betreft een intensieve veehouderij en is gelegen in een extensiveringzone in het kader van het Reconstructieplan 'Salland-Twente'. Daarnaast bevindt zich op het perceel aan de Kolleweg 7 een mesttransportbedrijf. De intensieve veehouderij op dit perceel wordt beëindigd en de activiteiten op het gebied van mesttransport worden voortgezet. Zowel de initiatiefnemer als gemeente streven naar het planologisch inpassen van deze aan het buitengebied verbonden agrarische activiteit.

Op het bouwperceel bevinden zich momenteel drie varkensschuren, een machineloods, een garage en een bedrijfswoning. Naast het bouwperceel ligt een stuk grond dat werd gebruikt voor agrarische activiteiten. Het plan beoogt de ombouw van één varkensschuur tot een werktuigenberging en de machineloods blijft behouden ten behoeve van het mesttransportbedrijf. De twee andere varkensschuren zullen worden gesloopt. In de plaats van deze stallen wordt er een loods gerealiseerd ten dienste van het mesttransportbedrijf, de vrachtwagens zijn jaren lang achter op het erf gestald. In de loods zal er tevens een ruimte worden gecreëerd voor een berging, werkplaats, kantine en een kantoor. De naastgelegen agrarische grond zal geen verandering ondergaan.

Het feit dat de locatie gelegen is in een extensiveringzone heeft er mede toe geleid dat alle intensieve agrarische activiteiten worden beëindigd. Daarnaast zal het geheel op een verantwoordelijke wijze moeten worden ingepast in het landschap en de aanwezige mestopslag buitengebruik worden gesteld.

Omdat het voornemen niet past binnen het vigerende bestemmingsplan is een partiële herziening van het bestemmingsplan Buitengebied noodzakelijk. In onderhavige bestemmingsplanherziening zal worden aangetoond dat de beoogde ruimtelijke ontwikkeling vanuit planologisch en ruimtelijk oogpunt verantwoord is.

In dit bestemmingsplan is rekening gehouden met onder meer:

• nota's en visies op rijks-, provinciaal en gemeentelijk niveau;
• de nieuwe eisen ten aanzien van de vormgeving van het plan; hierbij wordt gedoeld op gestandaardiseerde regels en een digitale verbeelding, gebaseerd op objectgerichte vlakken en voorzien van een codering zoals omschreven in het Informatiemodel Ruimtelijke Ordening (IMRO);
• de inwerkingtreding van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo).