direct naar inhoud van 5.2 Ecologie
Plan: Havenkwartier
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0150.D133-OH01

5.2 Ecologie

5.2.1 Natuurbeschermingswet

Vanuit het oogpunt van natuurwetgeving is een aantal wettelijke regelingen relevant in het kader van dit bestemmingsplan. Het gebied is niet gelegen binnen de begrenzing van een Natura 2000-gebied, maar wel op enige afstand daarvan, te weten de IJsseluiterwaarden. Ook is het plangebied niet gelegen binnen de Ecologische Hoofdstructuur of een beschermd natuurmonument. Uit de voortoets is gebleken dat er geen significante effecten zijn te verwachten van de ontwikkeling op het Natura 2000-gebied. Meer in het bijzonder is uit onderzoek gebleken dat zowel tijdens de beheerfase als tijdens de bouwfase significante effecten uitgesloten kunnen worden geacht.

Uit onderzoek is gebleken dat tijdens de beheerfase geen significante effecten zullen optreden als gevolg van de herinrichting van het gebied.

afbeelding "i_NL.IMRO.0150.D133-OH01_0012.jpg"

5.2.2 Flora en fauna

Van toepassing is de sinds 1 april 2002 van kracht zijnde Flora- en faunawet. Deze wet voorziet in de bescherming van planten en dieren in heel Nederland.
Aan de hand van een verkennend veldonderzoek, dat is uitgevoerd in februari 2010, is door DHV een inschatting gemaakt van het voorkomen van beschermde diersoorten binnen het plangebied. Uit de resultaten van dit flora en fauna onderzoek is gebleken dat in het onderzoeksgebied specifieke aandacht noodzakelijk is voor de mogelijke aanwezigheid van vaatplanten, vleermuizen, broedvogels en vissen. In aansluiting hierop heeft in 2011 nader onderzoek plaatsgevonden bestaande uit bureauonderzoek en veldbezoek. Dit leidt tot de volgende conclusies:

  • 1. er worden geen effecten verwacht op beschermde vaatplanten en vissen;
  • 2. verspreid in het plangebied staan enkele gebouwen die potentieel geschikt zijn als verblijfplaats voor vleermuizen. Het gaat hierbij met name om woningen met gevelpannen en open stootvoegen. Uit veldbezoek is vast komen te staan dat in het plangebied vleermuizen aanwezig zijn. Voor de woningen langs de Mr. H.F. de Boerlaan die het eerst gesloopt zullen worden (109 t/m 147), is het vleermuizenonderzoek afgerond conform het vleermuizenprotocol. In één van deze woningen zijn vleermuizen aangetroffen. Bij de aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen dient te worden aangegeven welke mitigerende maatregelen worden genomen. Voor de overige deelgebieden geldt dat voorafgaand aan de sloop van gebouwen nog wel aanvullend vleermuizenonderzoek dient te worden uitgevoerd;
  • 3. bij renovatie of verbouw van de hoge silo dient rekening gehouden te worden met de opgehangen nestkast voor een slechtvalk (jaarrond beschermde nestplaats). In het hele plangebied zijn foeragerende huismussen aangetroffen. Daarnaast is een broedplaats van de huismus aangetroffen, dit betreft echter een woning die vooralsnog niet gesloopt zal worden. Werkzaamheden die leiden tot verstoring van slechtvalk of huismus dienen buiten de broedperiode plaats te vinden;
  • 4. Indien verblijf- of nestplaatsen van vleermuizen of jaarrond beschermde vogels vernietigd worden, dienen alternatieve verblijf- en nestplaatsen te worden aangeboden. Hierbij is het van belang dat deze gerealiseerd zijn, ruim voordat de bestaande verblijf- en nestplaatsen worden vernietigd.