direct naar inhoud van Toelichting
Plan: Bedrijventerrein Buitenvaart II, wijzigingsplan facilitaire doeleinden
Status: vastgesteld
Plantype: wijzigingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0118.0000BPW8027001-VG01

Toelichting

Hoofdstuk 1 Inleiding

1.1 Inleiding

In de geldende bestemmingsplannen Bedrijventerrein Buitenvaart II en Bedrijventerrein Buitenvaart II, partiële herziening ex artikel 30 WRO (Wet op de Ruimtelijke ordening), is de bestemming Facilitaire doeleinden (Fd) opgenomen.

De locatie, de zogenaamde Turbine, waar deze bestemming met bijbehorende voorschriften voor geldt, is gelegen in het gebied dat omsloten wordt door de Mr. Cramerweg richting Hollandscheveld en ligt tussen Buitenvaart I en het noordelijke blok van Buitenvaart II.

De beperking die voor dit gebied is opgenomen in het geldende bestemmingsplan Bedrijventerrein Buitenvaart II, partiële herziening ex artikel 30 WRO ten aanzien van het (on-) mogelijk maken van beperkt kwetsbare objecten, wordt met behulp van onderliggend wijzigingsplan verminderd.

Hoofdstuk 2 Bestaande situatie

2.1 Plangebied

Het plangebied betreft het gebied dat omsloten wordt door de Mr. Cramerweg en ligt tussen Buitenvaart I (ten westen ervan) en het noordelijke blok van Buitenvaart II (ten oosten ervan).

2.2 Vigerend bestemmingsplan

Voor het gebied zijn de bestemmingsplannen Bedrijventerrein Buitenvaart II en Bedrijventerrein Buitenvaart II, partiële herziening ex artikel 30 WRO van kracht. De bestemmingsplannen zijn door de gemeenteraad vastgesteld op 23 februari 2006 respectievelijk 30 oktober 2008 en door Gedeputeerde Staten van Drenthe goedgekeurd op 10 oktober 2006 respectievelijk 2 juni 2009.
Onderliggend gebied heeft de bestemming Facilitaire doeleinden (Fd).

2.3 Toelichting bestaande situatie

In het gebied met de bestemming Facilitaire doeleinden zijn reeds 3 bedrijven, een tankstation, een autohandel en een wasstraat aanwezig.
De bestemming sluit op dit moment de vestiging van beperkt kwetsbare objecten binnen een cirkel van 110 meter gerekend vanaf het LPG-vulpunt (van het aanwezige tankstation), zoals aangeduid op de plankaart, uit.

Hoofdstuk 3 Gewenste ontwikkeling

Zoals al in paragraaf 2.3. is aangegeven heeft onderliggend gebied de bestemming Facilitaire doeleinden (Fd) met onder andere een beperking ten aanzien van het vestigen van beperkt kwetsbare objecten. De destijds in het bestemmingsplan Bedrijventerrein Buitenvaart II, partiële herziening ex artikel 30 WRO opgenomen beperking ten aanzien van het realiseren van beperkt kwetsbare objecten, vond zijn reden in de regelgeving vanuit het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi). Op dat moment was echter ook al de discussie in volle gang over het binnen afzienbare tijd aanpassen van de genoemde aan te houden afstand van 110 meter voor beperkt kwetsbare objecten ten opzicht van het LPG-vulpunt. Die afstand zou in de nabije toekomst verkleind worden.

In het geldende bestemmingsplan Bedrijventerrein Buitenvaart II, partële herziening ex artikel 30 WRO is daarom een wijzigingsbevoegdheid opgenomen. In artikel 5 lid 11 van het plan is namelijk opgenomen dat Burgemeester en wethouders bevoegd zijn om het plan in die zin te wijzigen dat (beperkt) kwestbare objecten, anders dan zoals bepaald onder lid 1A sub 1 en 2 (sub 2 betreft de beperking t.a.v. beperkt kwetsbare objecten), wel zijn toegestaan, voor zover vallend binnen de regelgeving van het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) en dat, als gevolg daarvan, lid 1A sub 1 en 2 gewijzigd worden.
In onderliggend plan gaat het om sub 2, dat gaat om beperkt kwetsbare objecten die niet binnen een cirkel van 110 meter gerekend vanaf het LPG-vulpunt gesitueerd mogen worden.

Gezien de huidige ontwikkelingen en het feit dat voor beperkt kwetsbare objecten een richtwaarde is opgenomen in het Bevi en geen grenswaarde kan de wijzigingsbevoegdheid worden toegepast. De aan te houden afstand van beperkt kwetsbare objecten tot het LPG-vulpunt zoals aangegeven op de plankaart, kan dan worden gewijzigd van 110 meter in 42 meter (zie tevens nadere motivatie onder hoofdstuk 4).
Deze aanpassing kan het vestigen van toekomstige bedrijvigheid stimuleren.

Hoofdstuk 4 Omgevingsaspecten

4.1 Externe veiligheid

Eén van de bedrijven die aanwezig is in het gebied met de bestemming Facilitaire doeleinden (Fd) is een LPG-tankstation met een jaarlijkse doorzet van meer dan 1000 m3 LPG. Op grond van het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) dient bij ruimtelijke ontwikkelingen een richtwaarde voor het plaatsgebonden risico (PR10-6) in acht genomen te worden, die geldt voor beperkt kwetsbare objecten. In de bijbehorende Regeling externe veiligheid inrichtingen (Revi) zijn voor LPG-tankstations vaste afstanden opgenomen. Voor LPG-tankstations met een doorzet van meer dan 1000 m3 geldt voor nieuwe situaties een afstand van 110 meter gerekend vanaf een LPG-vulpunt, 25 meter vanaf een LPG-reservoir en 15 meter vanaf de LPG- afleverpunten. Voor bestaande situaties bedraagt de afstand 40 meter vanaf het vulpunt, de afstanden vanaf het reservoir en het afleverpunt blijven ongewijzigd.
Kwetsbare objecten zijn in het plangebied uitgesloten, zodat er geen sprake is van een overschrijding van de grenswaarde.

Het bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Buitenvaart II' staat in de bestemming Facilitaire doeleinden bedrijvigheid toe die bestaat uit snelweggerelateerde functies en collectieve functies. De ontwikkelingen in het plangebied dienen in overeenstemming te zijn met de in artikel 5 'Facilitaire doeleinden (Fd)' genoemde functies.

In het huidige bestemmingsplan Bedrijventerrein Buitenvaart II, partiële herziening ex artikel 30 WRO zijn geen nieuwe beperkt kwetsbare objecten mogelijk binnen een afstand van 110 meter van een LPG-vulpunt. Dit heeft tot gevolg dat een groot deel van het plangebied niet kan worden ingevuld. De verwachting was dat op termijn het Besluit LPG-tankstations zou worden aangepast door het opnemen van de convenantmaatregelen die zijn afgesproken met de LPG-branche. De belangrijkste maatregelen uit het convenant zijn: het toepassen van verbeterde vulslangen en de tankwagens voorzien van een hittewerende coating. Als gevolg van deze wijziging kon vervolgens het Bevi en de bijbehorende ministeriële regeling Revi zodanig worden aangepast dat de afstand van 110 meter voor nieuwe situaties verkleind kon worden naar 40 meter.

Echter, het Besluit LPG-tankstations en daarmee het Bevi en Revi zullen niet zoals hiervoor genoemd, worden gewijzigd, in verband met strijdigheid met Europese regelgeving. Om toch enige bedrijvigheid mogelijk te maken in het plangebied is de mogelijkheid om af te wijken van de richtwaarde voor de plaatsgebonden risicocontour (PR10-6) voor beperkt kwetsbare objecten in overweging genomen.

Het betreft in dit geval een plangebied dat bestemd is voor snelweggerelateerde bedrijvigheid, waarbij het gaat om de realisatie van uitsluitend beperkt kwetsbare objecten. De bevoorrading van het LPG-tankstation vindt reeds plaats door tankauto's met een hittewerende coating en er wordt tijdens de bevoorrading gebruik gemaakt van een verbeterde vulslang. Dit zijn de convenantmaatregelen, die zijn afgesproken met de LPG-branche, waardoor de kans van het optreden van een zogenaamde warme BLEVE van de tankauto wordt gereduceerd. De hittewerende voorziening kan namelijk gedurende circa 70 minuten voorkomen dat een BLEVE ontstaat, wanneer de LPG-tankwagen in een plasbrand zou staan opgesteld.

Snelweggerelateerde bedrijvigheid, zoals een autodealer, wasstraat, parkeervoorzieningen etc., is grotendeels in werking of in gebruik gedurende de dagperiode, wanneer er geen sprake is van bevoorrading van het LPG-gedeelte van het tankstation. In de omgevingsvergunning van het tankstation is namelijk vastgelegd dat de bevoorrading van het LPG-tankstation alleen plaats mag vinden in de avond- en nachtperiode (19:00 - 07:00 uur).

Horecabedrijven, zoals een chauffeurscafé en kantoorfuncties, niet zijnde beperkt kwetsbare objecten, waar relatief veel personen aanwezig kunnen zijn, worden binnen de veiligheidszone-LPG uitgesloten.

Nieuwe beperkt kwetsbare objecten in het plangebied worden gezien bovenstaande toegelaten binnen de richtwaarde voor het plaatsgebonden risico (PR10-6) van 110 meter, maar dienen in ieder geval op meer dan 42 meter vanaf het LPG-vulpunt geprojecteerd te zijn. Daarmee wordt de richtwaarde van 40 meter voor het plaatsgebonden risico (PR 10-6) gerespecteerd voor alle beperkt kwetsbare objecten, zoals vastgesteld voor bestaande situaties.

Bovenstaande in overweging nemend wordt door middel van dit wijzigingsplan afgeweken van de richtwaarde van 110 meter voor beperkt kwetsbare objecten, die volgens artikel 5 van het bestemmingsplan Buitenvaart II zijn toegestaan in het plangebied.


Groepsrisico
Er is een berekening gemaakt van de hoogte van het groepsrisico ten behoeve van de omgevingsvergunning, onderdeel milieu, van het LPG-tankstation. De resultaten van deze berekening zijn opgenomen in het rapport 'Risicoanalyse LPG-tankstation Spang in Hollandscheveld' (kenmerk 081402), Aviv, d.d. 2 september 2008. Hierbij is uitgegaan van de aanname dat zich personen kunnen bevinden binnen de richtwaarde van het plaatsgebonden risico, in dit geval een afstand van 110 meter. Hiermee wordt verondersteld dat er bebouwing is gerealiseerd binnen deze afstand. Dit is mogelijk indien het gaat om beperkt kwetsbare objecten, waarbij wordt afgeweken van de richtwaarde. Daarnaast is bij de berekening rekening gehouden met het feit dat de bevoorrading plaatsvindt in de avond- en nachtperiode. Gebleken is dat de hoogte van het groepsrisico de oriëntatiewaarde niet overschrijdt.

De Veiligheidsregio Drenthe (VRD) heeft op 7 oktober 2013 advies (kenmerk: U130370) uitgebracht. Aangezien de bevoorrading van het LPG-tankstation in het plangebied plaatsvindt met tankwagens die voorzien zijn van een hittewerende coating geeft de VRD aan dat er geen maatregelen zijn die getroffen kunnen worden om het groepsrisico zoveel mogelijk te beperken.

Conclusie
Aangezien de hoogte van het groepsrisico de oriëntatiewaarde niet overschrijdt, er geen groepen met lage tot geen zelfredzaamheid worden gehuisvest en de convenantmaatregelen in de praktijk al worden toegepast en de bevoorrading van LPG niet overdag plaats mag vinden, wordt de vestiging van beperkt kwetsbare objecten binnen de plaatsgebonden risicocontour (PR10-6) van 110 meter (nieuwe situaties) maar buiten de PR-10-6-contour van 40 meter (bestaande situaties) bestuurlijk acceptabel geacht.

Hoofdstuk 5 Planbeschrijving

In onderliggend wijzigingsplan wordt, met behulp van toepassing van artikel 5 lid 11 van de planvoorschriften van bestemmingsplan Bedrijventerrein Buitenvaart II, partiële herziening ex artikel 30 WRO, artikel 5 lid 1A sub 2 gewijzigd.
Met dit wijzigingsplan wordt geregeld dat binnen de bestemming 'Facilitaire doeleinden (Fd)' beperkt kwetsbare objecten niet zijn toegestaan binnen een cirkel van 42 meter gerekend vanaf het LPG-vulpunt zoals aangeduid op de plankaart.

De plankaart en de overige voorschriften blijven ongewijzigd.

Hoofdstuk 6 Uitvoerbaarheid

6.1 Maatschappelijke uitvoerbaarheid

Het ontwerpwijzigingsplan is gedurende 6 weken ter inzage gelegd. Binnen de gestelde inzage termijn zijn geen zienswijzen bij het college van Burgemeester en wethouders ingediend. Daarmee wordt het wijzigingsplan maatschappelijk uitvoerbaar geacht.

6.2 Economische uitvoerbaarheid

Dit plan betreft een binnenplanse wijziging. De kosten voor het opstellen van dit wijzigingsplan komen voor rekening van de gemeente en worden uit de daarvoor gereserveerde middelen uit de grondexploitatie Buitenvaart II, noordelijk blok betaald.
Hiermee wordt het plan als economisch uitvoerbaar gezien.

Bijlagen bij de toelichting

Bijlage 1 Naam