direct naar inhoud van 3.4 Gemeentelijk beleid
Plan: Colmschate e.o.
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0150.D117-OH01

3.4 Gemeentelijk beleid

3.4.1 Structuurplan Deventer 2025 (2004)

In het structuurplan Deventer 2025 (april 2004) zijn de toekomstige ruimtelijke opgaven voor Deventer en de gewenste ontwikkelingsrichting in beeld gebracht. Deventer wil ruimte bieden aan voldoende en kwalitatief goede woningen in de nieuwbouw en het bevorderen van de aantrekkelijkheid en gevarieerdheid van de bestaande wijken.

In Deventer Stad is stedelijke herstructurering, zowel voor wonen als werken (kantoren en overige bedrijvigheid), één van de belangrijkste opgaven, samen met de ontwikkeling van de verschillende inbreidingslocaties. Inbreiding en stedelijke herstructurering worden zoveel mogelijk gekoppeld aan het versterken van de stedelijke groen- en waterstructuur en het verbeteren van de openbare ruimte. De totale woningbouwcapaciteit op inbreidingslocaties is geschat op circa 100-150 woningen per jaar.

Daarnaast is het streven de stedelijke groenstructuur te versterken en te laten aansluiten op de structuur van het landelijk gebied. Om aansluiting te vinden en te houden met het omringende landschap wordt ingezet op het realiseren en versterken van zogenaamde 'groene vingers'. Als tegenhangers van de 'rode vingers', reiken de groene vingers vanuit het omringende landschap tot diep in de stad. Op deze wijze wordt het landschap als het ware de stad ingetrokken.

De kern van het Structuurplan 2025 wordt gevormd door de ontwikkelingsmodellen voor zowel de korte termijn, de middellange als de lange termijn en het integraal ontwikkelingsperspectief voor Deventer Stad.

Specifiek gekeken naar het plangebied Colmschate e.o. gaat het Structuurplan in op de as Binnenstad – Colmschate. Deze as heeft als belangrijke doelstelling het verbinden van de oude stad met de nieuwere oostelijke uitbreiding, oftewel de ringenstructuur met de lineaire uitbreiding. Langs deze as bevinden zich diverse voorzieningen, kleinschalige bedrijfsruimten en kantoorbebouwing richting het stadscentrum. Invullocaties zijn primair gericht op stedelijke voorzieningen en kleinschalige representatieve bedrijfsontwikkelingen (kantoorachtigen). De locaties langs de as binnenstad - Colmschate zijn grotendeels al in ontwikkeling.

Verder is in het Structuurplan het winkelcentrum Colmschate genoemd als een van de twee wijkwinkelcentra in Deventer. Hiervan wordt aangegeven dat het winkelcentrum een prima ligging heeft, goed functioneert en een ruime branchering kent.

Conclusie

Dit bestemmingsplan is consoliderend van aard. Met voorgaand beleid dient met name bij nieuwe ontwikkelingen in het onderhavige plangebied rekening te worden gehouden.

3.4.2 Gemeentelijk waterbeleid (2007)

Het gemeentelijk beleid is vastgelegd in het Waterplan Deventer (2007-2010) en Gemeentelijk Rioleringsplan (2010-2015).

Het Waterplan is een gezamenlijk plan van de waterschappen Groot Salland, Rijn en IJssel en Veluwe, waterbedrijf Vitens en de gemeente Deventer. Er staat in welke knelpunten deze organisaties zien in de waterhuishouding en hoe ze die denken op te lossen. In het Waterplan staan de belangrijkste maatregelen die de waterorganisaties de komende jaren samen willen treffen. Ieder jaar wordt een uitvoeringsprogramma vastgesteld.

In het Gemeentelijk Rioleringsplan Deventer (GRP) 2010-2015 wordt het gemeentelijk beleid voor de inzameling en het transport van het huishoudelijke en bedrijfsmatige afvalwater en het overtollige hemelwater en grondwater, de uit te voeren programma's in de planperiode en de investeringen beschreven. De gemeente is verantwoordelijk voor de kwaliteit van de openbare ruimte en het woon- en leefmilieu. Vanaf 2008 heeft de gemeente er zorgplichten bij gekregen voor hemelwater en grondwater. Dit is een uitbreiding van de oude zorgplicht voor het stedelijk afvalwater, Naast deze verbrede zorgplicht vraagt ook de klimaatverandering aandacht.

Conclusie

Onderhavig plan is consoliderend van aard. Met voorgaand beleid dient met name bij nieuwe ontwikkelingen in het onderhavige plangebied rekening te worden gehouden.

3.4.3 Nota herijking Hoofdwegenstructuur (2006)

Binnen het vastgestelde beleid in de Nota herijking Hoofdwegenstructuur Deventer is de keuze gemaakt voor een evenwichtige benadering van bereikbaarheid, leefbaarheid en verkeersveiligheid.

De gemeente is druk bezig de bestaande nota hoofdwegenstructuur (nota hws) te herijken. Deze opdracht komt rechtstreeks voort uit het collegeprogramma.

Het moet uiteindelijk een pragmatische nota worden waaruit naar voren komt hoe de Deventer verkeersstructuur zich de komende jaren zal/moet ontwikkelen. Ook komt er een concreet uitwerkingsprogramma voor de komende jaren.

3.4.4 Fietsbeleidsplan 2010-2015 (2010)

Het college van burgemeester en wethouders heeft op dinsdag 29 september 'Deventer Fietst!', het Fietsbeleidsplan 2010-2015, vastgesteld. De gemeente Deventer wil het fietsen in de gemeente aantrekkelijker maken, zodat men voor verplaatsingen in de stad eerder de fiets dan de auto of bus pakt. Dat geldt voor woon-werk verkeer, voor zakelijk verkeer, om naar school te gaan, om te winkelen en om te recreëren en zowel voor inwoners als bezoekers.

De gemeente Deventer vindt het bevorderen van het fietsgebruik van groot belang. Zowel het aandeel fietsen in het totale verkeer als het aantal fietsers en fietskilometers moet de komende jaren blijven groeien. Om dit te bereiken is verdere verbetering van het fietsnetwerk nodig. Er moet een netwerk van comfortabele doorgaande routes komen, waarover snel en veilig de bestemming wordt bereikt. Bij voorzieningen moet iedereen zijn of haar fiets vlot, betrouwbaar en gratis kunnen stallen. Naast deze fysieke verbeteringen dient het fietsen met andere activiteiten te worden gestimuleerd om groei te realiseren.

Daarnaast heeft Deventer een hoofdfietsroutenetwerk samengesteld van de belangrijkste fietsverbindingen in het stedelijk gebied en tussen de kernen in het buitengebied. De hoofdfietsverbindingen worden daarbij onderscheiden in sterroutes en dwarsverbindingen.

De sterrouters vormen de verbindingen vanuit de woonwijken naar belangrijke voorzieningen, zoals de binnenstad en de grote scholengemeenschappen. Voor deze sterrouters streeft de gemeente naar zogenaamde 'non-stop verbindingen'. Dit zijn verbindingen waar fietsers op zo weinig mogelijk punten moeten stoppen. Tussen de stralen van het sternetwerk bevinden zich dwarsverbindingen. Deze vormen drie ringen rond de binnenstad, aangevuld met verschillende verbindingen die om specifieke redenen van belang zijn, bijvoorbeeld voor het verbinden van woon- met werk- en schoollocaties. Voor dwarsverbindingen streeft de gemeente naar een hoge kwaliteit. Het fietsverkeer op deze verbindingen moet vlot, comfortabel en veilig doorstromen.

Het plangebied Colmschate e.o. wordt met de rest van de gemeente en de binnenstad verbonden door middel van sterroute 5. Sterroute 5 loopt via de Snipperlingsdijk en Holterweg parallel aan de spoorlijn in de richting van Bathmen. In de Omgevingsvisie Overijssel is deze fietsroute aangemerkt als onderdeel van het Fietsroutenetwerk Salland.

Een andere belangrijke fietsroute in het plangebied is het fietspad langs het Overijssels Kanaal, wat is aangemerkt als hoofdfietsverbinding. In de Omgevingsvisie Overijssel is deze fietsroute aangemerkt als Landelijke Fietsroute.

Voor sterroute 5 As Binnenstad Colmschate (ABC-route) worden in het Fietsbeleidsplan concrete maatregelen genoemd. Deze maatregelen vallen echter grotendeels buiten het plangebied.

afbeelding "i_NL.IMRO.0150.D117-OH01_0010.png"

Overzichtskaart hoofdfietsroutenetwerk Deventer (Gemeente Deventer 2010)

Conclusie

De sterroute 5 die in het fietsbeleidsplan wordt genoemd, is deels gelegen binnen onderhavig bestemmingsplan. Binnen onderhavig bestemmingsplan is het tracé van de fietsverbinding, binnen de verkeersbestemming waarin deze is gelegen, niet specifiek aangeduid. Ook de fietsroute langs het Overijssels Kanaal is niet specifiek bestemd of aangeduid.

3.4.5 Openbaar Vervoervisie Deventer (2008)

De gemeente Deventer wil graag het openbaar vervoer in de stad versterken. In de Openbaar Vervoervisie wordt daarom een integraal maatregelenpakket beschreven waarmee de rol van het openbaar vervoer wordt versterkt. Concreet spitst deze visie zich toe op een aantal speerpunten, waarvoor een bestuurlijk besluit nodig is.

Voor het plangebied Colmschate e.o. is in relatie tussen Deventer Oost en de rest van de stad onder andere het ontwikkelen van de as binnenstad-Colmschate als verkeersader van belang voor het in stand houden van een goede onderlinge bereikbaarheid en die van de aanliggende, economische centra.

Enkele algemene speerpunten in de visie zijn:

  • De gemeente streeft naar scheiding in het lijnennet tussen snelle, verbindende lijnen vanuit de buitenwijken/kernen naar de binnenstad en doorkoppeling van lijnen op het NSstation.
  • Verhoging van de frequentie op de stadslijnen naar 4x per uur per richting (is per 6 januari 2008 ingevoerd);
  • Streven naar versnelling van de treinen tussen Deventer en Amersfoort en verhoging van de frequentie. In samenwerking met ProRail werkt de gemeente aan uitbreiding van het station met een derde perron;
  • Binnen de hiervoor geldende wetgeving maakt de gemeente een groot aantal bushaltes beter toegankelijk, reserveert hiervoor de benodigde middelen en koppelt deze aan subsidie;
  • De gemeente stelt een plan van aanpak op voor de introductie van gratis openbaar vervoer voor ouderen;
  • De gemeente onderzoekt in overleg met de provincie en Connexxion de verbetering van de doorstroming van de bussen;
  • De gemeente zal in het belang van schoner materieel samen met de provincie een businesscase schoon openbaar vervoer voor Salland uitvoeren.

Conclusie

De openbaar vervoervisie heeft geen directe impact of gevolgen voor onderhavig bestemmingsplan. Gesteld kan worden dat de regeling in onderhavig bestemmingsplan de realisatie van de doelstellingen uit de openbaarvervoersvisie niet in de weg staat.

3.4.6 Omgevingsvisie externe veiligheid (2007)

Op 4 juli 2007 is door de Raad het gemeentelijk externe veiligheidsbeleid vastgelegd in de “Omgevingsvisie externe veiligheid”. In die nota is de ambitie opgenomen wat betreft het veiligheidniveau wat moet worden nagestreefd per deelgebied in Deventer. Voor het gebied wat dit bestemmingsplan bestrijkt zijn twee ambitieniveaus vastgelegd voor vanuit het aspect externe veiligheid gezien twee typen gebieden binnen het plangebied. Het betreft de ambitieniveaus “Ruimte voor wonen” en “Ruimte voor ontwikkeling”. Deze gebieden zijn op de kaart “Gebiedsgerichte ontwikkelingsmogelijkheden externe veiligheid” van de Omgevingsvisie externe veiligheid weergegeven. De gebieden met het ambitieniveau “Ruimte voor ontwikkeling” zijn in de Omgevingsvisie met de kleur blauw aangegeven. Het betreft voor dit bestemmingsplan een zone van 200 meter langs het doorgaand spoor. Het gebied “Ruimte voor wonen” betreft het overige gebied binnen het bestemmingsplan.

De ambitieniveau's zijn samengevat in de onderstaande tabel:

  Overschrijding grenswaarde PR (10-6) voor kwetsbare objecten
 
Overschrijding richtwaarde PR (10-6) voor beperkt kwetsbare objecten   Overschrijding oriënterende waarde (OW) groepsrisico   Toename groepsrisico  
Woonwijken   Niet acceptabel   Nieuw: Niet acceptabel Bestaand: Niet wenselijk, indien mogelijk verbeteren   Niet acceptabel   Niet wenselijk resteffect meewegen  
Ruimte voor ontwikkeling
(transportzone)  
Niet acceptabel   Nieuw: Niet acceptabel
Bestaand: Niet wenselijk, indien mogelijk verbeteren  
Acceptabel onder voorwaarden optimaal planontwerp   Acceptabel onder voorwaarden optimaal planontwerp  

afbeelding "i_NL.IMRO.0150.D117-OH01_0011.png"

Uitgaande van nu geldende vervoersprognoses uit 2007 voor het jaar 2020 wordt de oriënterende waarde van het groepsrisico in de transportzone overschreden. Dit is volgens de ambitie voor dit gebied acceptabel onder voorwaarde van een optimaal planontwerp. Gezien het consoliderende karakter van dit plan waarbij geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk gemaakt worden is een optimaal planontwerp niet aan de orde. Binnen dit plangebied wordt aan de ambitie voldaan.

Inmiddels ligt ter besluitvorming het Basisnet spoor voor aan de tweede kamer. Uit berekeningen van het Basisnet spoor blijkt dat door nieuwe lagere vervoerscijfers en aanvullende veiligheidsmaatregelen het groepsrisico daalt tot onder de oriënterende waarde.

Conclusie

Dit bestemmingsplan is consoliderend van aard. Met voorgaand beleid dient met name bij nieuwe ontwikkelingen in het onderhavige plangebied rekening te worden gehouden.

3.4.7 Beleidsregels Bluswatervoorziening en bereikbaarheid (2011)

Voor het vluchten uit objecten en gebouwen zijn regels opgesteld in het Bouwbesluit, Gebruiksbesluit en de Wet algemene bepalingen omgevingsvergunningen. Een te bouwen bouwwerk heeft zodanige voorzieningen voor de bestrijding van brand, dat brand binnen redelijke tijd kan worden bestreden. Echter, voor een goede bereikbaarheid voor de hulpdiensten en voldoende bluswatervoorzieningen zijn onvoldoende voorschriften in regelgeving vastgelegd. In de praktijk blijkt soms dat er voor de bereikbaarheid en bluswatervoorziening in een veel te laat stadium van een bouwproject, nog een oplossing gezocht moet worden. Dit kan hoge kosten met zich meebrengen.

Het vaststellen van deze beleidsregels biedt kansen om in een vroeg stadium van bouw- en ontwikkelprojecten rekening te houden met het optreden van de hulpverlenende diensten.

De beleidsregels geven aan op welke manier de wegen en bebouwing ingericht moeten worden om de bereikbaarheid en bluswatervoorziening in de gemeente Deventer te kunnen garanderen. Deze beleidsregels gelden als handleiding voor iedereen die zich bezig houdt met de ruimtelijke ontwikkeling, het onderhoud van de infrastructuur en het organiseren van evenementen in de gemeente Deventer. En bij het voldoen aan de beleidsregels zijn de randvoorwaarden gecreëerd om goede brandweerzorg, zoals gesteld in de Wet veiligheidsregio's, te kunnen bieden.

Conclusie

Dit bestemmingsplan is consoliderend van aard. Met voorgaande beleidsregels dient met name bij nieuwe ontwikkelingen in het onderhavige plangebied rekening te worden gehouden.

3.4.8 Milieu- en duurzaamheidsbeleid Deventer

In juni 2009 is de Visie Duurzaam Deventer bestuurlijk vastgesteld. Het vraagstuk rond de klimaatverandering en de eindigheid van de fossiele energievoorraad raakt ons allemaal. De gemeentelijke ambitie is dat Deventer in 2030 klimaatneutraal is. De belangrijkste consequenties voor de komende jaren zijn als volgt:

  • nieuwe woningbouwprojecten met meer dan 200 woningen worden vrijwel CO2 neutraal gebouwd;
  • bestaande woningen zijn in 2018 50% energiezuiniger;
  • gemeentelijke gebouwen zijn in 2015 50% energiezuiniger;
  • openbare verlichting en openbaar vervoer wordt CO2neutraal;
  • fietsverkeer wordt gefaciliteerd;
  • bedrijven streven naar een 4% hogere energie-efficiëntie per jaar.

Vanuit ecologisch perspectief profiteert de mens van de natuurlijk omgeving met al zijn variaties. Het behouden en verbeteren van deze omgeving is een ambitie van de gemeente, waarvoor verschillende ecologieprojecten zijn ontwikkeld voor de komende jaren. Zo worden ecologische waarden in nieuwe en gewijzigde bestemmingsplannen gerespecteerd en eventueel gecompenseerd. Veel afval dat vrijkomt is eigenlijk geen afval, maar grondstof voor nieuwe producten. In het nieuwe milieubeleid worden voorstellen gedaan om de hoeveelheid restafval terug te brengen en hergebruik van afvalstromen te bevorderen. Van bedrijven en organisaties wordt verwacht dat zij de wijze van produceren, hun producten en diensten meer en meer baseren op het cradletocradle principe. Voor zover van toepassing zullen ook gebiedsontwikkelingen volgens dit principe plaatsvinden.

In het voorjaar van 2011 is de Uitvoeringsagenda Duurzaamheid opgesteld. Hierin zijn de speerpunten van beleid voor 2011-2014 vastgesteld, zijn projecten in uitvoering bepaald en is een kansenkaart voor Duurzaam Deventer gemaakt. In het beleidskader duurzaamheid zijn op basis van lopende initiatieven duurzaamheidsthema's en maatregelen bepaald, om te komen tot de gemeentelijke klimaatdoelstelling, klimaatneutraal in 2030.

Conclusie

Dit bestemmingsplan is consoliderend van aard. Met voorgaand beleid dient met name bij nieuwe ontwikkelingen in het onderhavige plangebied rekening te worden gehouden.

3.4.9 Sociale Structuurvisie (2004) en Sociaal Programma (2005)

De ambitie van de gemeente is om binnen het sociale domein met bewoners en instellingen te bouwen aan wijken en dorpen waar het prettig leven is.

In 2004 en 2005 zijn respectievelijk de Sociale Structuurvisie en het Sociaal Programma vastgesteld. Een van de uitwerkingspunten van het sociaal programma is het ontwikkelen van beleid voor voorzieningen en accommodaties is Deventer. Centraal daarin staat de vraag welke voorzieningen we voor onze burgers nodig hebben in de toekomst. Dan gaat het bijvoorbeeld om voorzieningen voor de jeugd, brede scholen, voorzieningen voor wonen, zorg en welzijn en ruimten voor burgerinitiatief. Dit beleid is beschreven in de 'Uitvoeringsschetsen voorzieningen en accommodaties in Deventer' vastgesteld door de gemeenteraad op 26 september 2007.

Er zijn wel uitgangspunten bekend die meegenomen moeten worden in bestemmingsplannen.

Het gaat om de volgende zaken:

  • meer ruimte voor jongeren (Te gek een eigen plek; zie paragraaf hieronder);
  • de kracht van de stad centraal: het bestaande accommodatie-aanbod is sterk versnipperd; er is veel maar er wordt niet optimaal gebruik van gemaakt. Bij het vormgeven van haar regierol op accommodaties wil de gemeente nadrukkelijk alle bestaande accommodaties betrekken (denk aan verzorgingshuizen, sportkantines, speeltuingebouwen, zalen van kerken, scouting e.d.);
  • multifunctionaliteit: het bundelen van functies op het terrein van wonen, zorg en welzijn, en functies ten behoeve van spitsuurgezinnen (school, kinderopvang, winkels, bibliotheek e.d.). In accommodatietermen wordt bijvoorbeeld gedacht in de volgende concepten: brede scholen, scholen, jongerenruimtes, een gezondheidscentrum, een zorgknooppunt, een wijkvoorzieningencentrum, een Kulturhus.

Daarnaast is het gewenst dat gebouwen in buurten en wijken 'levensloopbestendig' zijn. Dit betekent dat gebouwen mee kunnen groeien met de bevolkingsontwikkeling in een wijk. In nieuwbouwwijken is eerst vaak veel behoefte aan bijvoorbeeld onderwijs, kinderopvang e.d. Later moeten die functies omgevormd kunnen worden in bijvoorbeeld zorg en dienstverlening. Dit betekent dat een brede maatschappelijke bestemming gewenst is om slagvaardig en snel in te kunnen spelen op de behoefte van een buurt of wijk.

Conclusie

In dit bestemmingsplan is met voornoemde uitgangspunten rekening gehouden. Er is sprake van een brede maatschappelijke bestemming met ruime uitwisselingsmogelijkheden.

3.4.10 Speelbeleidsplan Deventer 'Samen spelen kun je overal' (2010)

Spelen, bewegen en verblijven in de buitenruimte is voor de gemeente Deventer erg belangrijk. De openbare ruimte biedt mensen deze mogelijkheid ongeacht leeftijd, geloof of afkomst. Om zowel de kwaliteit als de kwantiteit van speelmogelijkheden te garanderen levert de gemeente maatwerk. Naast keurig ingerichte speelgelegenheden is speelaanleiding ook steeds meer in opkomst daarnaast worden de komende tien jaar drie grote natuurspeelplekken gerealiseerd. De visie van de gemeente is verwoord in de in oktober 2010 vastgestelde visie 'Samen spelen kun je overal'.

Om in de komende jaren (2010-2019) verantwoorde keuzes te kunnen maken biedt de visie op spelen een handleiding voor het ontwerpen, realiseren en beheren van speelgelegenheden. Hierdoor ontstaat op termijn eenheid in kwaliteit en een diversiteit aan speelgelegenheden.

Gemeente Deventer streeft de volgende visie na op spelen op openbare speelgelegenheden: Integraal spelen waarbij iedere leeftijdscategorie de mogelijkheid wordt geboden actief en participerend gebruik te maken van de openbare ruimte, met een inrichting afgestemd op de behoefte van de gebruikers, aansluitend bij de maatschappelijke en sociale ontwikkelingen in Deventer.

De visie op spelen is geschreven vanuit de wens om spelen breder te trekken dan alleen voor kinderen waarbij participatie een zeer belangrijke rol speelt. Hierbij maakt Deventer gebruik van de kracht van de samenleving. Niet altijd wordt een intensief participatietraject op touw gezet. Bij het vervangen van een enkel toestel zal de participatie minimaal zijn.

Als onderdeel van het integraal spelen streeft de gemeente naar natuurlijke speelgelegenheden. Spelen en bewegen in de natuur is van fundamenteel belang voor de ontwikkeling van mensen. De visie op spelen gaat uit van een vernieuwde denkrichting waarbij eerder opgestelde ambities waar mogelijk zijn meegenomen. Voor de uitvoering is geld beschikbaar.

Conclusie

De bestemmingsregeling van onderhavig bestemmingsplan biedt voldoende ruimte om de uitvoering van de plannen uit de bovengenoemde visie mogelijk te maken.

3.4.11 Adviesnota Te gek een eigen plek - Informele ontmoetingsplekken voor jongeren

In oktober 2005 heeft de stedelijke themagroep Jongeren de adviesnota 'Te gek een eigen plek' aangeboden aan het college van Burgemeester en Wethouders. De nota geeft een advies over een evenwichtig over de stad verspreid aanbod van informele ontmoetingsplekken voor jongeren.

De nota geeft een indeling in verschillende categorieën van plekken waar jongeren elkaar informeel ontmoeten. De categorieën zijn:

  • What's Up (Kleine plekken voor 5 tot 10 jongeren die bij elkaar komen en bijpraten. Slechts enkele voorzieningen als bankjes e.d.);
  • Stay Around (Iets grotere plekken voor 10 tot 40 jongeren waar jongeren afspreken en activiteiten kunnen ontplooien. Voorbeelden: trapveldje, basketbalveldje);
  • No Problem (Grotere plekken op afstand van de bebouwing om overlast voor omwonenden te beperken. Vaak grotere voorzieningen aanwezig. Voorbeelden: overkapping, skatebaan, verharding).

Bij het opstellen van bestemmingsplannen zal worden gestreefd naar zo veel mogelijk flexibiliteit om bij een verzoek van de jongeren over te kunnen gaan tot realisatie van een informele ontmoetingsplek.

Bij de adviesnota is een kaart gevoegd met een advies over locaties voor informele ontmoetingsplekken. Bij verzoeken vanuit de jongeren dient deze kaart als uitgangspunt voor het zoeken naar een geschikte locatie.

In en rond het plangebied zijn verschillende soorten plekken aangewezen op het sportterrein De Achterhoek, langs de Oostriklaan, langs het Overijssels Kanaal en in de omgeving fietstunnel Atalanta.

Conclusie

Algemeen gesproken levert het bestemmingsplan 'Colmschate e.o.', afhankelijk van de omvang van de locatie en de voorzieningen, geen problemen op voor het realiseren van kleinere  ontmoetingsplekken en speelvoorzieningen, ook voor jongeren (What's Up of Stay Around). Om tot een goede locatie te komen voor een 'No Problem' plek, waarbij ook op zorgvuldige wijze met de belangen van omwonenden, de jongeren zelf en andere belanghebbenden rekening kan worden gehouden, zijn mogelijkheden opgenomen binnen de planregels 'Groen', 'Verkeer' en 'Verkeer en verblijf' van het bestemmingsplan.

3.4.12 Woonvisie 2008+

Op 25 maart 2009 is de Woonvisie 2008+ vastgesteld door de gemeenteraad. De visie op wonen bestaat uit vier uitgangspunten:

  • 1. Voldoende woningen, van goede kwaliteit
  • 2. Een ongedeelde samenleving, op wijkniveau
  • 3. Keuzevrijheid voor alle inwoners
  • 4. Aanjagen van de doorstroming, beperken van de scheefheid


Deze vier uitgangspunten vormen de basis voor verdere uitwerking van het woonbeleid.

In de Woonvisie is het beleid omschreven per wijk of buurt. In het plangebied ligt een deel van Colmschate-Noord en een deel Colmschate-Zuid.

Voor de wijk Colmschate-Zuid wordt aangegeven dat het beleid en het woningbouwprogramma wordt voortgezet. Er wordt geen nieuw beleid voorgesteld.

Voor de wijk Colmschate-Noord, waaronder Blauwenoord en het Oostrik, is aangegeven dat dit prioriteitswijken zijn voor het woonbeleid en programma. Het zijn gebieden waar nieuw beleid nodig is, gekoppeld aan nieuwe visievorming en / of maatregelen en acties. De delen van Het Oostrik en Blauwenoord die binnen het plangebied Colmschate e.o. vallen, zijn grotendeels onbebouwd. Binnen deze delen zijn in ieder geval geen woningen aanwezig.

Conclusie

Hoewel dit bestemmingsplan geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk maakt, biedt het wel ruimte om aan de uitgangspunten uit de Woonvisie 2008+ tegemoet te komen.

Het bestemmingsplan biedt ruimere uitbreidingsmogelijkheden bij woningen dan voorheen. Op deze wijze kunnen bewoners een deel van hun woonwensen ook in dit plangebied realiseren, waardoor meer keuzevrijheid ontstaat en de kwaliteit van de woningen erop vooruit gaat. Tevens is er in de planregels een afwijkingsmogelijkheid opgenomen die het mogelijk maakt bestaande woningen om te zetten in zorgwoningen. Op deze wijze is het mogelijk de woningen aan te passen voor senioren en andere hulpbehoevenden. Ook dit draagt bij aan het bevorderen van de keuzevrijheid en zorgt voor een ongedeelde samenleving op wijkniveau.

3.4.13 Structuurvisie Detailhandel

In februari 2010 is de structuurvisie Detailhandel vastgesteld. Met deze visie zet Deventer in op het kwalitatief verbeteren van bestaande winkelgebieden. Deventer zal de komende jaren geen nieuwe gebieden aanwijzen voor de ontwikkeling van detailhandel. De toekomst wordt gezocht in het kwalitatief verbeteren van de bestaande gebieden. Belangrijkste uitgangspunt is dat de grote winkelgebieden (Binnenstad en Runshopping Centre De Snippeling) en de wijkwinkelcentra Keizerslanden en Colmschate de eerder toegezegde uitbreidingsmogelijkheid behouden. Daarnaast kunnen ook de kleinere buurtwinkelcentra zich kwalitatief ontwikkelen.

In het plangebied Colmschate e.o. ligt het Winkelcentrum Colmschate. Dit winkelcentrum is een van de twee wijkwinkelcentra in Deventer.

De wijkwinkelcentra vervullen hoofdzakelijk een boodschappenfunctie, zijn centraal gelegen in hun primair verzorgingsgebied en vormen daarin de belangrijkste aankoopplaats. De trekkersrol wordt vervuld door twee elkaar aanvullende supermarkten en wordt aangevuld met een compleet aanbod (vers)specialisten in de dagelijkse sector en frequent benodigde niet-dagelijkse artikelen.

Met name Colmschate kent een ruime sortering niet-dagelijkse artikelen, waarbij ook modische branches vertegenwoordigd zijn. Het detailhandelsaanbod in het winkelcentrum bestaat uit circa 3.100 m2 winkelvloeroppervlak (hierna: wvo) aan dagelijkse artikelen en 3.400 m2 wvo aan niet-dagelijkse artikelen. Sterke punten van het winkelcentrum zijn vervulling van de boodschappenfunctie, de ruime sortering niet-dagelijks aanbod, de herkenbaarheid en het grote verzorgingsgebied. De zwakkere punten zijn dat het centrum naar binnen is gekeerd (er is een geringe stedenbouwkundige oriëntatie op de omgeving, geen samenhang met de Holterweg en de Scheg ontbreekt), er is sprake van een verouderde beeldkwaliteit en er zijn parkeerproblemen.

Een wenselijke ontwikkelingen in het winkelcentrum Colmschate is een fysieke uitbreiding alsmede een uitbreiding in de diversiteit van het aanbod. Een compleet en gevarieerd winkelaanbod voor de inwoners van het primaire verzorgingsgebied staan centraal.

In de visie wordt aangegeven dat voor het 'Hart van Colmschate' (Flora, Holterweg en De Scheg en omgeving) uitbreiding van het aanbod dagelijks en niet-dagelijks wordt voorgestaan. Ook worden schaalvergroting van de supermarkten, het verbeteren van het parkeren en de bereikbaarheid en uitstraling genoemd in het toekomstperspectief van het winkelcentrum.

In de visie worden voor het winkelcentrum een aantal uitwerkingsaanbevelingen gedaan. Deze zullen bij mogelijke ontwikkelingsplannen van het winkelcentrum worden meegenomen.

Conclusie

Dit bestemmingsplan geeft aan de bestaande detailhandel een passende bestemming. Het winkelcentrum Colmschate is bestemd als 'Centrum'. Naast detailhandel zijn in het winkelcentrum ook andere functies toegestaan, zoals horeca en dienstverlening. Met de bestemming 'Centrum' biedt het bestemmingsplan ruimte aan de doelstellingen uit de detailhandelsstructuurvisie. De ontwikkelingen die in de structuurvisie zijn genoemd worden in dit bestemmingsplan niet meegenomen (tenzij deze al zijn gerealiseerd) aangezien het een conserverend bestemmingsplan betreft.

3.4.14 Horecabeleid 'Ruimte voor kwaliteit' (2009)

Het Horecabeleid is op 1 juli 2009 vastgesteld door de gemeenteraad van Deventer.

De gemeente streeft ernaar de bestaande structuur van horecavoorzieningen te bestendigen en geen verdere uitbreiding toe te staan. De bestaande horecafuncties kunnen behouden blijven of vervangen worden door andere bij de woonomgeving passende horecafuncties (op de begane grond). Net als iedere andere functie in deze gebieden worden eventuele uitbreidingsvragen van de bestaande vestigingen beoordeeld op hun aanvaardbaarheid. Hierbij is een stedenbouwkundige afweging en toets aan milieuwetgeving in belangrijke mate richtinggevend.

Een structuur van andere functies dan wonen is in de wijk Colmschate niet of in veel mindere mate aanwezig. Horecafuncties in de woongebieden worden hier niet voorgestaan. Vestiging van nieuwe eetgelegenheden, cafetaria’s en dergelijke is mogelijk in de voorzieningencentra (zoals winkelcentrum Colmschate).

In de ontwikkeling van de sportzone Holterweg wordt uitgegaan van zowel sportgerelateerde horeca als een zelfstandige horecavestiging voor grotere groepen, categorie 1A. Deze ontwikkeling wordt niet in dit bestemmingsplan meegenomen.

Conclusie

In dit bestemmingsplan zijn de bestaande solitaire horecafuncties bestemd als 'Horeca'. In de bestemming 'Centrum' is ook horeca mogelijk, zowel bestaande als nieuwe vestigingen. Buiten deze centrumfunctie wordt in het bestemmingsplan geen ruimte geboden voor nieuwvestiging. Hiermee kan onderhavig bestemmingsplan bijdragen aan de doelstellingen uit het horecabeleidsplan.

3.4.15 Nota Prostitutiebeleid (2000)

Het integrale prostitutiebeleid, dat in verband met de opheffing van het bordeelverbod op 1 oktober 2000, is ontwikkeld, is verwoord in de Nota Prostitutiebeleid (juli 2000). De nota bevat een omschrijving van de doelstellingen van het beleid en er wordt ingegaan op een aantal aspecten zoals: bestrijding van de criminaliteit, het vestigingsbeleid met betrekking tot seksinrichtingen en gezondheidszorg.

Ten aanzien van het vestigingsbeleid behoren onder andere de volgende punten tot het ruimtelijk kader:

  • de bestaande seksinrichtingen kunnen in principe gehandhaafd blijven voor zover zij op een geschikte locatie zijn gesitueerd en voor de omgeving geen onevenredige overlast tot gevolg hebben;
  • nieuwvestiging van prostitutiebedrijven in woonwijken is uitgesloten;
  • nieuwvestiging van prostitutiebedrijven in het buitengebied (met uitzondering van stadsrandzones) is uitgesloten;
  • sekswinkels met uitsluitend een detailhandelsfunctie kunnen worden toegelaten op percelen met een winkelbestemming;
  • de nieuwvestiging van prostitutiebedrijven zal uitsluitend gerealiseerd kunnen worden via een ruimtelijke ordeningsprocedure.

Het prostitutiebeleid is er op gericht dat seksinrichtingen in overwegende mate in het centrum zijn gesitueerd. In het plangebied Colmschate e.o. zijn, zover bekend, geen bestaande seksinrichtingen of prostitutiebedrijven aanwezig.

Conclusie

Dit bestemmingsplan sluit de vestiging van seksinrichtingen specifiek uit. Indien het uitsluitend detailhandel betreft is dit toegestaan binnen de bestemming 'Centrum'. Hiermee wordt met onderhavig bestemmingsplan uitvoering gegeven aan het prostitutiebeleid.

3.4.16 Groenbeleidsplan (2007)

Het groenbeleidsplan (april 2007) geeft richtlijnen voor de inrichting en het beheer van openbaar groen, inclusief bomen en waterpartijen. De gemeente Deventer ligt op de grens van het rivierenlandschap van de IJssel en het Sallandse dekzandlandschap. Deze ligging zorgt voor een enorme biodiversiteit. Allerlei dieren en (zeldzame) planten vinden hun weg in en om de stad. Het Groenbeleidsplan zorgt ervoor dat deze kenmerken en haar biodiversiteit behouden blijven en waar mogelijk versterkt worden.

Om in de komende jaren verantwoorde keuzes te kunnen maken is in het groenbeleidsplan een visie op het groen (wat willen we bereiken) verwoord en zijn concrete ambities gedefinieerd.

De groenvisie is: "De gemeente Deventer streeft naar een gevarieerd aanbod van betekenisvol en aantrekkelijk groen. Ze doet dit door in te spelen op de verschillen in ligging, omvang, functie, historische betekenis en gebruikswensen. Dit leidt tot omgevingsbewust ontwerpen en vervolgens tot ontwerpbewust beheren".

De ambities uit het Groenbeleidsplan zijn:

  • ruimte voor groen in en om de stad;
  • aandacht voor de toegankelijkheid, gebruik en beleving van het groen;
  • duurzaamheid in inrichting, beheer en onderhoud van het groen;
  • inspringen op nieuwe stedelijke ontwikkelingen;
  • een handleiding bieden voor de praktische invoering van de groenvisie in de praktijk.

In het voorliggende overwegend beheersgerichte bestemmingsplan 'Colmschate e.o.' wordt de huidige situatie min of meer vastgelegd. De groenstructuur zal door vaststelling van dit bestemmingsplan niet ingrijpend wijzigen. Door de kleinere openbare groengebieden op te nemen in de verkeersbestemming kan beter ingespeeld worden op de beheersbaarheid, de beleving en het gebruiksgemak van het groen. De Holterweg is aangewezen als onderdeel van de stedelijke hoofdbomenstructuur, deze wordt op dusdanige manier bestemd dat deze beschermd is tegen ongewenste ontwikkelingen. De bomen in het plangebied worden beschermd via de APV.

Conclusie

Geconcludeerd kan worden dat het bestemmingsplan voldoende ruimte biedt aan te realisatie van de doelstellingen in het Groenbeleidsplan.

3.4.17 Bomenbeleidsplan 2007 – 2017

Het speerpunt van het bomenbeleid is het inzetten op een duurzame bomenstructuur. Dit door het uitvoeren van kwaliteitsbeheer van de bestaande bomenstructuur en het inrichten van optimale groeiplaatsen voor nieuwe bomenstructuren. De juiste boom op de juiste plaats is hierbij van groot belang. Voor het in stand houden van de karakteristieke lanen wordt laanboomverjonging toegepast.

De ruimtelijke kwaliteiten van de bomenstructuur zijn in het groenbeleidsplan op hoofdlijnen aangegeven. In het bomenbeleidsplan is deze ruimtelijke ambitie concreet uitgewerkt en toegespitst op bomen in de hoofdstructuur, woon- en werkgebieden, op bijzondere plaatsen in de stad en in het buitengebied.

Het tweede belangrijke speerpunt van het bomenbeleid is het behouden, beschermen en zorgvuldig beheren van Monumentale bomen. Deze bomen zijn geïnventariseerd zowel gemeentelijke als particuliere bomen. De bomen zijn vastgelegd op de lijst Bijzonder Beschermwaardige Bomen. In het plangebied komen enkel particuliere monumentale bomen voor.

Conclusie

De bescherming van de bomen verloopt via andere regelgeving. In onderhavig bestemmingsplan is het bestaande groen opgenomen in een passende bestemming, die de bestaande groenstructuren beschermt.

3.4.18 Beleidsnota Beroep en bedrijf aan huis (2007)

De beleidsnota 'Beroep en Bedrijf' aan huis biedt duidelijkheid over wanneer het wel en wanneer het niet mogelijk is een bedrijf of beroep aan huis te hebben. Het uitoefenen van beroeps- en bedrijfsmatige activiteiten thuis kan een positieve uitstraling hebben op de woonomgeving; het kan de wijk of buurt verlevendigen. In sommige gevallen kan het echter ook ongewenste situaties met zich meebrengen. Zo kan een bepaalde activiteit bijvoorbeeld een ongewenste verkeersaantrekkende werking hebben of voor anderen overlast met zich mee brengen. Onderstaande criteria zijn ter voorkoming van deze ongewenste situaties.

Een beroep of bedrijf aan huis is toegestaan indien:

  • het ondergeschikt is aan de woonfunctie: max. 35 % van het vloeroppervlak van de woning mag worden gebruikt tot een maximum van 50 m2;
  • er mag geen onevenredige hinder en overlast worden veroorzaakt;
  • de persoon die de activiteit uitoefent moet tevens bewoner van het huis zijn;
  • er mag geen horeca, detailhandel of groothandel plaatsvinden;
  • uitsluitend categorie 1 bedrijven (volgens VNG-brochure "bedrijf en milieuzonering") zijn toegestaan;
  • er mag geen duidelijk waarneembare nadelige invloed zijn op de verkeerssituatie.

In afwijking van het verbod op horeca mag binnen de woonbestemming onder bepaalde voorwaarden wel een Bed & Breakfast voorziening worden gerealiseerd. Naast bovenstaande criteria geldt dat er sprake moet zijn van een toeristisch-recreatieve overnachtingsmogelijkheid, waarbij het zelfstandig functioneren als wooneenheid dient te worden uitgesloten, het authentieke uiterlijke of de verschijningsvorm van de woningen dient te worden gehandhaafd en het maximaal aantal bedden ten dienste van de toeristisch-recreatieve overnachtingsmogelijkheid is 4.

Conclusie

In Colmschate e.o. is sprake van een woonbestemmingen die gebruik maakt van de mogelijkheid om een beroep of bedrijf aan huis te hebben. Onderhavig bestemmingsplan sluit hiermee aan op het beleid uit bovengenoemde nota.

3.4.19 Welstandsnota Gemeente Deventer (2012)

De herziening van de Woningwet, die op 1 januari 2003 in werking is getreden, heeft ondermeer als doel het inzichtelijk maken van de beoordeling van de aanvragen voor bouwplannen door de welstandscommissie. Sinds 1 juli 2004 is het niet meer mogelijk, zonder vooraf bekend gemaakte criteria, welstandseisen aan bouwplannen te stellen. De gemeente Deventer heeft deze criteria vastgelegd in de Welstandsnota gemeente Deventer.

De Welstandsnota is eind 2011 door de gemeenteraad vastgesteld en op 1 januari 2012 in werking getreden.

Het plangebied is deels gelegen in het gebied met de aanduiding 'solitaire bebouwing' en deel is het gebied met de aanduiding 'lintbebouwing'.

In de Welstandsnota worden de kenmerken van deze gebieden beschreven. Verder gelden binnen deze gebieden criteria voor het oprichten van nieuwe woningen, aan- of uitbouwen, bijgebouwen of overkappingen, kozijn- of gevelwijzigingen, dakkapellen en dakopbouwen.

Conclusie

Bij het beoordelen van bouwplannen binnen het plangebied Colmschate e.o. zal aan bovengenoemd beleid worden getoetst.

3.4.20 Ontwikkelingsvisie centrum Colmschate

In de Ontwikkelingsvisie centrum Colmschate (2002) wordt een inventarisatie en analyse op het niveau van de stad, de wijk en de buurt uitgevoerd. Daarbij geeft het document een beschrijving van het stedenbouwkundig concept met de bijbehorende randvoorwaarden. Het gaat hierbij om een drietal opgaven:

  • 'De Strip', een smalle strook die geheel is ingeklemd tussen infrastructuur, de spoorlijn en de Holterweg en de oostriklaan;
  • het wijkwinkelcentrum Colmschate-zuid;
  • de infrastructuur, de positionering van de toekomstige spoortunnel van de Oostriklaan.

Tot op heden zijn de genoemde opgaven nog niet uitgevoerd. De spoortunnel is een project dat in voorbereiding is, evenals de vernieuwing van het winkelcentrum. Bij de uitvoer van de projecten zal de ontwikkelingsvisie dienen als kader, en daar waar nodig geactualiseerd worden.

Conclusie

Aangezien 'Colmschate e.o.' een consoliderend bestemmingsplan betreft, waarin geen ontwikkelingen zijn opgenomen, is de ontwikkelingsvisie niet van toepassing. Bij uitvoering van de genoemde opgaven zal de visie als kader gebruikt worden.