direct naar inhoud van Artikel 14 Sport
Plan: Hogeland-Zuid, Varvik en Diekman
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0153.20100737-0003

Artikel 14 Sport

14.1 Bestemmingsomschrijving

De voor “Sport” aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. sportvoorzieningen, die zijn genoemd in de categorieën 1 en 2 uit de hoofdgroep Sport van de bij deze regels behorende Lijst van Bedrijfstypen (bijlage 1);
  • b. niet zelfstandige horeca , die is genoemd in categorie 1 uit de Hoofdgroep Horeca van de bij deze regels behorende Lijst van Bedrijfstypen (bijlage 1);
  • c. niet zelfstandige detailhandel;
  • d. ondergeschikt medegebruik ten behoeve van naschoolse opvang, welzijnswerk en sociaal-cultureel werk;
  • e. waterpartijen, -lopen, -bergingen, wadi's, infiltratiestroken en andere voorzieningen in het kader van de waterbeheersing;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'kampeerterrein' zijn de gronden mede bestemd voor gebruik door campers;
  • g. ter plaatse van de aanduiding "maatschappelijk" zijn de gronden mede bestemd voor gebruik voor maatschappelijke voorzieningen, met uitzondering van religieuze voorzieningen;
  • h. ter plaatse van de aanduiding "gemengd" zijn functies toegestaan die zijn genoemd in de bij deze regels behorende specifieke staat van bedrijfsactiviteiten bij functiemenging - Diekman Sport (bijlage 3), ;
  • i. ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van sport - openlucht zwembad" is een openlucht zwembad toegestaan, met daarbij behorende voorzieningen, zoals niet zelfstandige horeca en niet zelfstandige detailhandel;
  • j. ter plaatse van de aanduiding “zwembad” is een overdekt zwembad toegestaan;
  • k. bij deze doeleinden behorende bouwwerken, terreinen en voorzieningen, zoals kantines, kleedruimtes, ontsluitingswegen, parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen en nutsvoorzieningen.
14.2 Bouwregels
14.2.1 Algemeen

Op de voor “Sport” aangewezen gronden mag uitsluitend worden gebouwd voor zover dit in overeenstemming is met het bepaalde in lid 14.1.

14.2.2 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. gebouwen dienen binnen het bouwvlak te worden gebouwd;
  • b. ter plaatse van de aanduiding “maximale bouwhoogte” mag de bouwhoogte niet worden overschreden.

14.2.3 bijbehorende bouwwerken

Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken gelden de volgende bepalingen:

  • a. bijbehorende bouwwerken dienen binnen het bouwvlak te worden gebouwd;
  • b. in afwijking van het bepaalde onder a mogen bijbehorende bouwwerken tevens buiten het bouwvlak worden gebouwd, met dien verstande dat buiten het bouwvlak maximaal 30 m² aan bijbehorende bouwwerken is toegestaan;
  • c. de bouwhoogte van bijbehorende bouwwerken mag maximaal 4,5 meter bedragen.
14.2.4 Overige bouwwerken

Voor het bouwen van niet eerder genoemde overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 2 meter bedragen;
  • b. de bouwhoogte van kunstobjecten en vlaggenmasten mag maximaal 10 meter bedragen;
  • c. de bouwhoogte van lichtmasten en ballenvangers mag maximaal 18 meter bedragen;
  • d. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag maximaal 8 meter bedragen.

14.2.5 Nutsvoorzieningen

Voor het bouwen van nutsvoorzieningen de volgende bepalingen:

  • a. de oppervlakte van een bouwwerk mag maximaal 25 m² bedragen;
  • b. de goothoogte mag maximaal 3 meter bedragen;
  • c. utsvoorzieningen mogen zowel binnen als buiten het bouwvlak worden gebouwd. .

14.2.6 Bestaande bebouwing

Bestaande bebouwing, die afwijkt van het bepaalde in de leden 14.2.1, 14.2.2, 14.2.4 en/of 14.2.5 mag worden gehandhaafd en/of vernieuwd.

14.3 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:

  • a. lid 14.2.1, voor de bouw van gebouwen ten behoeve van de vestiging van een sportvoorziening dan wel wijziging of aanpassing van een bestaande sportvoorziening in een sportvoorziening, die niet is genoemd in bijlage 1 van deze regels dan wel is genoemd in één categorie hoger, mits die sportvoorziening, gelet op de milieubelasting, naar aard en invloed op de omgeving kan worden gelijkgesteld met de volgens lid 14.1, onder a, op die locatie toegestane sportvoorzieningen;
  • b. lid 14.2.2, onder a, voor een gezamenlijk oppervlak van bijbehorende bouwwerken buiten het bouwvlak tot maximaal 75 m²;
  • c. lid 14.2.4, onder a, voor een bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen tot maximaal 3 meter;
  • d. lid 14.2.6, voor het vervangen en/of uitbreiden van bestaande gebouwen die zijn gesitueerd buiten het bouwvlak met een vergroting die niet meer bedraagt dan 15% van de oppervlakte van die gebouwen onder de voorwaarden dat:
    • 1. de uitbreiding van het gebouw uitsluitend op de begane grond wordt gerealiseerd;
    • 2. de goot- en bouwhoogte niet toenemen.

De in dit lid genoemde ontheffingen worden uitsluitend verleend onder de voorwaarde dat geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:

  • de woonsituatie;
  • het straat- en bebouwingsbeeld;
  • de verkeersveiligheid;
  • de sociale veiligheid;
  • de milieusituatie;
  • de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
14.4 Afwijken van de gebruiksregels

Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 14.1, onder a, ten behoeve van de vestiging van een sportvoorziening dan wel wijziging of aanpassing van een bestaande sportvoorziening in een sportvoorziening, die niet is genoemd in de hoofdgroep Sport van bijlage 1 van deze regels dan wel is genoemd in één categorie hoger, mits die sportvoorziening, gelet op de milieubelasting, naar aard en invloed op de omgeving kan worden gelijkgesteld met de volgens lid 14.1, onder a, op die locatie toegestane sportvoorzieningen.

14.5 Specifieke gebruiksregels

Tot een strijdig gebruik met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van een seksinrichting.