direct naar inhoud van 4.9 Waterhuishouding
vastgesteld
NL.IMRO.0114.2013012-0701

4.9 Waterhuishouding

4.9.1 Toetsingskader

Op grond van het bepaalde in de Bro dient in de ruimtelijke onderbouwing van ruimtelijke plannen een waterparagraaf te worden opgenomen waarin de wijze, waarop rekening is gehouden met de gevolgen van het plan voor de waterhuishoudkundige situatie wordt beschreven. In deze waterparagraaf, het resultaat van de watertoets, wordt ingegaan op bestaande wet- en regelgeving op het gebied van ruimtelijke ordening en water.

4.9.2 Toetsing plangebied

Het plangebied is gelegen binnen het beheergebied van het Waterschap Velt en Vecht. Dit waterschap heeft het watertoetsproces vorm gegeven middels de digitale watertoets (www.dewatertoets.nl). Op 4 april 2013 is door Aveco de Bondt dit proces doorlopen. Hierbij is ervan uitgegaan dat enkel de wijzigingen ten opzichte van de planologische mogelijkheden welke op grond van het vigerende bestemmingsplan aan het plangebied zijn toegekend, getoetst moeten worden. Deze wijzigingen betreffen een toename van het verhard oppervlak kleiner dan 1.500 m2 en een toename van het aantal wooneenheden van in totaal 10.

Onderstaand wordt het resultaat van de doorlopen procedure weergegeven.

Watertoets

In kader van de wet op ruimtelijke ordening (Wro) is het verplicht de Watertoets uit te voeren. De Watertoets is een waarborg voor water in ruimtelijke plannen en besluiten. Op grond van artikel 12 uit het Besluit op de ruimtelijke ordening (Bro) moet in de toelichting op ruimtelijke plannen een waterparagraaf worden opgenomen. Hierin wordt ingegaan op de wijze waarop rekening is gehouden met de gevolgen van het plan voor de waterhuishoudkundige situatie.

Relevant beleid

Het beleid van het Waterschap Velt en Vecht staat beschreven in het Waterbeheersplan 2010-2015. De bestemming en de grootte van het plan zijn van invloed op de waterhuishouding. Een bouwplan moet voldoen aan de criteria die Waterschap Velt en Vecht stelt aan kleine plannen en daarmee in overeenstemming is met het voorkeursbeleid. Daarnaast is de Keur van waterschap Velt en Vecht een belangrijk regelstellend instrument waarmee in ruimtelijke plannen rekening moet worden gehouden.

Dit plan betreft geen algehele herziening van het bestemmingsplan en maakt geen deel uit van een groter plan dat in ontwikkeling is.

Invloed plan op de waterhuishouding

Binnen het plangebied worden niet meer dan 10 wooneenheden gerealiseerd en de toename verhard oppervlak bedraagt niet meer dan 1500 vierkante meter. In en rondom het plangebied is

geen sprake van wateroverlast en/of grondwateroverlast. Wateroverlast en schade in gebouwen wordt voorkomen door, bij het bouwplan, een vloerpeil te hanteren dat tenminste van 30 centimeter boven de weg ligt.

Het plan bevindt zich niet binnen een gebied dat op de kaart is aangemerkt als beekdal, hydrologische aandachtsgebied en/of kwetsbaar water.

De ontwateringsdiepte, de afstand tussen de onderkant begane grondvloer en de GHG (Gemiddelde Hoogste Grondwaterstand), bedraagt minimaal 70 centimeter. De kans op structureel grondwateroverlast in de kruipruimte neemt toe bij afwijkende maatvoering.

Bij het bouwen zonder kruipruimte kan worden volstaan met een geringere ontwateringsdiepte. Voor ruimtes beneden het maaiveld (kelders en parkeergarages) moet aandacht worden besteed aan het voorkomen van wateroverlast. Binnen het plan worden geen bedrijfsmatige activiteiten verricht die de kwaliteit van het oppervlaktewater en grondwater nadelig beïnvloeden. Hemelwater (HWA) en afvalwater (DWA) wordt via een gescheiden stelsel afgevoerd. Er wordt geen gebruik gemaakt van uitlogende (bouw-)materialen.

Voorkeursbeleid hemel- en afvalwater

Bij de afvoer van overtollig hemelwater is het bovengronds afkoppelen en infiltreren in de bodem uitgangspunt. Oppervlakkige afvoer naar de infiltratievoorziening en infiltratie via wadi's geniet daarbij de voorkeur. Als oppervlakkige infiltratie niet mogelijk is, is ondergrondse infiltratie door middel van bijvoorbeeld een infiltratieriool (IT-riool) een optie. Als infiltratie niet mogelijk is, kan hemelwater via een bodempassage worden geloosd op het oppervlaktewater.

De aanvrager heeft waterschap Velt en Vecht geïnformeerd over het plan Het Waal te Emmen door gebruik te maken van de digitale watertoets. De beantwoording heeft er toe geleid dat de Korte procedure van de watertoets is toegepast. De bestemming en de grootte van het plan hebben een geringe invloed op de waterhuishouding. De procedure in het kader van de watertoets is goed doorlopen.

Waterschap Velt en Vecht heeft tegen het voorliggende plan geen bezwaar en geeft een positief wateradvies.

4.9.3 Conclusie

Gelet op het doorlopen watertoetsproces kan worden geconcludeerd dat er in het plangebied geen waterhuishoudkundige problemen zijn welke van nadelige invloed zijn op de planontwikkeling. Tevens kan gesteld worden dat de voorgenomen ontwikkeling geen nadelige invloed heeft op de waterhuishoudkundige situatie. Het plan voldoet aan het waterbeleid van het Waterschap Velt en Vecht. Het resultaat en de samenvatting van de digitale watertoets is als Bijlage 4 Watertoets bijgevoegd.