direct naar inhoud van 13.4 Bodemkwaliteit
Plan: Buitengebied Deventer
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0150.D125-VG02

13.4 Bodemkwaliteit

Toetsingskader

Met het oog op een goede ruimtelijke ordening dient bij functiewijziging te worden bekeken of de bodemkwaliteit voldoende is voor de betreffende functie. De Wet bodembescherming is daarbij het toetsingskader.

Op basis van het historisch bodembestand zijn diverse locaties in het buitengebied verdacht voor de aanwezigheid van een bodemverontreiniging als gevolg van (voormalige) verdachte activiteiten. Het betreft met name de (voormalige) aanwezigheid van boven- of ondergrondse tanks voor de opslag van brandstof en gedempte sloten.

In het buitengebied bevinden zich daarnaast een aantal voormalige stortplaatsen (Wechelerveld, nabij Oerdijk 194, Looweg Bathmen), een voormalig militair oefenterrein (nabij Wechelerveld), twee defensiecomplexen (Lettele en Bathmen) en voormalig NS-emplacement Diepenveen (nabij Sallandseweg).

Bodemonderzoeken

In 2009 zijn bodemonderzoeken uitgevoerd ter plaatse van de voormalige stortplaatsen. Op basis van de uitgevoerde onderzoek is bij het huidige gebruik geen sprake van een spoedeisende ernstige verontreiniging. Ter plaatse van de locaties voormalig NS-emplacement in Diepenveen, Baarlermarsweg 3 en 7, Spanjaardsdijk 96, is een sterke verontreiniging (>interventiewaarde) aangetoond. Het is niet bekend wat de omvang (ernstig/niet ernstig) is. Op de volgende locaties is op basis van onderzoek naar verwachting sprake van een geval van ernstige verontreiniging:

  • Baarlermarsweg 6;
  • Koningin Wilhelminalaan 52a (asbest).

Bij ontwikkelingen op deze locaties is aanvullend onderzoek en/of sanering nodig voorafgaand aan functiewijziging.

Op de locatie Raalterweg 18 is een bodemsanering uitgevoerd. Hier is een restverontreiniging achtergebleven. Bij ontwikkeling van deze locatie is herbeoordeling van de restverontreiniging nodig.

In het buitengebied zijn daarnaast op diverse locaties bodemonderzoeken uitgevoerd. Bij deze onderzoeken zijn in de grond en/of het grondwater maximaal licht tot matig verhoogde gehalten aangetoond. Op basis van deze onderzoeksresultaten zijn de locaties geschikt voor het huidige gebruik.

Nieuwe ontwikkelingen

Bij nieuwe ontwikkelingen is minimaal een historisch onderzoek nodig. Indien een locatie van functie of bouwblok wijzigt en ter plaatse een voor bodemverontreiniging verdachte activiteit is uitgevoerd, dient een bodemonderzoek conform de NEN-5740 te worden uitgevoerd. Uit het onderzoek moet blijken of de locatie geschikt is voor het toekomstige gebruik of aanvullende bodemwerkzaamheden (onderzoek en/of sanering) nodig zijn. Het is voor de gemeente mogelijk om op basis van een concrete locatielijst met wijziging functie/bouwblok te controleren of deze op basis van (voormalige) activiteiten verdacht is voor bodemverontreiniging.

Voorafgaand aan nieuwbouw bestaat in het kader van het Bouwbesluit mogelijk de noodzaak om een onderzoek conform de NEN-5740 uit te voeren.