direct naar inhoud van 5.5 Geluid
Plan: Stadscentrum, deelplan Bilderdijk 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0118.BP20128017003-VG02

5.5 Geluid

De Wet geluidhinder (Wgh) heeft tot doel de mensen te beschermen tegen geluidsoverlast ten gevolge van weg-, spoorweg- of industrielawaai. Op basis van deze wet dient bij het opstellen van het bestemmingsplan dan ook aandacht te worden geschonken aan het aspect "geluid".

In de Wet geluidhinder is een zonering van industrieterreinen, wegen en spoorwegen geregeld. Enerzijds betekent dit dat (geluids)eisen worden gesteld aan de milieubelastende functies, anderzijds betekent dit dat beperkingen worden opgelegd aan milieugevoelige functies.

De verplichting tot het uitvoeren van een akoestisch onderzoek in relatie tot het opstellen van een bestemmingsplan geldt niet indien in dat bestemmingsplan geen mogelijkheden worden geboden voor het realiseren van nieuwe woningen en andere geluidgevoelige objecten.

Aangezien er geluidgevoelige objecten in het plangebied worden gerealiseerd, dient er akoestisch onderzoek uitgevoerd te worden. In deze paragraaf wordt ingegaan op de geluidsaspecten met betrekking tot wegverkeerslawaai. Spoorweglawaai en industrielawaai is hier niet aan de orde.

Wegverkeerslawaai
Met betrekking tot geluid veroorzaakt door het wegverkeer is in de Wet geluidhinder de verplichting opgenomen tot het verrichten van onderzoek naar de geluidsbelasting op de gevels van (nieuw geprojecteerde) woningen en andere geluidgevoelige objecten. Onderzoek moet aantonen of voldaan wordt aan de voorkeursgrenswaarde van Lden 48 dB op de gevels van de te realiseren woonbebouwing ten gevolge van het verkeer.

BVA Verkeersadviezen heeft in het kader van dit bestemmingsplan een akoestisch onderzoek uitgevoerd. Dit is bijgevoegd als (Bijlage 6 Akoestisch onderzoek). Het plangebied valt binnen de 200 meter brede geluidszone van de van Limburg Stirumstraat.

Uitkomst
Uit berekeningen blijkt dat de voorkeursgrenswaarde Lden  48 dB ten gevolge van het verkeer op de van Limburg Stirumstraat wordt overschreden. De maximale berekende waarde bevindt zich op 51 dB op de westgevel van het meest westelijke bouwblok. Op de overige gevels van de bouwblokken wordt de voorkeursgrenswaarde niet overschreden.

Vervolg
Omdat de voorkeursgrenswaarde ten gevolge van het verkeer op de van Limburg Stirumstraat wordt overschreden, kan niet zonder meer tot de geplande ontwikkeling overgegaan worden. De Wet geluidhinder schrijft voor dat maatregelen in de volgorde bron, overdrachtsgebied en ontvanger onderzocht moeten worden. Bij maatregelen aan de bron kan gedacht worden aan een stillere verharding of een lagere maximumsnelheid. Bij maatregelen in het overdrachtsgebied kan gedacht worden aan een geluidswal of geluidsscherm.

Maatregelen aan de bron zijn in dit geval geen mogelijke oplossing, daar er reeds stille verharding is aangebracht. De verlaging van de maximumsnelheid is gezien de functie van de weg als gebiedsontsluitingsweg met bijbehorend wegbeeld geen wenselijke oplossing.

Een geluidswal, dan wel geluidsscherm lijkt met het oog op de stedenbouwkundige structuur geen voor de hand liggende oplossing.

De voorgedragen oplossingen blijken vanuit verkeerskundig, vervoerskundig, landschappelijk, stedenbouwkundig of financieel oogpunt niet haalbaar zijn, zodat een hogere waarde zal worden vastgesteld. De maximale waarde voor nieuwe woningen in binnenstedelijke situaties bedraagt Lden  63 dB.

Om de beoogde ontwikkeling te kunnen realiseren, is een hogere waarde van 51 dB op de westgevel van de woningbouw aan de Van Limburgstirumstraat vastgesteld.