direct naar inhoud van 5.6 Flora en fauna en de natuurbeschermingswet (Natura 2000)
Plan: Bornsche Maten, Uitwerkingsplan Singelwonen, deelgebied Wilde Wonen
Status: vastgesteld
Plantype: uitwerkingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0147.BpBMuw003-vg01

5.6 Flora en fauna en de natuurbeschermingswet (Natura 2000)

In 2003 is uitgebreid natuuronderzoek verricht in het gebied de Bornsche Maten te Borne. Dit woongebied wordt gerealiseerd. Momenteel staat de realisatie van Singelwonen gepland. Voor deze realisatie is het noodzakelijk dat het natuuronderzoek geactualiseerd wordt. Dit heeft plaatsgevonden (Actualiserende quickscan flora- en faunawet Singelwonen te Borne, Adviesbureau Mertens B.V., juli 2010, zie Bijlage 12) op basis van veldonderzoek en inschatting op basis van best professional judgement.

In en rond het gebied Singelwonen komen diverse licht beschermde soorten voor (o.a. grondgebonden zoogdieren en amfibieƫn). Voor deze soorten bestaat een algemene vrijstelling van de Flora- en faunawet. Het is aannemelijk dat deze soorten kunnen blijven voorkomen in het gebied gedurende en na realisatie van het plan. Singelwonen wordt gefaseerd gebouwd en er is een relatief extensieve bouwdichtheid met veel groen.

In het verleden zijn twee matig beschermde soorten vastgesteld. Dit betreft de steenmarter en de vissoort bermpje. Het voorkomen van steenmarter in Singelwonen is niet aannemelijk. Bermpje is daadwerkelijk vastgesteld gedurende onderhavig onderzoek. Bermpje komt voor in de beek langs de weg Brittanielaan/Europalaan. Rond en aan deze beek vinden geen werkzaamheden plaats. Op grond hiervan worden effecten op het bermpje uitgesloten.

Vleermuizen zijn de enige zwaar beschermde soorten die voorkomen in de Bornsche Maten. Voor Singelwonen is vastgesteld gedurende onderhavig onderzoek dat het marginaal foerageergebied is. De realisatie van de plannen zal hierin geen verandering brengen.

In verband met het voorkomen van huismus is het noodzakelijk dat vervangende nestlocaties worden aangeboden. Er dient verder in de aanlegfase rekening gehouden te worden met het voorkomen van broedvogels.

Conclusie

Geconcludeerd kan worden dat de aanleg en het gebruik van de Woonwijk Singelwonen plaats kan vinden zonder ontheffing van de Flora- en faunawet. Hiermee vormt de flora- en fauna geen belemmering voor de uitvoerbaarheid van onderhavig plan.

Naar aanleiding van het flora en fauna onderzoek in het kader van het moederplan zijn alle voorgestelde compenserend maatregelen in beeld gebracht, inclusief de maatregelen voor de broedvogels.