direct naar inhoud van Artikel 4 Sport - Stadion
Plan: Kanaalzone - Stadion
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0153.20092639-0004

Artikel 4 Sport - Stadion

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Sport - Stadion" aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. een voetbalstadion met een capaciteit van 32.000 zitplaatsen;
  • b. bij een voetbalstadion behorende en daar aan gerelateerde en ondergeschikte functies zoals club- en/of kleedgebouwen, wedstrijdsecretariaat, restaurants, VIP-ruimten, congres-, vergader- en ontvangstruimten, receptieruimten, skyboxen, persruimten, (sport)kantoren, medische voorzieningen, kiosken, horeca-uitgiftepunten, tribunes, licht- en vlaggenmasten, sportmeubilair en voorzieningen voor het stallen van (brom)fietsen;
  • c. ter plaatse van de aanduiding "bedrijf tot en met categorie 3.1" zijn bedrijven in de categorieën 1, 2 en 3.1 uit de hoofdrubriek Bedrijven van de bij deze regels behorende Lijst van bedrijfstypen (bijlage 1) toegestaan, met uitzondering van geluidzoneringsplichtige inrichtingen, risicovolle inrichtingen en vuurwerkbedrijven;
  • d. ter plaatse van de aanduiding "detailhandel" zijn detailhandelsbedrijven uit categorie 1 van de bij deze regels behorende Lijst van bedrijfstypen (bijlage 1) toegestaan, voor zover zowel qua aard en omvang als qua openingstijden ondergeschikt aan de hoofdfunctie en met een maximum van 400 m2 bruto vloeroppervlak;
  • e. ter plaatse van de aanduiding "dienstverlening" zijn dienstverlenende bedrijven als bedoeld in de hoofdgroep Dienstverlening van de bij deze regels behorende Lijst van bedrijfstypen (bijlage 1) toegestaan;
  • f. ter plaatse van de aanduiding "gezondheidszorg" zijn gezondheidszorgfuncties als bedoeld in de hoofdgroep Maatschappelijk van de bij deze regels behorende Lijst van bedrijfstypen (bijlage 1) toegestaan, voor zover gerelateerd aan de hoofdfunctie en zonder mogelijkheid tot nachtverblijf;
  • g. ter plaatse van de aanduiding "horeca" zijn horecabedrijven als bedoeld in de hoofdgroep Horeca van de bij deze regels behorende Lijst van bedrijfstypen (bijlage 1) toegestaan, met uitzondering van discotheken en hotels. Dit zijn zelfstandige horecabedrijven die niet gerelateerd en ondergeschikt zijn aan de hoofdfunctie. Hieronder vallen niet de in dit lid onder a genoemde restaurants, VIP-ruimten, congres-, vergader- en ontvangstruimten, receptieruimten en horeca-uitgiftepunten;
  • h. ter plaatse van de aanduiding "kantoor" zijn kantoren als bedoeld in de hoofdgroep Kantoren van de bij deze regels behorende Lijst van bedrijfstypen (bijlage 1) toegestaan;
  • i. ter plaatse van de aanduiding "onderwijs" zijn onderwijsfuncties als bedoeld in de hoofdgroep Maatschappelijk van de bij deze regels behorende Lijst van bedrijfstypen (bijlage 1) toegestaan, voor zover gerelateerd aan de hoofdfunctie en niet zijnde basisonderwijs;
  • j. ter plaatse van de aanduiding "verblijfsgebied" is het gebruik van de gronden als verblijfsgebied toegestaan, met dien verstande dat deze gronden - voor zover gelegen onder de bebouwing van de oostelijke tribunes van het stadion - met name tot doel hebben een optimale bereikbaarheid van alle zijden van het stadion en de achter het stadion gelegen terreinen te garanderen voor de hulpdiensten. Ter plaatse van de aanduiding "verblijfsgebied" zijn tevens, voor zover gelegen aan de zijde van station Drienerlo, spoorwegvoorzieningen toegestaan;
  • k. de oppervlakte van de in dit lid onder c, e en h genoemde bedrijven, dienstverlenende bedrijven en kantoren mag tesamen maximaal 6000 m2 bruto vloeroppervlak bedragen;
  • l. de oppervlakte van de in dit lid onder g genoemde horecabedrijven mag tesamen maximaal 3500 m2 bruto vloeroppervak bedragen;
  • m. de bij deze doeleinden behorende bouwwerken en voorzieningen, zoals in- en uitritten, parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen, nutsvoorzieningen en voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding.
4.2 Bouwregels
4.2.1 Algemeen

Op de voor "Sport - Stadion" aangewezen gronden mag uitsluitend worden gebouwd voor zover dit in overeenstemming is met het bepaalde in lid 4.1.

4.2.2 Gebouwen en tribunes

Voor het bouwen van gebouwen en tribunes gelden de volgende bepalingen:

  • a. gebouwen en tribunes dienen binnen het bouwvlak te worden gebouwd;
  • b. ter plaatse van de aanduiding "maximale bouwhoogte" mag de bouwhoogte niet worden overschreden.

4.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 3 meter bedragen;
  • b. de bouwhoogte van kunstobjecten en vlaggemasten mag maximaal 10 meter bedragen;
  • c. de bouwhoogte van lichtmasten ten behoeve van de verlichting van het stadion mag maximaal 50 meter bedragen;
  • d. de bouwhoogte van ballenvangers mag maximaal 5 meter bedragen;
  • e. de bouwhoogte van overige op de bestemming gerichte noodzakelijke gebouwde voorzieningen mag maximaal 8 meter bedragen.

4.2.4 Nutsvoorzieningen

In afwijking van het bepaalde in de leden 4.2.2 en 4.2.3 gelden voor het bouwen van nutsvoorzieningen de volgende bepalingen:

4.2.5 Bestaande bebouwing

Bestaande bebouwing, die afwijkt van het bepaalde in de leden 4.2.1, 4.2.2, 4.2.3 en/of 4.2.4mag worden gehandhaafd en/of vernieuwd.

4.3 Ontheffing van de bouwregels

Burgemeester en wethouders zijn op grond van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in:

  • a. lid 4.2.3 onder a voor een bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen tot maximaal 4 meter;
  • b. lid 4.2.3 onder e voor een bouwhoogte van overige op de bestemming gerichte noodzakelijke gebouwde voorzieningen tot maximaal 10 meter;

De in dit lid genoemde ontheffingen worden uitsluitend verleend onder de voorwaarde dat geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:

  • de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • het straat- en bebouwingsbeeld;
  • de verkeersveiligheid;
  • de sociale veiligheid;
  • de milieusituatie;
  • de waterhuishouding.
4.4 Specifieke gebruiksregels

Onverminderd het bepaalde in de leden 4.1 onder j en 4.2.2 onder a is het in verband met het garanderen van een optimale bereikbaarheid van het terrein rondom het stadion voor de hulpdiensten niet toegestaan de open ruimte boven het verblijfsgebied onder de bebouwing van de oostelijke tribunes van het stadion dicht te bouwen.

4.5 Ontheffing van de gebruiksregels

Burgemeester en wethouders zijn op grond van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in:

  • a. lid 4.1 onder c ten behoeve van de vestiging dan wel wijziging of aanpassing van een bestaand bedrijf in een bedrijf dat niet is genoemd in de hoofdrubriek Bedrijven van de bij deze regels behorende Lijst van bedrijfstypen (bijlage 1) dan wel is genoemd in één categorie hoger van die hoofdrubriek, mits dat bedrijf, gelet op de milieubelasting, naar aard en invloed op de omgeving kan worden gelijkgesteld met de volgens lid 4.1 onder c op die locatie toegestane bedrijven;
  • b. lid 4.1 onder d ten behoeve van de vestiging dan wel wijziging of aanpassing van een bestaand detailhandelsbedrijf in een detailhandelsbedrijf dat niet is genoemd in de hoofdrubriek Detailhandel van de bij deze regels behorende Lijst van bedrijfstypen (bijlage 1) dan wel is genoemd in één categorie hoger van die hoofdrubriek, mits dat detailhandelsbedrijf, gelet op de milieubelasting, naar aard en invloed op de omgeving kan worden gelijkgesteld met de volgens lid 4.1 onder d op die locatie toegestane detailhandelsbedrijven. Het in lid 4.1 onder d bepaalde ten aanzien van het zowel qua aard en omvang als qua openingstijden ondergeschikt zijn aan de hoofdfunctie en het maximum van 400 m2 bruto vloeroppervlak zijn hierbij van overeenkomstige toepassing;
  • c. lid 4.4 voor het dichtbouwen van (een deel van) de open ruimte boven het verblijfsgebied onder de oostelijke tribunes van het stadion, mits dat uit oogpunt van rampenbestrijding geen gevaar oplevert en het functioneren van de aangrenzende waterloop daardoor niet in onevenredige mate wordt gehinderd. Alvorens ontheffing te verlenen wordt advies ingewonnen bij de hulpddiensten en de beheerder van de waterloop.

De in dit lid genoemde ontheffingen worden uitsluitend verleend onder de voorwaarde dat geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:

  • de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • het straat- en bebouwingsbeeld;
  • de verkeersveiligheid;
  • de sociale veiligheid;
  • de milieusituatie;
  • de waterhuishouding.

4.6 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester e wethouders zijn op grond van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening bevoegd het plan te wijzigen door het verwijderen van een op de verbeelding weergegeven aanduiding, indien de betreffende activiteit ter plaatse gedurende tenminste een half jaar is beëindigd en er geen redenen zijn om aan te nemen dat de activiteit op korte termijn wordt voortgezet.