direct naar inhoud van 4.1 Beheervisie
Plan: Rivierenwijk en Snippeling
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0150.D110-OH01

4.1 Beheervisie

Het bestemmingsplan is voor een groot deel beheersgericht. Dat wil zeggen dat de bestaande situatie wordt vastgelegd in het bestemmingsplan, ook wel conserveren genoemd.

In de wijk Snippeling vinden op dit moment geen nieuwe ontwikkelingen plaats. Dit betekent dat de huidige situatie in het bestemmingsplan vastgelegd wordt.

De Rivierenwijk zal voor een deel geherstructureerd worden. In de komende 5 jaar zal sloop en nieuwbouw plaats vinden. Van de ontwikkelingen die gepland zijn, wordt in dit voorliggend bestemmingsplan één opgenomen. Het betreft de realisatie van 20 woningen aan de Oude Bathmenseweg.

De hoofdfunctie van Snippeling en Rivierenwijk is wonen met verschillende van het wonen afgeleide functies als voorzieningen, winkels en kleinschalige bedrijven (aan huis). In het grootste deel van het plangebied worden geen ingrijpende veranderingen in de functionele en ruimtelijke structuur voorzien, aangezien voor de herstructureringsplannen een apart bestemmingsplan wordt gemaakt. Het bestemmingsplan heeft primair een beheersfunctie. Dat wil zeggen dat het vastleggen en behouden van de bestaande ruimtelijke, functionele en verkeerskundige situatie voorop staat.

In deze paragraaf wordt ingegaan op de verschillende functies die in dit bestemmingsplan mogelijk worden gemaakt en de keuzes die ten aanzien hiervan zijn gemaakt.

4.1.1 Wonen

Een groot deel van het gebied Rivierenwijk en Snippeling functioneertspoorwegemplacment als woongebied. Omdat de meeste herstructureringsontwikkelingen op dit moment niet concreet genoeg zijn om op te nemen, is in dit bestemmingsplan gekozen voor een beheersgerichte bestemmingsplanregeling voor woningen. Hiertoe zijn de bepalingen ten aanzien van de hoofdmassa in het bestemmingsplan per woning vastgelegd. Daarbij is gekozen voor het bieden van ruime mogelijkheden voor de uitbreiding van bestaande woningen door de bouw van bijgebouwen, aan- en uitbouwen. Deze regeling is van toepassing op het gehele plangebied en betekent veelal een verruiming ten opzichte van de huidige bouwmogelijkheden.

4.1.2 Bedrijven
4.1.2.1 Beroep en bedrijf aan huis

In de Structuurvisie Detailhandel wordt de wens uitgesproken om ruimhartig om te gaan met beroeps- en bedrijfsmatige activiteiten in de woonomgeving. Kleinschalige bedrijvigheid kan een buurt levendig maken en economisch en sociaal versterken. Vanzelfsprekend dient het dan te gaan om bedrijvigheden die niet hinderlijk of schadelijk zijn voor de omgeving. Ook mogen de bedrijven geen onevenredige druk op de parkeerbehoefte leggen.

Binnen dit bestemmingsplan is aan dit beleid uitvoering gegeven door het opnemen van de mogelijkheid om aan huis een beroep of bedrijf uit te oefenen. Hiertoe zijn binnen de woonbestemmingen voorwaarden opgenomen.

In het plangebied zijn de bedrijven (niet zijnde een beroep of bedrijf aan huis) gezien de aard van de bedrijfsactiviteiten bestemd maximaal tot en met milieucategorie 2 (in de bestemming Bedrijf).

4.1.2.2 Structuurbeeld Snippeling/Storminkstraat

Voor Snippeling en de Storminkstraat (Storminkstraat is het gebied dat afgebakend wordt door de Snipperlingsdijk/Holterweg, het spoor en het Overijssels kanaal) wordt in deze paragraaf een structuurbeeld beschreven waarin het karakter van de bebouwing en inrichting nader wordt bekeken specifiek voor de bedrijvigheid en de maatschappelijke functies die in dit gebied op grond van het bestemmingsplan zijn toegestaan.

Binnen de hoofdzakelijk langs de spoorlijn Deventer-Zutphen en de Holterweg gelegen stroken en nabij de hoofd-verkeerstoegangen tot het gebied dienen bebouwing en bijbehorende voorzieningen en open ruimten naar situering en naar uiterlijke verschijningsvorm vanaf betreffende (spoor) weg(en) gezien zoveel mogelijk een representatief karakter te hebben. Het representatieve karakter betreft in ieder geval de volgende punten:

  • 1. De naar de spoorlijn Deventer-Zutphen en naar de hoofdtoegangswegen en de Holterweg c.q. Essenstraat gelegen gevels van gebouwen hebben een open karakter; volledig blinde muren zijn uitgesloten;
  • 2. Ter hoogte van naar bedoelde (spoor)weg(en) gerichte gevels van gebouwen dienen geen voorzieningen ten behoeve van aan- of afvoer van goederen zichtbaar te zijn (laadperrons, omvangrijke loods- en garagedeuren en hijs- en andere installaties en werktuigen);
  • 3. Onbebouwde gronden voor de naar de bedoelde (spoor)weg(en) gerichte gevels van gebouwen en naast de zijgevels daarvan mogen, voor zover het betreft parkeervoorzieningen, in principe alleen dienen voor parkeren van andere voertuigen dan vrachtauto's.
4.1.3 Detailhandel

Uitgangspunt is dat bestaande detailhandelsvestigingen, solitair of geconcentreerd in principe ongemoeid worden gelaten. Om het functioneren van de hiërarchische detailhandelsstructuur te waarborgen is concentratie van de detailhandelsfuncties noodzakelijk. Door deze concentratie kan het bestaande verzorgingsniveau worden behouden en waar mogelijk worden versterkt. Het nieuw te realiseren Wijk Voorzieningen Centrum (WVC) krijgt een centrale plek in de wijk, zoals is weergegeven in het Stedenbouwkundig Plan. Dit is een van de herstructureringsprojecten die overigens meegenomen wordt in een aparte bestemmingsplanprocedure.

4.1.4 Horeca

In de Rivierenwijk is horeca geconcentreerd rondom het Deltaplein, met name in categorie 2b (horecazaken waarin hoofdzaak maaltijden worden versterkt) en categorie 3 (winkelondersteunende horeca). Binnen de wijk Snippeling is geen horeca aanwezig.

4.1.5 Maatschappelijke en sociale voorzieningen

De ambitie is om binnen het sociale domein met bewoners en instellingen te bouwen aan wijken waar het prettig leven is. Bij (nieuw)bouwplannen wordt aandacht besteed aan locaties voor ontmoeting, sport- en speelvoorzieningen, sociale voorzieningen (onderwijs, zorg, welzijn, kunst en cultuur) en accommodaties. Woningbouw en voorzieningen worden in een vroegtijdig stadium op elkaar afgestemd. Door de herstructurering en de komst van het Wijk Voorzieningen Centrum (WVC) worden er in de Rivierenwijk op het gebied van maatschappelijke en sociale voorzieningen veranderingen in gang gezet. Verschillende voorzieningen die nu verspreid in de Rivierenwijk liggen, worden samengevoegd in het WVC. Aangezien deze ontwikkelingen over enkele jaren plaatsvinden, zullen deze meegenomen worden in een apart bestemmingsplan voor het te herstructureren deel van de Rivierenwijk.

Zoals in § 2.3.2.6 is aangegeven, bevinden zich in het plangebied diverse sociaal-maatschappelijke functies. Het is mogelijk dat deze functies na de herstructurering een nieuwe plek in de wijk zullen krijgen. Het is dan ook van belang de locaties waar deze functies nu gehuisvest zijn ruim te bestemmen, om een nieuwe invulling mogelijk te maken.

In navolging van de wensen uit de Sociale Structuurvisie en het Sociaal Programma is in dit bestemmingsplan een brede maatschappelijke bestemming opgenomen om slagvaardig en snel in te kunnen spelen op de behoefte van een buurt of wijk. Dit betekent dat binnen de bestemming Maatschappelijk een aantal maatschappelijke functies zijn opgenomen, die inwisselbaar zijn. Het gaat om educatieve, sociaal-medische, sociaal-culturele en levensbeschouwelijke voorzieningen, voorzieningen ten behoeve van openbare dienstverlening en voorzieningen ten behoeve van kinderopvang.

Daarnaast is binnen de bestemmingen "Verkeer", "Verkeer - verblijfsgebied" en "Groen" de mogelijkheid opgenomen om speelvoorzieningen te realiseren, waaronder jeugd- en jongerenontmoetingsplaatsen. Hiermee wordt tegemoet gekomen aan de wens om flexibel in te kunnen spelen op de wens om speelvoorzieningen en informele ontmoetingsplaatsen voor jongeren in de wijken mogelijk te maken.

In paragraaf 4.1.2 is al aangegeven dat voor het gebied Snippeling en Storminkstraat een structuurbeeld is opgesteld. Dit structuurbeeld geldt voor bedrijvigheid, maar ook voor de locaties met een maatschappelijke bestemming in dit gebied.

4.1.6 Overige functies en voorzieningen

De in het plangebied aanwezige nutsvoorzieningen zijn als zodanig bestemd "Bedrijf - Nutsvoorziening". Om voor de toekomst flexibel te kunnen inspelen op de vraag naar en behoefte aan verschillende nutsvoorzieningen is binnen de bestemmingen, "Verkeer" en "Verkeer - Verblijfsgebied", "Groen" een binnenplanse ontheffingsmogelijkheid opgenomen kleinschalige gebouwen te realiseren ten behoeve van nutsvoorzieningen.

4.1.7 Groenstructuur, water en recreatie

Voor het buurtgroen is de doelstelling behoud en herstel van de specifieke kenmerken. De harde grenzen (contouren) van de stedelijke hoofdstructuur moet zoveel mogelijk opgenomen worden in het bestemmingsplan.

Het water van het Venenplantsoen, de Douwelerwetering en de zone langs de Snippeling zijn oude IJsselmeanders; de Holterkolk is een gegraven kolk. De nog als zodanig herkenbare kenmerken van de specifieke verschijningsvorm (beeldkwaliteit, belevingswaarde en ecologische waarde) dienen behouden en versterkt te worden. Ook de diversiteit, zowel in inrichting als in kwaliteit, dient behouden en verbeterd te worden. De inrichting van de oevers moet zoveel mogelijk aangesloten worden op de inrichting van de directe (groene) omgeving, door bijvoorbeeld omvorming naar meer natuurlijke oevers. Een doelstelling vanuit ecologie is het groen in de buurten zoveel mogelijk concentreren en met elkaar verbinden, zodat grotere groengebieden ontstaan, waardoor kansen ontstaan voor grotere biodiversiteit. De inrichting en het beheer van de stedelijke groenstructuur dient per element afgestemd te worden op de specifieke situatie.

De ontwikkeling van het buurtgroen dient afgestemd te worden op de gebruikswensen van de omwonenden. Een goede toegankelijkheid van het groen en een sociaal veilige en verkeersveilige situatie vergroten de gebruikswaarde. Ook het Nieuwe Plantsoen wordt intensief gebruikt. Door de omvang van een (buurt)park kan ingespeeld worden op de behoefte door een specifiek voorzieningenpakket te realiseren.

De bomenstructuren, het karakteristieke beeld van het groen en de bomen in het Venenplantsoen, rond de Douwelerwetering, rond de Holterkolk en in de zone ten westen van de Snippeling, dienen versterkt te worden. De bomen vormen zoveel mogelijk aaneengesloten bomenrijen en boomgroepen om de natuurlijke relaties met het buitengebied voor vogels en andere dieren te versterken. Bij de kruising Snipperlingsdijk - Amstellaan dienen accentbomen te worden ontwikkeld (Bomenbeleidsplan, 2007). Het betreft bijzondere solitairen of boomgroepen waarbij de soortkeuze gerelateerd is aan het landschap.

De bomen in de woonomgeving ten westen van de lijn Geleenstraat - Grevelingenstraat staan veelal in verharding. Groeiplaatsverbetering is veelal nodig. Voorgestaan wordt clustering van boomgroepen op centrale pleinen, speelplekken, groenplekken en langs brede wegen. Indien mogelijk, accenten met bomen leggen op plaatsen waar ruimte is in het stedelijk profiel, zoals straatverbredingen, overhoeken en randen. In compacte, smalle straten terughoudend zijn met het toepassen van bomen in verhardingen.

Groeiplaats bomen

Veel bomen in het plangebied hebben weinig groeiruimte. Dat is ook een reden waarom in dit gebied diverse groeiplaatsen boom zijn aangewezen. Het betreft veelal de groeiplaats van bomen die op de lijst met bijzonder beschermwaardige bomen staan. De groeiplaatsen zijn gerelateerd aan water (Venenplantsoen, Douwelerwetering, Overijssels kanaal), markeren een hoek, of maken delen uit van een historisch relict (de dubbele rij ten zuiden van de Holterkolk).

De bomen die op de lijst met particuliere of gemeentelijke beschermwaardige bomen staan en in het bijzonder op de landelijke lijst, dienen gehandhaafd te blijven. Bij de orchideeënkweker langs de Snipperlingsdijk en in de oudere kern van de Snippeling komen enige particuliere beschermwaardige bomen voor. Met name de onderbroken dubbele rij eiken ten zuiden van de Holterkolk en doorlopend tot aan het woonwagenkamp, is een bijzonder historisch relict. Er zijn zeer zwaar wegende argumenten nodig om voor deze bomen een kapvergunning te krijgen. Zoals hiervoor aangegeven is van een aantal van deze bomen de groeiplaats specifiek op de verbeelding aangeduid.

Groen en herstructurering

Bij projecten die ingrijpen in de fysieke ruimte, zoals de herstructurering, moet geprobeerd worden om kleine stukjes 'snippergroen' te voorkomen en het groen zoveel mogelijk te concentreren. Hiermee wordt de gebruikswaarde, inclusief de ecologische waarde van het openbaar groen vergroot.

Voor elk project dat ingrijpt in de fysieke ruimte dient eerst de kenmerkende elementen van het onderliggende landschap, de cultuurhistorie, de stedenbouwkundige structuur, de waterstructuur en de aanwezige flora en fauna onderzocht te worden. Daarnaast zal geïnventariseerd moeten worden wat de ecologische potenties en het gewenste gebruik zijn.

De toekomstige (groen)beheerder dient vanaf de planontwikkeling bij het project betrokken te worden, zodat hij/zij weet wat de bedoeling is, welk eindbeeld nagestreefd wordt en waarom. De ontwerper dient zijn of haar bedoelingen aan de beheerder duidelijk te maken, voordat het gerealiseerde project overgedragen kan worden aan de beheerder.

4.1.8 Infrastructuur

Binnen het plangebied kan onderscheid gemaakt worden tussen woonstraten en doorgaande c.q. ontsluitingswegen. Over het algemeen kennen de woonstraten een 30 km/uur regime. Op de doorgaande c.q. ontsluitende wegen varieert het regime tussen 50 km/uur en 30 km/uur.

De ontsluitingswegen en doorgaande wegen hebben de bestemming "Verkeer" en de woonstraten hebben de bestemming "Verkeer-Verblijfsgebied". Daarbij is binnen deze bestemmingen gekozen voor een flexibele regeling waarbij fiets- en voetpaden, speelvoorzieningen en watergangen e.d. zijn toegestaan.