direct naar inhoud van Artikel 12 Maatschappelijk - Militaire zaken 1
Plan: Buitengebied Deventer
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0150.D125-VG02

Artikel 12 Maatschappelijk - Militaire zaken 1

12.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Maatschappelijk - Militaire zaken 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. militaire zaken zoals kazernecomplexen, opslagdepots, dienstwoning, kantoren, werkplaatsen, magazijnen, zendinstallaties en andere bouwwerken;
  • b. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, parkeervoorzieningen, nutsvoorzieningen en water.
12.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

  • a. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van terreinafscheidingen, mogen uitsluitend binnen het bouwvlak en ten dienste van de bestemming worden gebouwd;
  • b. verder geldt het volgende:
  max. aantal per bouwvlak   max. oppervlakte   max. inhoud   max. goothoogte   max. bouwhoogte   dakhel-ling(min/max.)  
bedrijfswoningen (inclusief aan- en uitbouwen)   2     750 m³   8 m   12 m   20°/55°  
bijgebouwen en overkappingen   -   100 m²   -   3 m   6 m   12°/55°  
overige bedrijfsgebouwen
 
-   zoals aangege- ven middels een maatvoe- ringaan- duiding   -   8 m   12 m   12°/55°  
zendinstallaties   -   -   -   -   45 m   -  
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde   -   -   -   -   5 m   -  

- = Niet van toepassing.

12.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 12.2 onder b teneinde:

  • a. een goothoogte van 12 m toe te staan;
  • b. een bouwhoogte van 15 m toe te staan;
  • c. het plat afdekken van een gebouw toe te staan;
  • d. een bouwhoogte van 40 m voor overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, toe te staan;

met inachtneming van het volgende:

  • e. van de bevoegdheid tot afwijken wordt uitsluitend gebruikgemaakt indien de doelmatige uitvoering van het bestemmingsplan in de weg staat of de noodzaak/reële wenselijkheid aangetoond is;
  • f. van de bevoegdheid tot afwijken wordt uitsluitend gebruikgemaakt indien er geen onevenredige negatieve gevolgen intreden.