direct naar inhoud van Toelichting
Plan: Industrieterrein De Wieken 2010, herziening onderdeel geluidszone industriela...
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0118.2014BP8012004-VG02

Toelichting

Hoofdstuk 1 Inleiding

1.1 Aanleiding

Het bestemmingsplan "Industrieterrein De Wieken 2010" maakt de vestiging van inrichtingen mogelijk, die in belangrijke mate geluidhinder kunnen veroorzaken en die vallen onder artikel 41 van de Wet geluidhinder. Dergelijke inrichtingen mogen alleen in werking zijn op een gezoneerd industrieterrein. De begrenzing van het gezoneerde terrein is vastgelegd in het bestemmingsplan "Industrieterrein De Wieken 2010" (vastgesteld 12 december 2013).
Rondom dit industrieterrein ligt een geluidzone en deze geluidzone dient ook in een bestemmingsplan te worden vastgelegd. Aangezien de zone over verschillende om De Wieken heen liggende bestemmingsplannen heen valt en deze niet allemaal tegelijkertijd kunnen worden herzien, is er voor gekozen om een zogenaamd paraplubestemmingsplan op te stellen.

In dat paraplubestemmingsplan wordt de geluidzone industrielawaai van De Wieken vastgelegd en de beperkende voorwaarden die daaruit voortvloeien voor de omliggende bestemmingsplannen worden hierin verwoord. Het paraplubestemmingsplan dient dan te worden opgevat als een partiële herziening van de verschillende onderliggende bestemmingsplannen ten aanzien van het opnemen van de zone en aanvullende regels.

Het paraplubestemmingsplan Industrieterrein De Wieken 2010, parapluherziening geluidszone industrielawaai is op 12 december 2013 vastgesteld. Tijdens de beroepstermijn van dat paraplubestemmingsplan is een beroepsschrift ingediend bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Naar aanleiding van de uitspraak van de Raad van State is onderliggend paraplubestemmingsplan voorbereid.
De Afdeling bestuursrechtspaark van de Raad van State heeft namelijk besloten om een deel van het paraplubestemmingsplan Industrieterrein De Wieken 2010, parapluherziening geluidszone industrielawaai, te vernietigen, voor zover het betreft de zuidwestelijke grens van het bestemmingsvlak "Geluidzone" tussen de Industrieweg en de Sportlaan zoals aangeduid op kaart I bij de uitspraak (d.d. 5 november 2014 met nummer 201401510/1/R4). De gemeenteraad wordt daarin tevens opgedragen om voor het in de uitspraak genoemde planonderdeel een nieuw besluit te nemen. Met het opstellen van onderliggend bestemmingsplan en het uiteindelijk vaststellen daarvan wordt uitvoering gegeven aan genoemde uitspraak van de Raad van State.

1.2 Opgave bestemmingsplan

Dit paraplubestemmingsplan vormt een planologische aandachtszone voor de onderliggende bestemmingsplannen. Binnen de geluidzone zijn in principe geen nieuwe geluidgevoelige objecten toegestaan, om een te hoge geluidbelasting als gevolg van het industrielawaai tegen te gaan.
Buiten de geluidzone is de geluidbelasting als gevolg van het industrielawaai lager dan
50 dB(A). Geluidgevoelige bestemmingen buiten deze geluidzone voldoen dan aan de voorkeursgrenswaarde van 50 dB(A) voor industrielawaai.

1.3 Opbouw toelichting

Achtereenvolgens komen na deze inleiding de volgende hoofdstukken aan bod:

  • Hoofdstuk 2 beschrijft de bestaande situatie en geeft een overzicht van de vigerende bestemmingsplannen;
  • hoofdstuk 3 bevat het beleidskader met relevant rijks -, provinciaal -, regionaal - en gemeentelijk beleid;
  • hoofdstuk 4 geeft de onderbouwing voor het milieuaspect geluid;
  • hoofdstuk 5 gaat in op de planologische regeling: er wordt een motivering en leeswijzer gegeven voor de bepalingen in de regels en op de verbeelding;
  • in hoofdstuk 6 wordt ingegaan op de handhaafbaarheid van het bestemmingsplan;
  • in hoofdstuk 7 wordt ingegaan op de maatschappelijke en economische uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan.

Hoofdstuk 2 Huidige situatie

2.1 Plangebied

Het plan wordt begrensd aan de buitenzijde door de geluidcontour 50 dB(A) industrielawaai van De Wieken. Aan de binnenzijde wordt het plangebied begrensd door de bestemmingsplangrens van bestemmingsplan "Industrieterrein De Wieken 2010".

2.2 Vigerend recht

Vigerend voor het plangebied zijn de volgende bestemmingsplannen:

- bestemmingsplan Bentinckspark 2009 (vastgesteld: 10 juni 2010/ onherroepelijk: 26 mei 2011);

- bestemmingsplan Oost/Oranjebuurt 2009 (vastgesteld: 26 april 2012/onherroepelijk: 4 juli 2012);

- bestemmingsplan Stadscentrum 2008 (vastgesteld: 27 mei 2010/onherroepelijk: 12 januari 2011);

- bestemmingsplan Bentinckspark, deelplan Kalkoven 2009 (vastgesteld:18 november 2010 / onherroepelijk: 13 januari 2011);

- bestemmingsplan Oost/Oranjebuurt, deelplan Linhorsthomanstraat/Julianastraat (vastgesteld 12/12/2013, onherroepelijk 26/02/2014).

Binnen de verschillende bestemmingsplannen komen bestaande geluidgevoelige objecten voor, maar ook binnenplanse mogelijkheden (vrijstellings-/afwijkingsbevoegdheden/ wijzigingsbevoegdheden) voor het realiseren van nieuwe geluidgevoelige objecten.

Hoofdstuk 3 Beleidskader

3.1 Rijksbeleid

Zoals omschreven in de toelichting behorende bij bestemmingsplan "Industrieterrein De Wieken 2010" is de revitalisering van bedrijventerrein De Wieken in overeenstemming met de rijksdoelstellingen zoals geformuleerd in de Nota Ruimte.

Dit paraplubestemmingsplan is een uitvloeisel van het bestemmingsplan "Industrieterrein De Wieken 2010", in die zin dat de geluidzone industrielawaai 50 dB(A), die voortvloeit uit genoemd bestemmingsplan, hierin voor een deel wordt opgenomen met bijbehorende bepalingen.

Het wettelijk kader voor dit plan wordt voor een belangrijk deel gevormd door de Wet geluidhinder (Wgh). In de Wgh is bepaald dat rond bedrijventerreinen, waarop grote lawaaimakers (bijlage 1, onderdeel D, Besluit omgevingsrecht) zich kunnen vestigen een geluidzone moet zijn vastgesteld. Deze bedrijventerreinen worden in de Wgh aangeduid als industrieterreinen. Het industrieterrein De Wieken heeft op grond van artikel 40 van de Wgh een geluidzone. Deze geluidzone is op 16 april 1991 vastgesteld bij Koninklijk Besluit.

De geluidzone is een afgebakend gebied waarbinnen de normen en grenswaarden voor industrielawaai in de Wgh van toepassing zijn. Deze geluidzone moet juridisch-planologisch worden verankerd in de onderliggende bestemmingsplannen. De geluidzone wordt begrensd door de grens van het gezoneerde industrieterrein en de geluidcontour van 50 dB(A), oftewel de voorkeursgrenswaarde voor industrielawaai. Uitgangspunt van de Wgh is dat in nieuwe situaties zoveel mogelijk moet worden voldaan aan de voorkeursgrenswaarde.

In geval van een wijziging van de geluidzone kan voor de ten hoogste toelaatbare geluidbelasting een hogere waarde worden vastgesteld dan de voorkeursgrenswaarde van 50 dB(A). Op grond van artikel 55 van de Wgh mag een hogere waarde voor geprojecteerde woningen de grenswaarde van 55 dB(A) niet overschrijden. Voor aanwezige en in aanbouw zijnde woningen bedraagt deze grenswaarde 60 dB(A). Voor woningen die voor de wijziging reeds binnen de geluidzone liggen en waarvoor in het verleden al een hogere waarde is verleend, kan deze hogere waarde met maximaal 5 dB(A) worden verhoogd.

Aan de vaststelling van een hogere waarde koppelt de Wgh eisen aan de geluidwerendheid van de geluidbelaste gevel, waardoor een bepaald binnenniveau wordt geborgd. Artikel 111 van de Wgh stelt, dat indien een hogere waarde wordt vastgesteld, burgemeester en wethouders maatregelen treffen met betrekking tot geluidwering van de gevel om ervoor te zorgen dat de geluidbelasting binnen de woning ten hoogste 35 dB(A) bedraagt.

3.2 Provinciaal beleid

Zoals omschreven in de toelichting behorende bij bestemmingsplan "Industrieterrein De Wieken 2010" past de revitalisering van bedrijventerrein De Wieken in het provinciaal beleid.

Dit paraplubestemmingsplan is een uitvloeisel van het bestemmingsplan "Industrieterrein De Wieken 2010", in die zin dat de geluidzone industrielawaai 50 dB(A), die voortvloeit uit genoemd bestemmingsplan, hierin deels wordt opgenomen met bijbehorende bepalingen.

3.3 Regionaal en gemeentelijk beleid

In de toelichting behorend bij bestemmingsplan "Industrieterrein De Wieken 2010" is het regionale en gemeentelijke beleid verwoord ten aanzien van het bedrijventerrein. Dit bestemmingsplan is weer een uitvloeisel van dat bestemmingsplan, in die zin dat de geluidzone industrielawaai 50 dB(A), die voortvloeit uit genoemd bestemmingsplan, hierin deels wordt opgenomen met bijbehorende bepalingen.

Hoofdstuk 4 Omgevingsaspecten

4.1 Geluid

Inleiding
In de Wet geluidhinder (hierna: Wgh) is bepaald dat rond bedrijventerreinen, waarop grote lawaaimakers (bijlage 1, onderdeel D, Besluit omgevingsrecht) zich kunnen vestigen een geluidzone moet zijn vastgesteld. Deze bedrijventerreinen worden in de Wgh aangeduid als industrieterreinen. Het gezoneerde industrieterrein De Wieken heeft op grond van artikel 40 van de Wgh een geluidzone. Bij het vaststellen van het bestemmingsplan Industrieterrein De Wieken 2010, parapluherziening geluidzone industrielawaai is de geluidcontour gewijzigd ten opzichte van de geluidcontour van 16 april 1991. In onderstaande figuur is de geluidcontour, zoals vastgesteld op 12 december 2013 (paarse lijn) opgenomen.

 afbeelding "i_NL.IMRO.0118.2014BP8012004-VG02_0001.png" Afbeelding 1: De geluidcontour 50 dB(A) rondom industrieterrein De Wieken

Geluidverkaveling
Op basis van een geluidverkaveling (dB(A)/m2) op het industrieterrein De Wieken is de geluidcontour van 50 dB(A) berekend. Een aantal bedrijven overschrijden de kavelmaat zoals is bepaald in het bestemmingsplan Industrieterrein De Wieken 2010. Voor deze bedrijven is uitgegaan van de vergunde situatie.

De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRvS) heeft in haar uitspraak (201401510/1/R4) van 5 november 2014 het zuidwestelijk deel van de geluidzone vernietigd, omdat er onvoldoende rekening is gehouden met de geluidruimte van één bedrijf aan de Prins Hendrikstraat 24 die op het zuidwestelijk deel van het industrieterrein De Wieken is gevestigd. Het gedeelte van de geluidzone dat is vernietigd, ligt tussen de Industrieweg en de Sportlaan.

afbeelding "i_NL.IMRO.0118.2014BP8012004-VG02_0002.jpg" Afbeelding 2: Het zuidwestelijk deel van de geluidzone dat is vernietigd door de ABRvS.

4.2 Geluidzone

Het rekenmodel van de vergunde situatie van het bedrijf aan Prins Hendrikstraat 24 vertoonde omissies ten tijde van de vaststelling van de gewijzigde geluidzone op 12 december 2013, waardoor de geluidbelasting op de woningen ten zuidwesten lager werd berekend dan de maximaal toelaatbare geluidbelastings (MTG)-waarden, die zijn vastgesteld op de eerstelijnsbebouwing rondom het bedrijf, en de in de milieuvergunning van het bedrijf opgenomen geluidgrenswaarden. De MTG-waarden zijn na de geluidsaneringsoperatie in 1997 vastgesteld bij ministerieel besluit van 18 september 1997. Een ander gevolg is dat ook de 50 dB(A) geluidcontour ten zuidwesten van het industrieterrein niet juist is vastgesteld.

De gewijzigde geluidzone, die is opgenomen in dit plan, is tot stand gekomen door middel van een akoestisch onderzoek, waarbij de resultaten zijn opgenomen in het rapport 'Herziening geluidzone zuidwestelijk deel industrieterrein De Wieken te Hoogeveen' (kenmerk HO-2014-001) van 16 januari 2015 (Bijlage 1 Akoestisch onderzoek).
Het bedrijf heeft een geactualiseerd rekenmodel aangeleverd, waarbij de geluidruimte van het bedrijf maximaal wordt ingevuld, overeenkomstig de vergunning van 28 juli 1997. Dit rekenmodel is opgenomen in het zonemodel, waarmee de geluidcontour is berekend. Bij de berekening van de geluidcontour van 50 dB(A) is verder rekening gehouden met de volgende uitgangspunten:
- Geluidemissie (dB(A)/m2) op basis van de milieucategorie. Uitzondering hierop zijn die bedrijven die zich qua milieucategorie in een gebied bevinden met een lagere categorie. Deze bedrijven en de maatgevende bedrijven zijn conform de vergunde geluidemissie in het model opgenomen;
- De geografische kenmerken (zoals bodemgebieden) van de omgeving voor zover die binnen de grenzen van het industrieterrein liggen, zijn meegenomen;
- De afschermende werking van aanwezige bebouwing op het industrieterrein is meegenomen;
- De geluidbelasting is bepaald op 5 meter hoogte boven maaiveld;
- Afschermende bebouwing buiten het industrieterrein is meegenomen in de berekening.

Uit het akoestisch onderzoek is gebleken dat de geluidzone in geringe mate wordt verruimd ten zuidwesten van het industrieterrein. In onderstaande afbeelding is de aangepaste geluidcontour 50 dB(A) (blauwe lijn) weergegeven.

afbeelding "i_NL.IMRO.0118.2014BP8012004-VG02_0003.jpg" Afbeelding 3: Aangepaste geluidcontour 50 dB(A) (stippellijn) rondom industrieterrein De Wieken

De donkergroene delen in afbeelding 3 geven de verruiming weer van de geluidzone ten opzichte van het vernietigde deel van de geluidzone van 2013. In deze gebieden liggen in totaal 25 woningen, die dus binnen de geluidzone komen te liggen. Deze woningen lagen binnen de geluidzone die in 1991 was vastgesteld. Doordat deze woningen buiten de gewijzigde geluidzone van 2013 waren komen te liggen, zouden ook van rechtswege de hogere waarde van 55 dB(A) op grond van art. 57, lid 1 onder a Wgh komen te vervallen. Nu dit deel van de geluidzone is vernietigd door de Raad van State zijn deze hogere waarden van 55 dB(A) van kracht gebleven.

Uit bijlage 2 van het akoestisch onderzoek blijkt dat voor 3 van de 25 woningen de geluidbelasting hoger is dan de voorkeursgrenswaarde van 50 dB(A). De geluidbelasting bedraagt maximaal 52 dB(A). Voor deze 3 woningen zijn hogere grenswaarden vastgesteld. Hoewel de geluidbelasting hoger is dan 50 dB(A), is de geluidbelasting toch nog steeds aanzienlijk lager dan de hogere waarde van 55 dB(A) die vanaf 1991 van rechtswege gold voor deze woningen.

Voor de overige 22 woningen is de geluidbelasting lager dan de voorkeursgrenswaarde van 50 dB(A). Voor deze woningen is dan ook geen hogere grenswaarden voor industrielawaai vastgesteld

Hogere grenswaarden
De ABRvS heeft in samenhang met haar uitspraak (201401510/1/R4) ook de hogere grenswaarden voor 141 woningen, zoals vastgesteld bij besluit van 28 november 2013, vernietigd in haar uitspraak (201401511/1/R4) van 5 november 2014

De aanpassing van het zuidwestelijk deel van de geluidzone heeft er toe geleid dat een hogere geluidbelasting wordt berekend op de gevels van 141 woningen, die binnen de geluidscontour van 12 december 2013 lagen. De toename bedraagt voor de meerderheid van de woningen 1 dB(A) en voor 1 woning aan Noorderweg 15 neemt de geluidbelasting toe van 52 naar 55 dB(A), een toename van 3 dB(A). De gewijzigde hogere waarden zijn opgenomen in bijlage 1 van het akoestisch rapport.

Het college van burgemeester en wethouders kunnen met in achtneming van artikel 110a van de Wgh een hogere waarde vaststellen indien het vasthouden aan de voorkeursgrenswaarden tot knelpunten leidt. Artikel 110a, lid 5, bepaalt dat indien maatregelen gericht op het terugbrengen van de geluidbelasting vanwege een industrieterrein onvoldoende doeltreffend zijn, dan wel overwegende bezwaren ontmoet van stedenbouwkundige of financiële aard een ontheffing kan worden aangevraagd.

Er is geen nader onderzoek uitgevoerd naar maatregelen die de geluidbelasting van het bedrijf verder kunnen reduceren. Uitgangspunt voor het wijzigen van de geluidzone was en is dat de vergunde rechten van bedrijven in acht worden genomen. Het bedrijf heeft in 1997 vergaande geluidreducerende maatregelen getroffen in het kader van de geluidssaneringsoperatie industrielawaai. De geluidruimte, die na deze saneringsoperatie is overgebleven, is vastgelegd in de vigerende vergunning van het bedrijf en is vertaald in de vaststelling van MTG-waarden op de eerstelijnsbebouwing rondom het bedrijf.

Tot slot is geconstateerd dat er binnen de geluidzone 9 woningen aanwezig zijn, waarbij de hogere grenswaarde van 55 dB(A), die van rechtswege gold sinds 1991, niet in overeenstemming is gebracht met de actuele situatie. Dit wordt nu alsnog hersteld. Voor deze woningen zijn alsnog hogere grenswaarden vastgesteld. Voor 8 woningen wordt een grenswaarde vastgesteld die lager is dan of gelijk is aan 55 dB(A) en voor 1 woning bedraagt de vastgestelde hogere grenswaarde 56 dB(A) (zie bijlage 3, akoestisch onderzoek).

Binnenniveaus
Indien een hogere grenswaarde wordt vastgesteld, dient de geluidwering van de woningen die een hogere waarde krijgen, zodanig te zijn dat de geluidbelasting binnen de woning bij gesloten ramen en deuren ten hoogste 35 dB(A) bedraagt (art. 111, Wgh). Bij een minimale geluidwering van 20 dB zoals mag worden aangenomen op basis van het Bouwbesluit, betekent dit dat uitsluitend voor woningen met een geluidbelasting van 56 dB(A) en hoger aanvullend gevelonderzoek noodzakelijk is.

Echter in het kader van een gevelisolatieproject wegverkeerslawaai is een aantal van deze woningen al onderzocht. De geluidspectra van weg - en industrielawaai komen redelijk overeen, zodat de geluidwering voor deze spectra vergelijkbaar kan worden verondersteld. De geluidwering van deze gevels bedraagt 25 dB(A). Dit betekent dat woningen pas voor gevelmaatregelen in aanmerking komen wanneer de geluidbelasting meer dan 60 dB(A) bedraagt. Uit het akoestisch onderzoek is gebleken dat er geen woningen zijn, met een hogere geluidbelasting dan 60 dB(A). Bouwakoestisch onderzoek is dan ook niet noodzakelijk.

Cumulatie
Bij het vaststellen van een hogere waarde voor geluid moet rekening worden gehouden met eventuele cumulatie van geluidbelastingen afkomstig van verschillende bronnen (artikel 110a, lid 6, Wgh). Dit kan het geval zijn, indien een geluidgevoelige bestemming is gesitueerd binnen meerdere zones op grond van de Wgh (artikel 110f Wgh). Hierbij moet worden vastgesteld of sprake is van een relevante blootstelling aan meerdere bronnen. Dit is het geval als de voorkeurswaarde van de onderscheiden bronnen wordt overschreden.

In artikel 1.4 en bijlage I, behorende bij het Reken- en meetvoorschrift geluidhinder 2012 is aangegeven hoe de cumulatie moet worden berekend.

Het bevoegd gezag kan alleen een hogere waarde vaststellen als de gecumuleerde geluidbelasting, naar haar oordeel, niet leidt tot een onaanvaardbare geluidbelasting op gevels van geluidgevoelige bestemmingen. In welke gevallen sprake is van 'onaanvaardbare geluidbelasting' is niet aangegeven in de regelgeving.

De gecumuleerde geluidbelasting is reeds inzichtelijk gemaakt in het rapport 'Nieuwe geluidzone industrieterrein De Wieken te Hoogeveen' (kenmerk:R.10.123 versie 05) van 17 februari 2012. Industrielawaai draagt significant bij aan de totale geluidbelasting als de bijdrage van industrielawaai meer dan 65% bedraagt. Dit percentage komt overeen met een toename van 2 dB op de totale geluidbelasting. Een toename van geluid met 2 dB is voor het menselijk gehoor niet als zodanig waarneembaar.
Uit de resultaten is gebleken dat er geen sprake is van een bijdrage van industrielawaai van meer dan 65%. De gecumuleerde geluidbelasting leidt dan ook naar ons oordeel niet tot een onaanvaardbare geluidbelasting op de gevels van geluidgevoelige bestemmingen.

Hoofdstuk 5 Planbeschrijving

5.1 Juridisch systeem

Het paraplubestemmingsplan regelt voor een deel de geluidzone industrielawaai 50 dB(A), die als gevolg van de toegelaten bedrijvigheid op industrieterrein De Wieken om het plangebied van De Wieken heen ligt.

Aangezien de gehele zone over verschillende om De Wieken heen liggende bestemmingsplannen valt en deze niet allemaal tegelijkertijd kunnen worden herzien, is er voor gekozen om een zogenaamd paraplubestemmingsplan op te stellen. Dat paraplubestemmingsplan Industrieterrein De Wieken 2010, parapluherziening geluidszone industrielawaai is 12 december 2013 door de gemmenteraad vastgesteld.

Tijdens de beroepstermijn van dat paraplubestemmingsplan is er een beroepsschrift ingediend bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Naar aanleiding van de uitspraak van de Raad van State is onderliggend paraplubestemmingsplan voorbereid.
De Afdeling bestuursrechtspaark van de Raad van State heeft namelijk besloten om een deel van het paraplubestemmingsplan Industrieterrein De Wieken 2010, parapluherziening geluidszone industrielawaai, te vernietigen, voor zover het betreft de zuidwestelijke grens van het bestemmingsvlak "Geluidzone" tussen de Industrieweg en de Sportlaan zoals aangeduid op kaart I bij de uitspraak (d.d. 5 november 2014 met nummer 201401510/1/R4). De gemeenteraad wordt daarin tevens opgedragen om voor het in de uitspraak genoemde planonderdeel een nieuw besluit te nemen. Met het opstellen van onderliggend bestemmingsplan en het uiteindelijk vaststellen daarvan wordt uitvoering gegeven aan genoemde uitspraak van de Raad van State.

Het bestemmingsplan valt onder de Wet ruimtelijke ordening (Wro), die per 1 juli 2008 in werking is getreden. Dit betekent dat het bestemmingsplan wordt opgezet volgens de nieuwste wettelijke regelgeving en volgens de Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen (SVBP) 2012. Deze standaard (eerder SVBP 2008) is per januari 2010 verplicht volgens het Besluit op de ruimtelijke ordening (Bro).

Het plan is technisch als een digitaal raadpleegbare versie uitgevoerd en voldoet aan de eisen van DURP (Digitale Uitwisseling in Ruimtelijke Processen). Deze digitale versie is bedoeld om de burger 'online' informatie te verschaffen omtrent het bestemmingsplan. Bovendien is de digitale versie bedoeld voor uitwisseling van gegevens binnen de gemeente en met andere overheidsinstanties. De digitale versie is voor (ontwerp)plannen die na 1 januari 2010 ter inzage worden gelegd verplicht op grond van de Wro. Er zal een analoge (papieren) versie van het bestemmingsplan naast het digitale plan blijven bestaan.

5.2 Regels

De regels zijn vervat in artikelen die onderverdeeld zijn in drie delen. In de "Inleidende regels" zijn algemene artikelen opgenomen die voor het gehele plan van belang zijn.
In artikel 1 zijn omschrijvingen opgenomen van in het plan voorkomende relevante begrippen. Door deze vaste omschrijving van de begrippen wordt eenduidigheid in de bedoelingen van het plan gegeven en wordt de rechtszekerheid vergroot.
In artikel 2 is de van toepassing verklaring opgenomen. Hierin is opgenomen voor welk gebied (welke bestemmingsplannen) dit bestemmingsplan van toepassing is. Het artikel geeft ook aan dat de regels van toepassing en aanvullend zijn op de in dat artikel opgenomen bestemmingsplannen, alsmede op de eventueel doorgevoerde wijzigingen op deze bestemmingsplannen op grond van de binnenplanse wijzigingsbevoegdheden in de betreffende plannen.
Voor het overige blijven de regels/voorschriften van de in dat artikel genoemde bestemmingsplannen onverminderd van kracht.

In de "Algemene regels" staan artikelen benoemd die voor alle of meerdere bestemmingen gelden. Het betreffen onder andere de voor alle bestemmingen algemeen geldende aanduidingsregels.

De algemene aanduidingsregels geven de mogelijkheid voor een algemene gebiedsaanduiding, die als een extra laag over meerdere bestemmingen ligt. Dit bestemmingsplan omvat één van zo'n algemene gebiedsaanduiding, te weten: artikel 4 Geluidzone - Industrie 50 dB(A). Dit betreft een zone die behoort bij het industrieterrein De Wieken, waar in bepaalde gebieden "grote lawaaimakers" zijn toegestaan. Binnen de zone moet men bij nieuwbouw rekening houden met grenswaarden voor geluid vanwege industrielawaai of een hogere waarde aanvragen.

In de "Overgangs- en slotregels" staan artikelen benoemd die voor alle voorgaande regels gelden. De strafbepaling is hierin geregeld alsmede de slotregel.

Hoofdstuk 6 Handhaving

6.1 Algemeen

Het bestemmingsplan wil een sturend instrument zijn voor de inrichting van omliggende bestemmingsplannen van bedrijventerrein De Wieken, in die zin dat er in principe geen nieuwe geluidgevoelige objecten, die vanwege de geluidbelasting van het industrielawaai een te hoge geluidsbelasting ondervinden, zijn toegestaan. Aan de hand van de in dit bestemmingsplan opgenomen regels worden voorgenomen activiteiten (activiteiten en gebruik van gronden) getoetst. Als blijkt dat zonder of in afwijking van de regels activiteiten danwel gebruik plaatsvinden en de afwijking niet op enige wijze kan worden gelegaliseerd en niet past binnen het gemeentelijk beleid, is handhaving in enge zin aan de orde, gericht op het ongedaan maken van een overtreding. Handhaving is belangrijk om de sturing die het bestemmingsplan beoogt tot haar recht te laten komen.

6.2 Beleidskeuzen

Door de gemeente Hoogeveen is een kadernota integrale handhaving vastgesteld. Deze nota is de start van programmatisch handhaven in de gemeente Hoogeveen.

Programmatisch handhaven is een structurele en integrale aanpak van de handhaving, waarbij de uitvoering onder andere is gebaseerd op een handhavingsprogramma. Daarbij worden door het bestuur de prioriteiten bepaald en worden handhavingsactiviteiten zoveel mogelijk op elkaar afgestemd. In deze aanpak worden beleid en uitvoering opgevolgd door evaluatie en bijsturing. Programmatisch handhaven is daarmee een cyclisch, democratisch, integraal en transparant proces.

6.3 Inzet gemeentelijk apparaat

Aan de controle van het onderhavige plan wordt binnen de gemeente inhoud gegeven door een aantal ambtenaren die zich continu met handhaving bezighoudt.

Hoofdstuk 7 Uitvoerbaarheid

7.1 Maatschappelijke uitvoerbaarheid

Een groot deel van de gebieden ligt op basis van de oude geluidzone reeds lange tijd binnen de grenzen van de 50 dB(A)-contour industrielawaai van De Wieken. De beperkende voorwaarden golden voor die gebieden daarmee dus ook al op basis van de oude contour. Met die contour is ook rekening gehouden in de in de tussentijd opgestelde bestemmingsplannen.
Echter op een aantal plaatsen komt de zone anders te liggen en zijn de beperkende voorwaarden voor die gebieden nieuw. De beperkende voorwaarden gelden overigens voor eventueel nieuwe geluidgevoelige objecten. De nieuwe regeling heeft daarmee geen invloed op bestaande geluidgevoelige objecten. Voor het overgrote deel is de geluidzone geregeld in het op 12 december 2013 vastgestelde paraplubestemmingsplan Industrieterrein De Wieken 2010, parapluherziening geluidszone industrielawaai.

Het grootste deel van het in dit bestemmingsplan opgenomen plangebied was ook al opgenomen in bestemmingsplan Industrieterrein De Wieken 2010, parapluherziening geluidszone industrielawaai. In het kader van het bestemmingsplanproces van dat plan is er, met uitzondering van 1 beroepsschrift, geen beroep ingesteld. Naar aanleiding van de uitspraak van de Raad van State met betrekking tot genoemd beroepsschrift, is onderliggend plan voorbereid.
Onderliggend plan is in het kader van zorgvuldigheid alsnog als ontwerp ter inzage gelegd, zodat een ieder de mogelijkheid heeft gehad om op het plan te reageren.
Het ontwerpbestemmingsplan heeft van 19 maart 2015 tot en met 29 april 2015 ter inzage gelegen. Er zijn geen zienswijzen ingediend.

7.2 Economische uitvoerbaarheid

Dit bestemmingsplan betreft een partiële herziening. De kosten voor het opstellen en uitvoeren van dit bestemmingsplan komen voor rekening van de gemeente en worden uit de daarvoor gereserveerde middelen betaald.

Hiermee wordt het bestemmingsplan als economisch uitvoerbaar gezien.

Bijlagen bij de toelichting