direct naar inhoud van TOELICHTING
Plan: Dorpen Archeologie
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0140.LITTARCH-VA01

TOELICHTING

Hoofdstuk 1 Inleiding

De afgelopen jaren heeft de gemeente Littenseradiel haar bestemmingsplannen voor de grotere kernen geactualiseerd. In navolging daarvan wordt in het najaar van 2015 een geactualiseerd bestemmingsplan voor het buitengebied vastgesteld. In dit laatste bestemmingsplan zijn de kleine kernen meegenomen.

In de periode voorafgaand aan het opstellen van het bestemmingsplan Bûtengebiet, maar na de vaststelling van de plannen voor de grote kernen, heeft de gemeente archeologiebeleid vastgesteld. Dit recente archeologiebeleid is opgenomen in het bestemmingsplan Bûtengebiet. Daarbij zijn niet alleen de bekende gebieden met hoge archeologische waarden van een dubbelbestemming voorzien, maar ook de gebieden met verwachtingswaarden.

Voor de plannen voor de grote kernen is tot dusver met een voorbereidingsbesluit gewerkt om op een goede wijze de regels voor archeologie toe te passen. Daarnaast komen de in die plannen opgenomen archeologische gebieden niet altijd overeen met FAMKE.

Daarmee is er verschil tussen de bestemmingsplannen voor de grote kernen en het bestemmingsplan Bûtengebied voor wat betreft de bescherming van de archeologische waarden. Met dit bestemmingsplan wil de gemeente het archeologiebeleid binnen de gehele gemeente op een gelijke wijze planologisch vastleggen en wil de gemeente voorkomen dat zij ieder jaar opnieuw een voorbereidingsbesluit moeten nemen. Het plangebied van dit bestemmingsplan betreft de plangebieden van alle bestemmingsplannen voor de grotere kernen. Binnen die plangebieden zijn met dit plan dubbelbestemmingen voor de bescherming van de archeologische waarden opgenomen op dezelfde wijze als dat in het bestemmingsplan Bûtengebied is gebeurd.

Hoofdstuk 2 Archeologiebeleid

Nota Archeologie

De gemeente Littenseradiel zet in de Nota Archeologie (vastgesteld 14 oktober 2013) het gemeentelijk archeologiebeleid uiteen. Dit archeologiebeleid is geformuleerd vanuit het besef dat de gemeente als bevoegde overheid de belangen van het waardevolle maar veelal kwetsbare archeologische erfgoed op een goede manier dient te behartigen.

De gemeente Littenseradiel is van mening dat het streven naar behoud van archeologische waarden niet hoeft te leiden tot het hinderen of vertragen van ruimtelijke ontwikkelingen. Door de kennis over waardevolle gebieden te delen en vroegtijdig in het planproces overleg te plegen over mogelijkheden voor bescherming, hoeft archeologie geen hindernis te vormen in de verdere planvorming en planuitvoering. Het eigen bodemarchief draagt, als onderdeel van de gehele cultuurhistorie, zelfs bij aan een betere kwaliteit van ontwerp en inbedding in de ruimtelijke kwaliteit van de gemeente. De gemeente Littenseradiel geeft via ruimtelijke plannen (middels dubbelbestemmingen ‘Waarde - Archeologie’) vorm aan de bescherming van het gemeentelijk bodemarchief.

De archeologische waarden in de gemeente Littenseradiel worden weergegeven op de gemeentelijke Friese Archeologische Monumentenkaart Extra (uitsnede uit de provinciale FAMKE). In nieuwe bestemmingsplannen worden omgevingsvergunningen gekoppeld aan vereisten voor archeologisch onderzoek. De aanvrager van een omgevingsvergunning dient in die gevallen een rapport te overleggen waarin de archeologische waarde van het terrein dat verstoord dreigt te worden, in voldoende mate is vastgesteld. Gebieden met een lage archeologische waarde of gebieden waarvan bekend is dat de bodem verstoord is, zijn vrijgesteld van archeologisch onderzoek. De gemeentelijke FAMKE is tegelijkertijd met de Nota Archeologie vastgesteld.

Verdiepingsslag FAMKE

Van 2007 – 2010 heeft er een verdiepingsslag voor de FAMKE van de gemeente Littenseradiel plaatsgevonden. Tijdens de verdiepingsslag zijn de gebieden ‘waarderend onderzoek (terpen)’ nader uitgezocht en hebben deze, in plaats van een roze kleur, een rode kleur gekregen met daarbij de status van ‘archeologisch waardevol terrein’. Bovendien zijn in het kader van de verdiepingsslag lager gelegen gebieden onderzocht om te kunnen bepalen dat deze gebieden een lage verwachting (geen onder noodzakelijk) konden krijgen. Tevens is een aantal overslibde nederzettingen (veenterpjes) onderzocht en als archeologisch waardevol terrein op de kaart gezet. De huidige ‘Vlekkenkaart van de gemeente Littenseradiel’ (kaart behorende bij het voorbereidingsbesluit) laat alle archeologisch waardevolle terreinen binnen de gemeente zien. De advieskaarten steentijd-bronstijd en ijzertijdmiddeleeuwen geven naast de archeologisch waardevolle terreinen, de verwachtingsgebieden aan (staan niet op de Vlekkenkaart).

Normstelling en beleid

Ter implementatie van het Verdrag van Malta in de Nederlandse wetgeving is op 1 september 2007 de Wet op de archeologische monumentenzorg (Wamz) in werking getreden. Deze nieuwe wet maakt deel uit van de (gewijzigde) Monumentenwet. De kern van Wamz is dat wanneer de bodem wordt verstoord, de archeologische resten intact moeten blijven. De Wamz verplicht gemeenten bij het opstellen van bestemmingsplannen rekening te houden met de in hun bodem aanwezige waarden.

Naast het inventariseren van de (te verwachten) archeologische waarden, zal het bestemmingsplan uiteindelijk, indien nodig (en mogelijk), een bescherming moeten bieden voor deze waarden. Dit kan bijvoorbeeld door middel van een omgevingsvergunningenstelsel.

Toetsing en uitgangspunten bestemmingsplan

FAMKE

Een betere bescherming van het bodemarchief vraagt om een zo goed mogelijk inzicht in de verwachte ligging, verspreiding en aard van het bodemarchief. Om deze reden heeft de provincie Fryslân het initiatief genomen om het bodemarchief zo goed mogelijk in kaart te brengen. Dit gebeurt op de FAMKE: Friese Archeologische Monumentenkaart Extra. De FAMKE bestaat uit twee advieskaarten, één voor de periode steentijd - bronstijd (300.000 - 800 v Chr), en één voor de periode ijzertijd - middeleeuwen (800 v Chr - 1.500 n Chr).

De adviezen die voor de verschillende zones in Fryslân gegeven worden variëren van 'streven naar behoud' tot 'geen nader onderzoek nodig'. Deze adviezen geven aan welke vervolgstappen noodzakelijk zijn om op een verantwoorde manier om te gaan met het bodemarchief in een nieuw te maken bestemmingsplan, een bestemmingsplanwijziging, een ontgronding of een sanering. Door middel van de twee advieskaarten kan aldus worden nagegaan welke onderzoeksinspanning gevraagd wordt op een bepaalde plaats.

De archeologische adviezen op de FAMKE zijn gebaseerd op kennis van al bekende archeologische terreinen en op zogeheten archeologische verwachtingen, die op hun beurt weer gebaseerd zijn op bronnen als de bodemkaart, veldwerk en literatuurstudie. De adviezen bestaan uit twee delen:

  • er wordt aangegeven óf er in geval van een bodemingreep met een bepaalde oppervlakte onderzoek noodzakelijk is en;
  • zo ja, wat voor soort onderzoek dit dient te zijn; deze richtlijnen geven een aanzet voor een Plan van Aanpak dat voor elk archeologisch onderzoek de basis vormt.

De gemeente Littenseradiel zet in op het behoud van waardevolle archeologische relicten. De gemeentelijke FAMKE (uitsnede uit de provinciale FAMKE) is de onderlegger voor het in de Beleidsnota archeologie geformuleerde beleid. De FAMKE laat een groter aantal terpen zien dan op de Archeologische Monumentenkaart van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) staat aangegeven. Behalve het op de kaart zetten van nieuwe terpen, overslibde nederzettingen, stinzen en staten en verhoogde woonplaatsen, is ook een groot aantal bestaande terreinen qua omvang uitgebreid.

Archeologische waarden

Het grondgebied van Littenseradiel wordt gekenmerkt door een grote dichtheid aan archeologische waarden. Deze waarden stammen uit de periode Ijzertijd-Middeleeuwen. Voor die tijd (tot en met de Bronstijd) is er vrijwel geen bewoningsgeschiedenis bekend, zoals blijkt uit onderstaande advieskaart voor de steentijd-bronstijd. Op basis van de advieskaart Steentijd - Bronstijd komen enkele kleine gebieden in Reahûs en Rien voor archeologisch onderzoek in aanmerking.

afbeelding "i_NL.IMRO.0140.LITTARCH-VA01_0001.png"

Figuur: FAMKE: advieskaart steentijd - bronstijd

Gebieden met een hogere archeologische verwachtingswaarde zijn geconcentreerd rondom plekken die sinds de ijzertijd worden bewoond. Het betreft hier de kwelderwallen en terpen. In de onderstaande figuur zijn deze goed te herkennen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0140.LITTARCH-VA01_0002.png"

Figuur: FAMKE: advieskaart ijzertijd - middeleeuwen


Op basis van de advieskaart Ijzertijd-middeleeuwen komen grote delen van het plangebied in aanmerking voor archeologisch onderzoek (afhankelijk van de omvang van de ingreep). Uitsluitend in de lichtgroene gebieden is geen onderzoek noodzakelijk.

Hoofdstuk 3 Juridische toelichting

Dit bestemmingsplan bevat alleen dubbelbestemmingen. Deze worden als een deken over de grotere kernen gelegd, waarbij de nu in de bestemmingsplannen voor de grotere kernen geldende bestemmingen ongewijzigd blijven. Er wordt met dit bestemmingsplan alleen een laag aan de bestemmingsplannen voor de grotere kernen toegevoegd.

De adviezen op de FAMKE vanuit de Steentijd - bronstijd en Ijzertijd-middeleeuwen zijn als volgt verwerkt.

Streven naar behoud - beschermd

De wettelijk beschermde archeologische monumenten ('streven naar behoud - beschermd') behoeven geen regeling te krijgen in het bestemmingsplan omdat ze al worden beschermd via de Monumentenwet. Deze gebieden komen daarom niet voor in het bestemmingsplan.

Streven naar behoud

Van de terreinen met het advies 'streven naar behoud' (archeologisch waardevolle terreinen uit het voorbereidingsbesluit) is bekend dat zij waardevolle archeologische resten bevatten. Deze terreinen worden met de toekenning van een dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 1' beschermd.

Waarderend onderzoek

In de bodem van de terreinen waarvoor waarderend onderzoek moet worden uitgevoerd (terpen), zijn mogelijk waardevolle archeologische resten aanwezig. Bij ingrepen groter dan 50 m2 en dieper dan 30 cm aangegeven op de gemeentelijke FAMKE is onderzoek nodig.

Omdat in de gemeente Littenseradiel reeds een verdiepingsslag van de FAMKE heeft plaatsgevonden komen er geen terreinen meer voor waar waarderend onderzoek noodzakelijk is.

Karterend onderzoek

In de bodem van de terreinen waarvoor karterend onderzoek uitgevoerd moet worden, zijn mogelijk ook waardevolle archeologische resten aanwezig. Onderzoek hiernaar is, afhankelijk van het advies, nodig bij ingrepen groter dan 500 m2, 2.500 m2, 5.000 m2 of 2,5 hectare. De eerste drie afmetingen zijn in drie verschillende dubbelbestemmingen vastgelegd: Waarde - Archeologie 2, Waarde - Archeologie 3 en Waarde - Archeologie 4. Alleen deze drie dubbelbestemmingen komen naast de bekende gebieden met te behouden waarden binnen de grenzen van de gortere kernen voor. Het gaat hier om gebieden met een archeologische verwachtingswaarde.

Geen onderzoek noodzakelijk

Voor de terreinen met het advies 'geen onderzoek noodzakelijk', is een beschermende regeling niet aan de orde.

Dubbelbestemmingen

De dubbelbestemmingen kennen geen bouwverbod, maar regelen dat bij ingrepen groter dan een nader aangegeven oppervlakte archeologisch onderzoek noodzakelijk is. In de bestemmingen staat duidelijk aangegeven wat daarvoor nodig is en waaraan dat onderzoek wordt getoetst. Het gaat daarbij niet alleen om het oprichten van bouwwerken maar ook om het uitvoeren van werken en werkzaamheden.

Op het moment dat ergens archeologisch onderzoek is uitgevoerd of uit andere bronnen blijkt dat in de grond geen archeologische waarden aanwezig zijn of dat deze zijn afgevoerd, kan een dubbelbestemming worden verwijderd.

Waarde - Archeologie -1 (artikel 3)

Van de terreinen met het advies 'streven naar behoud' is bekend dat zij waardevolle archeologische resten bevatten. Deze terreinen worden met de toekenning van een dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 1' beschermd. De gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden. Ingrepen in de bodem zijn in deze gebieden in principe niet toegestaan. Alleen als aangetoond is dat er geen archeologische waarden meer zijn, deze niet onevenredig worden geschaad of er maatregelen worden getroffen om de waarden te beschermen, is het mogelijk hier bodemroerende werkzaamheden uit te voeren. De omgevingsvergunningen worden alleen verleend wanneer er geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de voorkomende archeologische en cultuurhistorische waarden. De omgevingsvergunning is niet nodig voor werkzaamheden die gerekend worden tot het normale onderhoud.

Waarde - Archeologie - 2, 3 en 4 (artikel 4, 5 en 6)

In de bodem van de terreinen met archeologische verwachtingswaarden waarvoor karterend onderzoek uitgevoerd moet worden, zijn mogelijk ook waardevolle archeologische resten aanwezig. Onderzoek hiernaar is, afhankelijk van het advies, nodig bij ingrepen groter dan 500 m2, 2.500 m2 en 5.000 m². Op basis van het gemeentelijk archeologiebeleid dienen deze gronden van een dubbelbestemming te worden voorzien.

De gebieden waar de kans groot is dat gronden archeologische resten bevatten, hebben een dubbelbestemming gekregen. Hier geldt hetzelfde als bij de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 1', met dit verschil dat het alleen geldt bij bouwwerkzaamheden waar de ingreep groter is dan een nader aangegeven oppervlakte en dieper dan 30 centimeter.

Hoofdstuk 4 Uitvoerbaarheid

Er is geen voorontwerpbestemmingsplan in procedure gebracht. Het bestemmingsplan volgt gemeentelijk en provinciaal beleid, zodat de gemeente een inspraakmogelijkheid niet nodig acht. Wel is het plan ten behoeve van het vooroverleg aan de provincie voorgelegd. Dit overleg heeft geleid tot een goede afstemming op de provinciale FAMKE en een goede weergave van de regels die benodigd zijn bij de verschillende verwachtingswaarden.

Het ontwerpbestemmingsplan is met ingang van 10 september 2015 zes weken ter visie gelegd. Het ontwerp is ter kennisgeving toegestuurd aan de provincie en het Wetterskip. Op 14 december 2015 is het bestemmingsplan vastgesteld door de gemeenteraad.