direct naar inhoud van Hoofdstuk 8 Overleg en inspraak
Plan: Bornsche Maten, herziening Piepersveldweg 5
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0147.BpBMhz001-vg01

Hoofdstuk 8 Overleg en inspraak

Overleg ex artikel 3.1.1 Bro

Overleg

In artikel 3.1.1 van het Bro is de verplichting opgenomen om bij de voorbereiding van een bestemmingsplan overleg te plegen met de besturen van betrokken gemeenten en waterschappen en met de diensten van provincie en Rijk die betrokken zijn bij de zorg voor de ruimtelijke ordening of belast zijn met de behartiging van belangen welke in het plan in het geding zijn. Tevens kunnen Gedeputeerde staten onderscheidenlijk Onze Minister bepalen dat onder bepaalde omstandigheden of in bepaalde gevallen geen overleg is vereist met de diensten van provincie onderscheidenlijk Rijk die betrokken zijn bij de zorg voor de ruimtelijke ordening.

De minister van VROM heeft met haar brief van 18 mei 2010 aan de gemeente Borne duidelijkheid gegeven over de noodzaak van het voeren van vooroverleg. In het kader van het bestemmingsplan voor de Piepersveldweg 5 is het niet noodzakelijk om vooroverleg te voeren met het Rijk. In het plan is namelijk geen sprake van een nationaal belang welke in het geding is.

Op 15 maart 2011 heeft de provincie Overijssel een herziening van de Vooroverleglijst ruimtelijke plannen artikel 3.1.1, tweede lid, Besluit ruimtelijke ordening vastgesteld. In deze vooroverleglijst zijn diverse categorieën ruimtelijke plannen aangewezen waarvoor geen vooroverleg noodzakelijk is. Onderhavige ontwikkeling voorziet onder andere in het realiseren van maatschappelijke voorzieningen in het overgangsgebied van (gepland) stedelijk gebied naar buitengebied. Deze ontwikkeling valt niet in de Vooroverleglijst en vooroverleg is in dit kader dus wel noodzakelijk. De provincie heeft aangegeven dat het plan niet in strijd is met met het provinciaal beleid, zoals dat is vastgelegd in het ruimtelijk beleid (Vooroverlegreactie Provincie Overijssel, bijlage 2).

In het kader van het vooroverleg met het waterschap heeft een watertoets plaatsgevonden. De uitkomst hiervan is beschreven in paragraaf 5.5 Watertoets van deze toelichting.

Inspraak

De Wro bevat geen procedurevoorschriften met betrekking tot inspraak en is in de Wro zelf ook niet verplicht gesteld. Op grond van artikel 2 sub 1 van de Inspraakverordening gemeente Borne 2005 bepaalt het college of er inspraak wordt verleend voor het voornemen om een bestemmingsplanprocedure te starten. Artikel 3.8 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) bepaalt dat voor de voorbereiding van een bestemmingsplan, afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht (openbare voorbereidingsprocedure) van toepassing is verklaard. Gelet op het feit dat deze procedure, een ieder de mogelijkheid biedt om zienswijzen in te dienen, zal het volgen van de inspraakprocedure, mede gelet op de kleinschaligheid van het project, niet leiden tot nieuwe feiten of omstandigheden die reeds bij de openbare voorbereidingsprocedure aan het licht kunnen komen. Daarnaast heeft er al reeds inspraak plaatsgevonden in het kader van het bestemmingsplan Bornsche Maten. De inspraakprocedure zal derhalve niet gevolgd worden.

Zienswijzen

Tegen het ontwerpbestemmingsplan zijn drie zienswijzen ingediend. Voor een korte samenvatting van deze zienswijzen en de reactie op deze zienswijzen wordt verwezen naar de Zienswijzennota Bestemmingsplan Bornsche Maten, herziening Piepersveldweg 5 (zie bijlage 8).