direct naar inhoud van 4.1 Ruimtelijke structuur
Plan: Buitengebied Noord, deelplan Wijsbersche Hooge 2010
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0118.BP20108006002-OH02

4.1 Ruimtelijke structuur

De ruimtelijke opbouw van het nieuwe landgoed en de nieuwe buitenplaats is geïnspireerd op de huidige landschapsstructuur (jonge ontginningen) en op de cultuurhistorische landschapsstructuur (rond 1900).

De hoofdopzet van het nieuwe landgoed en de nieuwe buitenplaats is: gebruik maken van de bestaande en historische landschappelijke structuren en door deze te versterken ontstaat er een betere gelaagdheid in het landschap.

Ruggengraat

De centrale as vormt de 'ruggengraat' van de nieuwe ontwikkeling. De centrale as is de middellijn van het plangebied en zorgt voor eenheid binnen de nieuwe inrichting. De rechte as refereert naar de rechtlijnige ontginningsstructuren van het jong ontginningslandschap. Daarnaast worden aan de krachtige 'ruggengraat' alle rode functies gekoppeld.

In het midden van het perceel wordt de centrale as gekruist door een horizontale lijn. Deze lijn aan weerszijden van de centrale as vormen de inritten van het nieuwe landgoed en de buitenplaats. De horizontale lijn heeft nog een functie. De lijn deelt het landgoed op in een formeel deel en een informeel deel. Het informele deel ligt ten noorden van de horizontale lijn en het formele deel ten zuiden van de lijn.

De laan wordt in het formele deel van het landgoed verhard met klinkers en het deel van de laan binnen het informele deel is onverhard.

Het zuidelijke deel van de laan wordt op een 'losse' wijze begeleid door enkele eiken, struiken wilg en struiken meidoorn. Vele lanen in de omgeving zijn op een zelfde manier voorzien 'losse' bomen en struiken. Vervolgens loopt de laan in noordelijke richting door het bijzondere bos en het informele bos. Deze percelen bos worden later uitvoerig beschreven.

Cultuurhistorische horizontale verkaveling

De cultuurhistorische horizontale verkaveling met de 'knik' rond 1900 en de afwisseling in open en gesloten jong ontginningslandschap vormen de uitgangspunten voor de verdere invulling van het terrein. De bijzondere 'knik' in de verkaveling en het halfopen landschap zijn in hoofdstuk twee uitgebreid beschreven.

De op basis van historische verkaveling is het plangebied verdeeld in verschillende vlakken, zowel open als gesloten vakken. De vorm van de vlakken zijn hoofdzakelijk rechtlijnig, passend binnen het jong ontginningslandschap. De afwisseling van open en gesloten vakken (massa/ruimte) sluit aan op het bestaande halfopen landschap. De vlakken bestaan uit natuurlijk bos, bijzonder bos, natuurlijk grasland, een ven en de privétuinen.

Ook in de vlakverdeling spelen in het formele deel en informele deel een grote rol. Het natuurlijke bos ten noorden van de lijn 'formeel – informeel' heeft een informeel karakter en sluit aan bij het bestaande Spaarbankbos. Het bos bevat meerdere wandelpaden en kleine open plekken met bijzondere elementen. Bijvoorbeeld een afwijkende boomsoort of een heuveltje.

Het formele deel bestaat uit de middelste ruimtes waar de bebouwing wordt ingepast. Deze ruimtes bestaan uit privétuinen en worden onderling gescheiden door een 'bijzonder' bos (besloten vlakken) aan weerszijden van de centrale as. De zuidzijde van de privéruimten wordt begrensd door een 'droge' sloot met een dubbele houtwal. Zowel de bosrand van het informele bos als de dubbele houtwal heeft een de bijzondere cultuurhistorische 'knik'. Op twee plaatsen wordt de houtwal onderbroken door een open ruimte. Deze open ruimtes geven zicht vanaf de Wijsterseweg op de nieuwe bebouwing.

Dit zuidelijke deel vormt de representatieve kant van het perceel. Het terrein bestaat uit drie open ruimten met natuurlijk grasland en een bosperceel. De percelen natuurlijk grasland worden begrensd door de dubbele houtwal, bestaande houtwallen (oost en west) en nieuwe 'losse' bomenrijen. De open ruimtes bieden zicht op het nieuwe huis van allure en het voorname huis.

Vegetatiesoorten

Natuurlijk bos met mantel-zoomvegetatie: zomereiken-berkenbos:

'Bijzonder' bos: nader te bepalen bijzondere boomsoort(en)

Dubbele houtwal: zomereiken-berkenbos

'Losse' bomenrijen: zomereik

'Losse' bomen en struiken: zomereik, wilg en meidoorn

Bebouwingseenheden

Volgens het beleid van het rijk, provincie en gemeente mag de initiatiefnemer op het nieuwe landgoed een huis met allure en uitstraling van 1900 m2 met bijgebouwen, met een oppervlakte van maximaal 500m² bouwen. Binnen de nieuwe buitenplaats is het toegestaan een voornaam huis van 900 m2 met bijgebouwen van ten hoogste 250 m2 te bouwen.

Locatie en oriëntatie van de bebouwingseenheden

Locatie

Op een landgoed en op een buitenplaats nemen de huizen een prominente plaats in. De inpassing van het huis met allure en uitstraling en een voornaam huis vergt grote nauwkeurigheid. De eerder genoemde centrale as vormt de basis van de inpassing. De huizen worden gekoppeld aan deze as, in een ruimte tussen twee cultuurhistorisch belangrijke horizontale kavelgrenzen. Deze ruimte ligt ongeveer in het midden van het perceel. Deze kenmerkende horizontale verkavelingrichting is in 4.1 beschreven en terug te vinden op de historische kaart omstreeks 1900. Deze prominente plaats is op enige afstand van de Wijstersestraat gelegen en geeft het landgoed en de buitenplaats allure.

Naast de hoofdbouwwerken zijn bijgebouwen, een paardenstal, een tennisbaan en een paardenbak ingepast. Deze kleinere bouwwerken hebben een ondergeschikte rol binnen de ontwikkeling en zijn daarmee op een minder prominente plaats ingepast. De bijgebouwen, tennisbaan en parkeerplaats liggen achter de hoofdbouwwerken tegen de bosrand. De paardenstal ligt in de bosrand van het zuidwestelijk gelegen bosperceel.

Oriëntatie

De hoofdrichting van de bebouwingseenheden volgt de cultuurhistorische verkavelingrichting. Deze kenmerkende horizontale verkavelingrichting is in 4.1 beschreven en terug te vinden op de historische kaart omstreeks 1900.

De voorzijden van het huis van allure en het voorname huis (kantoor) van de buitenplaats zijn georiënteerd op de Wijsterseweg. Vanaf de weg zijn de voorgevels van de bouwwerken op enige afstand en door een ruimte in de houtwal te zien. Zowel het doorgaande verkeer op de Wijsterseweg, als de wandelaar op het nieuwe landgoed en de nieuwe buitenplaats, is de bebouwing beleefbaar. Het huis van allure en het voorname huis (kantoor) liggen tegen een achtergrond van bos en hebben daarmee landschappelijke rugdekking. De bebouwing is niet alleen bewust ingepast, maar heeft ook relatie met de omgeving.

4.2. Recreatief medegebruik en privéruimte

Het nieuwe landgoed en de nieuwe buitenplaats zullen opengesteld worden. In totaal zal maximaal 10% van de oppervlakte van het landgoed en de buitenplaats als privéterrein (vnl. tuinen) als privé aangemerkt worden, de rest is openbaar. Openstelling is na de versterking van de natuurwaarden, een van de meest waardevolle, maatschappelijke aanvullingen die een landgoed te bieden heeft. Dit wordt bereik doordat verschillende nieuwe paden in het nieuwe bos aansluiten op de bestaande paden van het Spaarbankbos.

Recreatieve paden

De recreatieve paden zijn zo gesitueerd dat het hele landgoed en de hele buitenplaats met al hun verschillende elementen beleefbaar is. Dit geeft de recreant een afwisselend beeld van de landschapselementen (bos, natuurlijk grasland en een ven); kleinschalig besloten en grootschalig open. De nieuwe paden zijn onverhard en toegankelijk voor wandelaars. Ze sluiten aan op bestaande recreatieve paden.

Privétuinen

De tuinen rondom het huis van allure en het kantoor/woning is naar wens van de bewoners in te richten. Rondom de privétuinen komt naar wens van de bewoners een hekwerk. Het hekwerk wordt zoveel mogelijk weggewerkt in de beplanting. Ook is het advies het hekwerk te voorzien van een donkere verfkleur.

4.3. Natuurontwikkeling

Nieuw bos

Het karakteristieke halfopen landschap blijft behouden door het bewust inpassen van nieuwe percelen bos, dit alles om de landschappelijke kwaliteit te behouden en verbeteren. Op deze locatie is het niet wenselijk het gehele perceel met bos in te vullen. Om toch 5 ha op een goede manier in te passen wordt zoveel mogelijk aangesloten op het bestaande Spaarbankbos (bosclustering), maar alles in verhouding en op de juiste plaats. Het halfopen landschap wordt dan zoveel mogelijk behouden.

Natuurlijk grasland

De open ruimtes worden ingevuld met natuurlijk grasland. Dit geld niet voor de privétuinen. Natuurlijk grasland verbetert de ecologische kwaliteit van de voorheen intensief gebruikte agrarische grond.

Ven

In de noordoost hoek van het landgoed wordt een voormalig ven in ere hersteld. Na het uitgraven kan het ven op een natuurlijke wijze water bevatten door de aanwezigheid van keileem dicht onder het maaiveld.

Verankering landschap

Door de doordachte en onderbouwde inpassing zijn het nieuwe landgoed en de nieuwe buitenplaats stevig verankerd in het landschap.