direct naar inhoud van Artikel 4 Gemengd-2
Plan: De Velden, 1e Fase Ontwikkeling Indie Almelo
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0141.BP00047-0601

Artikel 4 Gemengd-2

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Gemengd-2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. het uitoefenen van ambachtelijke bedrijven/bedrijvigheid die voorkomen/voorkomt in milieucategorieën 1 en 2, zoals vermeld in de bij deze regels behorende Bijlage 1 Staat van Bedrijfsactiviteiten, met inbegrip van ondergeschikte horeca en ondergeschikte detailhandel;
  • b. kantoren, met inbegrip van ondergeschikte horeca;
  • c. maatschappelijke voorzieningen, met inbegrip van ondergeschikte horeca en ondergeschikte detailhandel;

met de daarbij behorende:

  • d. gebouwen;
  • e. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • f. bouwwerken van openbaar nut;
  • g. groenvoorzieningen;
  • h. voorzieningen ten behoeve van afvoer, (tijdelijke) berging en infiltratie van hemelwater;
  • i. interne ontsluitingswegen;
  • j. al dan niet gebouwde parkeervoorzieningen met bijbehorende in- en uitritten ten behoeve van de in sub a, b en c genoemde functies;
  • k. verharding;
  • l. overige bijbehorende voorzieningen;

met daaraan ondergeschikt:

  • m. (fiets en wandel) paden;

met dien verstande dat:

  • n. de voorgeschreven afstanden zoals genoemd in de bij deze regels behorende Bijlage 1 Staat van Bedrijfsactiviteiten, in acht worden genomen;
  • o. opslag van fustage of andersoortige containers, karren, kratten of materialen uitsluitend is toegestaan binnen een gebouw;
  • p. bedrijfswoningen niet zijn toegestaan;
  • q. detailhandelsbedrijven niet zijn toegestaan;
  • r. het totaal maximum bruto vloeroppervlak aan kantoren 1.500 m² bedraagt;
  • s. het totaal maximum bruto vloeroppervlak aan maatschappelijke voorzieningen 3.400 m² bedraagt;
  • t. niet-zelfredzame functies niet zijn toegestaan;
  • u. parkeren niet is toegestaan tussen de Kolthofsingel en de parallel daaraan gelegen gevellijn;
  • v. geen in- en uitritten ten behoeve van parkeervoorzieningen zijn toegestaan, ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van verkeer uitgesloten - in- en uitrit'.
4.2 Bouwregels
4.2.1 Gebouwen

Binnen deze bestemming mogen gebouwen ten dienste van deze bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende bepalingen:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend binnen de aangegeven bouwvlakken worden gebouwd;
  • b. de gevel van een gebouw dat tot de eerstelijns bebouwing behoort dient in de als figuur aangegeven verplichte gevellijn te worden gerealiseerd indien langs (dit deel van) deze aangrenzende openbare weg een als figuur aangegeven verplichte gevellijn is weergegeven;
  • c. voor gebouwen geldt een maximale bouwhoogte zoals met de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' is aangegeven;
  • d. de afstand van gebouwen tot de zijdelingse perceelgrens dan wel de achtergelegen perceelgrens bedraagt minimaal 3,00 meter.
4.2.2 Bouwwerken geen gebouwen zijnde

Binnen deze bestemming mogen bouwwerken geen gebouwen zijnde ten dienste van deze bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende bepalingen:

  • a. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag maximaal 3,00 meter bedragen, met uitzondering van:
    • 1. (vlaggen en reclame)masten, waarvan de hoogte maximaal 6,00 meter mag bedragen;
    • 2. verlichtingsarmaturen, waarvan de hoogte maximaal 8,00 meter mag bedragen.
4.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders zijn, met inachtneming van hetgeen bepaald in artikel 14 van deze regels, bevoegd nadere eisen te stellen ten aanzien van de situering en afmetingen van bouwwerken alsmede de inrichting van de gronden voor wat betreft de aanleg en omvang van parkeer- en groenvoorzieningen en de aanleg en profilering van wegen indien dit noodzakelijk is:

  • a. ter waarborging van de ruimtelijke en functionele structuur ter plaatse;
  • b. voor een verantwoorde stedenbouwkundige en landschappelijke inpassing;
  • c. ter voorkoming van een onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • d. ter waarborging van de verkeersveiligheid, de brandveiligheid en een adequate brand- en rampenbestrijding;
  • e. in verband met de gewenste parkeer-, laad- en losruimte van voldoende omvang op eigen terrein;
  • f. in verband met handhaving van de voorgeschreven parkeernormen.
4.4 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6, lid 1 onder c van de Wet ruimtelijke ordening, om in afwijking van het bepaalde in 4.2.1 sub b een omgevingsvergunning te verlenen voor wat betreft het realiseren van de gevel van een gebouw buiten de met een figuur aangegeven verplichte gevellijn, met dien verstande dat uitsluitend toepassing aan deze afwijkingsbevoegdheid kan worden gegeven indien binnen een bouwvlak meerdere percelen worden uitgegeven en het betreffende perceel op minimaal 15,00 meter van de bewuste verplichte gevellijn is gelegen.

4.5 Specifieke gebruiksregels

Voor de in 4.1 genoemde bedrijven, kantoren en maatschappelijke voorzieningen gelden de volgende parkeernormen, waarbij de parkeerplaatsen op eigen terrein worden gerealiseerd:

Functie   Aantal parkeerplaatsen   Per  
Arbeidsextensieve/bezoekersextensieve bedrijven   0,6   100 m² bvo  
(Bijvoorbeeld loods, opslag, groothandel, transportbedrijf, etc).  
Arbeidsintensieve/bezoekersextensieve bedrijven   2,0
 
100 m² bvo  
(Bijvoorbeeld: industrie, garagebedrijf, laboratorium, werkplaats, etc).  
Bedrijfsverzamelgebouw   1,7   100 m² bvo  
Kantoren (zonder baliefunctie)   1,7   100 m² bvo  
Kantoren (met baliefunctie)   2,5   100 m² bvo  
4.6 Afwijken van de gebruiksregels

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6, lid 1 onder c van de Wet ruimtelijke ordening, om in afwijking van:

  • a. het bepaalde in 4.1 een omgevingsvergunning te verlenen ten behoeve van het gebruik van gronden voor het uitoefenen van ambachtelijke bedrijven/bedrijvigheid die voorkomen/voorkomt in milieucategorie 3, zoals vermeld in de bij deze regels behorende Bijlage 1 Staat van Bedrijfsactiviteiten, mits het desbetreffende bedrijf/bedrijvigheid in vergelijking met bedrijven/bedrijvigheid die vallen onder de milieucategorieën 1 en 2 een gelijke of mindere milieuhinder veroorzaken;
  • b. de in 4.5 aangegeven parkeernormen dan wel de verplichting om de parkeerplaatsen op eigen terrein te realiseren een omgevingsvergunning te verlenen indien uit onderzoek blijkt dat op andere wijze wordt voorzien in de parkeerbehoefte.